Inwoners van verschillende Europese grote steden gaan de komende weken met hun mobieltje fijnstof meten. Hiermee dragen zij bij aan nieuwe inzichten in de luchtkwaliteit van hun stad. Op deze manier krijgt het Nederlandse iSPEX Spectropolarimeter for Planetary EXploration add on to iPhone (Spectropolarimeter for Planetary EXploration add on to iPhone) project een Europees vervolg.

De bevolking van Athene, Barcelona, Belgrado, Berlijn, Londen, Kopenhagen, Manchester, Milaan en Rome wordt gevraagd in de periode van 1 september tot en met 15 oktober 2015 te meten op onbewolkte dagen. Negenduizend mensen hebben hiervoor een iSPEX opzetstukje voor hun iPhone ontvangen. Ook Nederlanders die al een opzetstukje hebben kunnen meedoen.

Met behulp van deze metingen gaat het iSPEX Spectropolarimeter for Planetary EXploration add on to iPhone (Spectropolarimeter for Planetary EXploration add on to iPhone) team fijnstof door heel Europa in beeld brengen. Het iSPEX project is een gezamenlijk initiatief van wetenschappers van Universiteit Leiden, NOVA Nederlandse Onderzoekschool Voor Astronomie (Nederlandse Onderzoekschool Voor Astronomie), KNMI Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut (Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut), SRON Netherlands Institute for Space Research (Netherlands Institute for Space Research) en het RIVM. Voor de Europese uitrol van het project werken de Nederlandse instituten samen met lokale onderzoeksinstituten en educatieorganisaties.

Gedetailleerde kaarten

In 2013 maten duizenden Nederlanders met hun mobieltje het fijnstof in de lucht. Wetenschappers konden met behulp van de gegevens gedetailleerde kaarten samenstellen van de fijnstof in de lucht. Het iSPEX-project ging de boeken in als een geslaagde vorm van burgerwetenschap.

Het Europese iSPEX project vindt plaats in het kader van het Internationaal Jaar van het Licht 2015 en als onderdeel van LIGHT2015, een project dat wordt gefinancierd door de Europese Commissie.

Het RIVM verzorgt de officiƫle luchtkwaliteitsmetingen in Nederland. De snelle ontwikkeling op het gebied van kleine sensoren zorgt er voor dat deze metingen steeds vaker worden aangevuld door metingen van burgers en andere betrokkenen. Het RIVM onderzoekt hoe deze data op de beste manier ingezet kunnen worden.