Hoe goed beschermt vaccinatie tegen ziekenhuisopname? En is de vaccin effectiviteit anders bij mensen met bepaalde onderliggende aandoeningen? Dit wordt door het UMC (Universitair Medisch Centrum) Utrecht in samenwerking met het RIVM onderzocht in de VECTOR studie.
Waarom dit onderzoek?
Vaccinatie beschermt niet 100% tegen COVID-19, maar mensen die ondanks vaccinatie toch COVID-19 oplopen, hebben over het algemeen een kleinere kans op een ernstig beloop van de ziekte en dus een kleinere kans om door COVID-19 opgenomen te worden in het ziekenhuis.
De mate waarin zij wel beschermen tegen besmetting of bijvoorbeeld ziekenhuisopname of opname op de IC (Intensive care) wordt de vaccineffectiviteit genoemd. Deze effectiviteit van vaccinatie wordt op verschillende manieren onderzocht en in de gaten gehouden. In het VECTOR-onderzoek wordt gekeken naar de bescherming van vaccinatie tegen ziekenhuisopname door COVID-19. Daarnaast wordt onder andere informatie verzameld van onderliggende aandoeningen van mensen die met een verdenking op COVID-19 worden opgenomen in het ziekenhuis. Hierdoor kunnen we ook kijken naar de vaccineffectiviteit in bepaalde risicogroepen. Daarnaast wordt gekeken naar de duur van de bescherming in verschillende risicogroepen.
Van welke patiënten wordt er data verzameld binnen dit onderzoek?
Er werden gegevens verzameld van 1374 patiënten die werden opgenomen in het ziekenhuis met mogelijke COVID-19. Het eerste deel van de VECTOR studie liep tussen maart en juli 2021, toen de alfavariant van het coronavirus in Nederland dominant was. In het tweede deel werden patiënten opgenomen tussen 1 oktober 2021 en 29 januari 2022 in het onderzoek bekeken. In die periode was de delta-variant dominant. De data werd zo verzameld en bewaard dat de betrokken onderzoekers van het UMCU (Universitair Medisch Centrum Utrecht) (Universitair Medisch Centrum Utrecht) en het RIVM niet kunnen achterhalen om welke individuele personen het gaat.
Wat zijn de resultaten?
Tussen 1 maart en 5 juli 2021 zijn 367 COVID-19 patiënten en 247 patiënten zonder COVID-19 bekeken in het onderzoek. De vaccin effectiviteit tegen COVID-19 gerelateerde ziekenhuisopnamen was in deze periode 90% voor volledige vaccinatie en 67% voor gedeeltelijke vaccinatie.
Gedurende de 2e studieperiode, toen de Delta variant dominant was, werden 367 COVID-19 patiënten en 300 patiënten zonder COVID-19 bekeken. In deze periode varieerde de vaccin effectiviteit voor volledige vaccinatie tussen de 63% en 82% afhankelijk van de tijd sinds laatste vaccinatie. Hoe langer geleden de vaccinatie, hoe lager de vaccin effectiviteit. De vaccin effectiviteit van de boostervaccinatie was 90%.
Bij deze berekeningen hielden we rekening met leeftijd, geslacht en of de patiënten onderliggende aandoeningen hadden.
Van de volledig gevaccineerde patiënten had 95% een onderliggende aandoening. Ook bij ongevaccineerden was er vaak sprake van onderliggende aandoeningen, namelijk bij 76%. Van volledig gevaccineerde COVID-19 patiënten werd 10% opgenomen op de IC. Van de ongevaccineerden belandde 27% op de IC.