Het aantal meisjes dat zich laat vaccineren tegen HPV (humaan papillomavirus) stijgt nog steeds geleidelijk. Van de meisjes geboren in 1998 heeft 58,5 procent de drie prikken gehaald. Een jaar eerder was dat iets lager, 57,6 procent.
Het beschermen van meisjes tegen baarmoederhalskanker bestaat uit drie vaccinaties die binnen een half jaar gegeven worden. Het aantal meisjes uit de jaargang 1998 dat zich slechts één keer heeft laten vaccineren bedraagt 2,1 procent; 3,4 procent heeft zich twee keer laten inenten; zij zijn niet volledig beschermd.
Het aantal meisjes dat kiest voor een HPV (humaan papillomavirus)-vaccinatie is ten opzichte van het eerste jaar, in 2009, fors gestegen. Toen gaf 52,2 procent gehoor aan de oproep. Marina Conyn, programmamanager van het RVP (Rijksvaccinatie programma), is blij met de stijging van het afgelopen jaar. ‘Het is mooi dat steeds meer meisjes kiezen voor vaccinatie, omdat zij daarmee zo goed mogelijk zijn beschermd tegen bepaalde vormen van baarmoederhalskanker; dat gunnen we alle meisjes.’
De vaccinatie tegen baarmoederhalskanker werd in 2009 opgenomen in het Rijksvaccinatieprogramma. Alle meisjes krijgen in het jaar dat ze 13 jaar oud worden een uitnodiging. Deze vaccinatie geeft bescherming tegen twee typen Humaan Papillomavirus (HPV type 16 en 18). Papillomavirussen kunnen baarmoederhalskanker veroorzaken; deze twee typen zijn verantwoordelijk voor meer dan 70 procent van de gevallen van baarmoederhalskanker. In 2009 kregen daarnaast alle meisjes van 14 tot en met 16 jaar een uitnodiging voor de vaccinatie.