The impact of the COVID-19 pandemic on health and wellbeing of the population: part 3. A systematic literature study

The impact of the COVID-19 pandemic on health and wellbeing of the population: part 3. A systematic literature study

Go to abstract

Samenvatting

Voor de derde keer is de wetenschappelijke literatuur naar de gezondheidseffecten van de coronapandemie verzameld. In deze literatuurstudie hebben de onderzoekers de nadruk gelegd op vier gevolgen van de pandemie die de vorige keer opvielen.

De resultaten bevestigen de inzichten uit de vorige rondes. De onderzoeken gaan vooral over (de eerste helft van) 2021. Er is weinig informatie gevonden over 2022, waardoor er nog weinig bekend is over de langetermijneffecten van de pandemie.

Zo bevestigt het onderzoek dat een groep mensen na een coronabesmetting lange tijd klachten houdt, waardoor zij niet of niet helemaal kan werken. Deze klachten kunnen lang blijven bestaan, tot twee jaar na een besmetting. Het aantal mensen met klachten wordt wel met de jaren minder.

Verder is duidelijk dat de mentale gezondheid van de jeugd ook na het eerste jaar van de pandemie is afgenomen, vergeleken met de periode voor de pandemie. Depressieve klachten en angstklachten kwamen vaker voor. Dat was vooral te zien tijdens lockdowns. Hoewel de klachten tijdens versoepelingen van de maatregelen verminderden, herstelde de mentale gezondheid van de jongeren niet helemaal. Het is niet bekend hoe dit zich op langere termijn ontwikkelt.

De pandemie had meestal een negatief effect op het sociale functioneren van mensen. Ze namen minder vaak deel aan sociale activiteiten en voelden zich sociaal geïsoleerd. Ook was de ervaren kwaliteit van sociale contacten lager, bijvoorbeeld omdat ze online waren.

Tot slot had uitgestelde zorg een negatief effect. Hierdoor was de gezondheid van bijvoorbeeld mensen met een hartinfarct na behandeling meer afgenomen dan gebruikelijk. Ook hadden ze meer complicaties. Patiënten met kanker hadden meer uitzaaiingen door latere diagnoses en behandelingen. Ook hadden mensen door uitgestelde operaties een lagere kwaliteit van leven dan voor de pandemie.

Het literatuuronderzoek bevestigt opnieuw dat bepaalde groepen harder zijn geraakt door de coronapandemie. Dit geldt in het bijzonder voor jongeren, mensen met een lager inkomen en mensen met bestaande gezondheidsproblemen. Kennis over deze effecten en kwetsbare groepen is voor beleidsmakers essentieel om de juiste zorg en ondersteuning te organiseren bij een eventuele nieuwe pandemie, maar is ook los van de pandemie relevant voor de gezondheidsbevorderingstaak.

Abstract

For the third time, a review has been conducted of the scientific literature on the health effects of the coronavirus pandemic. For this literature review, the researchers focused on the main findings of the previous reviews. The results confirm the insights gained from the previous review rounds. The studies under review mainly concern the year 2021 (primarily the first six months). Little information was published about 2022, as a result of which there is still a dearth of knowledge about the pandemic’s long-term effects.

The review confirms that a there is a group of people who continue to have long-term symptoms after infection with the coronavirus, rendering them partially or fully unable to work. These symptoms may persist for a lengthy period of time, up to two years after infection. At the same time, the number of people with long-term symptoms decreases over the years.

It is also clear that the mental health of young people was worse in the first year after the pandemic than before the pandemic, with an increase in symptoms of depression and anxiety. This was particularly noticeable during the lockdowns. Although their symptoms became less severe after the relaxation of measures, their mental health did not fully recover. It is not known how this situation will develop in the long term.

The pandemic largely had a negative effect on social functioning. People took part in social activities less often and felt socially isolated. The perceived quality of social contact was also lower, for example because it took place online.

Lastly, postponed care also had a negative effect. As a result, people who suffered a heart attack had poorer health outcomes after treatment and more complications, whereas cancer patients had more or worse metastases due to later diagnoses and treatments. People whose operations had been postponed also had a worse quality of life than before the pandemic.

Certain groups were hit harder than others by the coronavirus pandemic, including young people, people with a lower socio-economic status and people with pre-existing health problems. It is essential that policymakers know about these effects and vulnerable groups to be able to organise proper care and support, now and in the event of a new pandemic. At the same time, the vulnerabilities identified in the literature are relevant for public health promotion in general, regardless of exposure to pandemics and disasters.

Uitgever

Instituut
Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu en NIVEL

Resterend

Grootte
2349 kb