Wat komt er ons af en welke opgaven komen hier uit voort?
In deze toekomstverkenning, die in november 2020 zal verschijnen, gaan we expliciet in op de toekomstige ontwikkelingen op het gebied van volksgezondheid en zorg in het licht van de coronacrisis. Welke toekomstige ontwikkelingen zullen mogelijk anders gaan verlopen door de coronapandemie en hoe kunnen we in de toekomst beter voorbereid zijn op soortgelijke uitbraken? Hierbij onderscheiden we in de c-VTV (Volksgezondheid Toekomst Verkenning ) de korte termijn (0 tot 5 jaar) en de middellange termijn (5 tot 20 jaar). In het onderdeel “Wat komt er op ons af?” worden aan de hand van verschillende scenario’s de cognitieve onzekerheden vertegenwoordigd. In het onderdeel “Welke opgaven komen hieruit voort?” worden de wenselijke, normatieve toekomstbeelden geschetst en afgewogen.
Wat komt er op ons af?
De kernonzekerheden van de huidige crisis zijn niet moeilijk te duiden. Belangrijk is hoe het coronavirus zich verder ontwikkelt. Hiertoe onderscheiden we 3 varianten:
- pieken en dalen;
- een grote tweede golf mogelijk gevolgd door andere golven;
- langzaam uitdoven tot kleine golfjes.
In deze varianten wordt er van uitgegaan dat er geen (grootschalige) vaccinatie zal plaatsvinden.
Een tweede belangrijke (cognitieve) kernonzekerheid is hoe de economische situatie zich zal ontwikkelingen. Het CPB (Centraal Planbureau) heeft hiervoor een basisraming gemaakt en als aanvulling een drietal scenario’s waarin verschillende paden van herstel (volledig herstel, zwak herstel en tweede golf) worden verondersteld. Deze zijn afgezet tegen de economische raming uit in maart 2020 (CEP2020).
Figuur. Gestileerde scenario’s voor de ontwikkeling van het virus (links) en de economische groei (rechts). Deze scenario’s zijn gebaseerd op CIDRAP en CPB en zijn gestileerd doorgetrokken naar de komende jaren.
Hierbij is het niet alleen van belang hoe het macro-economische herstel verloopt. Op maatschappelijk niveau moeten we ook de sociaaleconomische impact van werkloosheid, schuldenproblematiek en armoede op volksgezondheid meewegen. Er zijn nog verschillende andere factoren van invloed te benoemen, zoals draagvlak voor maatregelen, gedrag, thuiswerken en mobiliteit. Maar ook bijvoorbeeld hoe de digitalisering van de zorg verder zal verlopen. Deze onzekerheden, voortvloeiend uit de coronapandemie, komen bovenop de al bekende onzekerheden zoals klimaatveranderingen, migratie en de (gevolgen van) vergrijzing.
Gezien de veelomvattendheid van het aantal onzekerheden en de afhankelijkheid ertussen is niet gekozen voor een zogenoemde assenkruisbenadering, maar passen we een morfologische scenariomethodiek toe. Met deze methodiek kunnen meerdere onzekerheden makkelijker gecombineerd worden om zo tot een betere inschatting van mogelijke toekomsten te komen. Hierbij wordt het Trendscenario, waarin de toekomstige trends beschreven worden zoals deze zonder de coronacrisis zouden zijn geweest, als referentiescenario genomen en worden de aanvullende onzekerheden gebruikt om verschillende toekomstbeelden te schetsen. Het doel is immers om de cognitieve onzekerheden en de effecten ervan op volksgezondheid beter te kunnen duiden.
Wat zijn de maatschappelijke opgaven die hieruit voorkomen?
De geschetste beelden van wat er op ons af kan komen leveren nog niet een eenduidig beeld op wat de belangrijkste opgaven dan zullen zijn. En er is ook niet één probleem met één duidelijke oplossing. Dit heeft enerzijds te maken met de cognitieve onzekerheden, maar voor een belangrijk deel ook met hoe we kijken naar deze toekomstbeelden. Er bestaat vaak geen consensus over wat men de belangrijkste ontwikkeling vindt, of wat wenselijke of minder wenselijke toekomstbeelden zijn. Want hoe weeg je het voorkomen van de directe impact van COVID-19 af tegen het bevorderen van het economisch herstel. Ook de tegenstelling tussen veiligheid en vrijheid is een vaak genoemd dilemma. Deze normatieve aspecten reflecteren verschillende waarden en normen in de vorm van perspectieven op gezondheid. De 4 perspectieven die in de VTV-2014 (Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2014) onderscheiden worden zijn: 1) op en top gezond, 2) iedereen doet mee, 3) heft in eigen handen en 4) gezonde welvaart. Deze perspectieven zullen ook het uitgangspunt voor de c-VTV zijn. Ze zullen waar nodig aangepast of verder ingevuld worden. De c-VTV biedt hiermee een kader voor het afwegen van verschillende waarden.
De vier perspectieven op gezondheid in de VTV-2014
Wat betekent dit voor beleid en maatschappij?
De VTV heeft tot doel inzicht in de belangrijkste toekomstige trends en opgaven te geven. Sommige van deze opgaven zullen door de coronacrisis (nog) urgenter geworden zijn, andere wellicht minder urgent. De vraag is wat je kunt doen om deze opgaven aan te pakken, en wie daarvoor mogelijk aan zet zijn. Dit is niet alleen gericht op nationale en lokale beleidsmakers. Ook bijvoorbeeld burgers en bedrijven worden aangesproken om meer in gezamenlijkheid de opgaven waar we voor staan aan te pakken. Immers, de opgaven waar we voor staan zijn complex van aard, en vragen vaak om een integrale en persoonsgerichte aanpak. Dit vraagt inzet van veel verschillende partijen: van nationale en lokale beleidsmakers, zorg- en volksgezondheidsprofessionals, onderzoekers, burgers, én van maatschappelijke stakeholders. De c-VTV zal een eerste uitwerking geven van de opgaven en de mogelijke handelingsstrategieën.