Wanneer loop je een risico om besmet te raken met het rabiësvirus?

Rabiës kan behalve door honden en katten ook worden overgedragen door andere zoogdieren zoals vleermuizen, vossen en apen. Vermijd daarom direct contact met hondjes of katjes en neem ze vooral niet mee naar huis. Haal ook geen wilde dieren aan zoals apen, ook al lijken ze nog zo tam en onschuldig. Doe je dat wel, dan loop je niet alleen zelf risico, maar ook alle mensen en dieren in je omgeving.
 

Wat zijn de symptomen van rabiës bij dieren?

Honden en katten veranderen van karakter, gaan zwerven, vermageren en gaan onzeker lopen. In een laat stadium van de ziekte loopt speeksel uit hun bek. Als vossen rabiës hebben worden ze minder schuw; normaal mijden zij mensen. Ook kunnen ze mensen aanvallen.
 

Kan ik een dier uit het buitenland meenemen?

Het is beter om geen dieren uit het buitenland mee te nemen. Wil je toch een dier meenemen naar huis, dan moet dit volgens speciale regels. De Europese Unie heeft regels opgesteld voor het importeren van dieren zoals honden en katten. Deze regels zijn er om te voorkomen dat mensen en dieren besmet raken met ernstige ziekten zoals rabiës. Informatie over deze invoerregels staan op de website van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit)), www.nvwa.nl. Een dierenarts kan je er meer over vertellen. Je blijft er persoonlijk verantwoordelijk voor dat aan alle regels wordt voldaan.

 

Mag een dier mee in het vliegtuig?

Er zijn internationale (standaard)regels om levende dieren te vervoeren. Daarnaast heeft iedere vliegmaatschappij een eigen beleid over wat zij in een vliegtuig vervoeren. Een kleine kat of hond kan op de meeste vluchten meereizen in de cabine of in het geventileerde deel van het bagageruim. Neem van te voren altijd contact op met de vliegmaatschappij. 

 

Wat moet je doen na een dierenbeet in het buitenland?

Maak de plaats van de beet of krab goed schoon met water en zeep. Doe dit ten minste 15 minuten. Ontsmet daarna de wond met jodium of alcohol. Ga zo snel mogelijk - in elk geval binnen 24 uur - naar een arts. Deze beoordeelt of er kans bestaat op rabiës. In dat geval is behandeling nodig. Als je nog niet volledig ingeënt bent tegen rabiës, bestaat de behandeling uit een serie van 4 inentingen volgens een vast schema op dag 0, 3, 7, en tussen dag 14 en 28). Mensen die een afweerstoornis hebben, krijgen over het algemeen vijf ipv vier vaccinaties (op dag 0, 3, 7, 14 en 28). Soms is ook een injectie met antistoffen (immunoglobulinen) nodig (afhankelijk van het soort verwonding). Als je wel volledig bent ingeënt tegen rabiës is nog steeds een herhaling van de inenting nodig (2 prikken). Met de serie moet zo snel mogelijk na de beet gestart worden. Dat verkleint de kans om ziek te worden. In veel landen zijn de vaccinaties wel, maar de antistoffen niet of moeilijk verkrijgbaar. Als er in het buitenland problemen of vragen zijn over de behandeling, bel dan het alarmnummer van de reisverzekering. Het kan zelfs nodig zijn dat je met spoed terug naar Nederland (gerepatrieerd) moet.

 

Wordt de behandeling in Nederland vergoed?

Een preventieve behandeling tegen rabiës, na mogelijke blootstelling aan het rabiësvirus, wordt vergoed door je zorgverzekeraar. Je eigen risico wordt wel eerst aangesproken.
Preventieve vaccinaties uit voorzorg (zoals voor reizen) worden in principe niet vergoed tenzij:
- je werkt met vleermuizen en je werkgever biedt de vaccinaties aan 
- je een zorgverzekering hebt met een aanvullend pakket. Dit is afhankelijk van het pakket.

 

Waar vind ik meer informatie?

- Invoerregels dieren mee uit het buitenland (NVWA), www.nvwa.nl
- Flyer van NVWA 'Ken je grenzen, pas op voor hondsdolheid', www.nvwa.nl