Ondanks de coronapandemie blijven mensen met overgewicht deelnemen aan de gecombineerde leefstijlinterventie (GLI). Wel zijn er de afgelopen maanden minder mensen gestart met deze leefstijlprogramma’s ten opzichte van de periode daarvoor. Dit blijkt uit RIVM-onderzoek met Vektis data naar de ontwikkeling van de GLI.

Met de gecombineerde leefstijlinterventie werken volwassenen met overgewicht aan hun leefstijl. Er is hierbij aandacht voor gezonde voeding, bewegen en andere factoren die een gezonde leefstijl beïnvloeden, zoals stress en slaapgebrek. De interventie wordt sinds januari 2019 vergoed via de basisverzekering. Tot nu toe zijn er 8.646 mensen die deelnemen (peildatum augustus 2020).

Deelname GLI

De COVID-19 maatregelen hebben ook invloed op de uitvoering van de GLI-zorg. Er zijn in april en mei 2020 minder mensen met de GLI gestart dan in voorafgaande maanden. Vanaf juni nam dat aantal weer toe. Inzicht in het aantal deelnemers krijgt het RIVM via declaraties die via de zorgverzekeraar bij Vektis worden aangeleverd. De cijfers voor 2020 zijn voorlopige getallen aangezien nog niet alle verzekeraars de GLI-declaraties tot en met augustus 2020 hebben aangeleverd. Het volledige effect van de coronapandemie op de uitrol van de GLI zal pas volgend jaar duidelijk zijn.

Resultaten en ontwikkelingen

Resultaten uit deze GLI-monitor bevestigen wat al zichtbaar was vanaf de start van de GLI: meer vrouwen (70%) dan mannen (30%) nemen deel aan de GLI en de gemiddelde leeftijd is 52 jaar. Verder komen deelnemers uit alle lagen van de bevolking en heeft meer dan de helft van de deelnemers één of meerdere chronische aandoeningen. In Gelderland, Noord-Holland en Noord-Brabant trekt de GLI de meeste deelnemers. In Drenthe is deelname het laagst. Meer dan de helft van de deelnemers doet mee aan het programma CooL (53%). In totaal hebben zorgverzekeraars tot 31 augustus 2020 2,2 miljoen euro vergoed voor de GLI.

Op verzoek van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport)) volgt het RIVM de ontwikkelingen van de GLI en brengt twee keer per jaar gegevens uit de GLI-monitor naar buiten. Zo wordt naar verwachting vanaf 2021 duidelijk of deze (kosten)effectief is en of het aanbod moet worden aangevuld voor specifieke doelgroepen. Hiervoor wordt naast gegevens van Vektis ook gebruik gemaakt van het GLI-register waarin het RIVM gegevens van deelnemers verzameld.