Na een ramp of crisis, zoals de coronapandemie, kunnen niet-specifieke symptomen meer voorkomen onder de bevolking. Dit zijn klachten waarvan niet altijd bekend is wat de oorzaak is, zoals moeheid, hoofdpijn en buikpijn. Het RIVM onderzocht hoe vaak deze klachten bij drie groepen voorkwamen: middelbare scholieren, jongvolwassenen en volwassenen en ouderen.
De resultaten komen uit data-analyses van de Corona Gezondheidsmonitor Jeugd 2021, de Corona Gezondheidsmonitor Jong volwassenen 2022 en de Corona Gezondheidsmonitor Volwassenen en Ouderen 2022. De Gezondheidsmonitor is een zeer groot vragenlijstonderzoek in Nederland van het RIVM, GGD GHOR Nederland (Gemeentelijke / Gemeenschappelijke GezondheidsDienst – Geneeskundige HulpverleningsOrganisatie in de Regio) en het CBS (Centraal Bureau voor de Statistiek).
Middelbare scholieren
In het najaar van 2021 had bijna twee derde van de jongeren van klas 2 en 4 van de middelbare school (zeer) vaak last van één of meer niet-specifieke symptomen in de laatste vier weken. Hierbij werden moeheid, hoofdpijn, en geheugen- of concentratieproblemen het meest genoemd.
Jongvolwassenen
Van de jongvolwassenen ervaarde ruim driekwart in het voorjaar van 2022 (zeer) vaak één of meer niet-specifieke symptomen in de laatste vier weken. De jongvolwassenen gingen het vaakst naar de huisarts voor buik of maagklachten, spier- of gewrichtsklachten en hartkloppingen.
Volwassenen en ouderen
Ongeveer 66% van de volwassenen en ouderen had in het najaar van 2022 last van één of meer chronische niet-specifieke symptomen in de laatste maand. De symptomen waar volwassenen het meest chronisch last van hadden zijn moeheid, rugklachten en nek- of schouderklachten. Ouderen gingen relatief het vaakst naar de huisarts voor pijn of druk op de borst, hartkloppingen, en benauwdheid of kortademigheid in rust.
Data voor vervolgonderzoek
Bovenstaande resultaten staan beschreven in drie factsheets. Ze laten een momentopname zien van een hele specifiek uitvraag. De jaren ervoor en erna is deze uitvraag niet herhaald. Daardoor is er geen vergelijking of trend beschikbaar. Door de data wel te publiceren, kunnen andere onderzoekers dit meenemen in vervolg- of verdiepend onderzoek.