Algemeen

POMS NL Prepositioned Organizational Materiel Storage Netherlands (Prepositioned Organizational Materiel Storage Netherlands) was een strategisch project om bij een mogelijke oorlog snel Amerikaanse troepen te kunnen invliegen. Ook was het een werkgelegenheidsproject dat vanaf 1984 werk bood aan mensen uit het oosten en zuiden van ons land waar toen hoge werkloosheid heerste. De POMS Prepositioned Organizational Materiel Storage (Prepositioned Organizational Materiel Storage)-locaties vielen organisatorisch onder het Amerikaanse leger, maar het personeel was in dienst van Defensie. Er werkten ook uitzendkrachten.

Op de 5 POMS-locaties hebben tussen de 2.000 en 3.000 mensen gewerkt. Een deel van die mensen voerde onderhoudswerkzaamheden uit aan defensiematerieel dat in de loodsen in opslag stond. Zij zijn hierbij blootgesteld geweest aan chroom-6 dat in bepaalde verfsoorten zat. 

In onderstaande tabel zijn de conclusies voor de afzonderlijke ziekten weergegeven. Deze conclusies zijn gebaseerd op wetenschappelijke gegevens uit studies bij mensen en proefdieren. Voor de ziekten die niet zijn genoemd in onderstaande tabel is door het RIVM geconcludeerd dat er geen of geen overtuigende aanwijzingen gevonden zijn in de huidige wetenschappelijke studies bij mensen en dieren dat blootstelling aan chroom-6 de ziekte of nadelige gezondheidseffecten kan veroorzaken bij mensen.

Tabel relaties tussen chroom-6 en ziekten

Het RIVM heeft samen met een tandheelkundig expert alle onderzoeken die er zijn over chroom-6 en gebitsproblemen beoordeeld. In deze bestaande onderzoeken was blootstelling aan dampen uit zuurbaden, mogelijk in combinatie met stofdeeltjes, vermoedelijk de oorzaak van de gebitseffecten. Op de POMS Prepositioned Organizational Materiel Storage (Prepositioned Organizational Materiel Storage)-locaties werd geen gebruikgemaakt van dergelijke zuurbaden. Er zijn geen (overtuigende) aanwijzingen dat contact met chroom-6 gebitsproblemen veroorzaakt.

Hieronder vind je extra informatie over de tijdsduur voor het optreden van de ziekten. De gegeven tijdsduur per ziekte moet worden beschouwd als de tijd na de eerste blootstelling aan chroom-6 bij de werkzaamheden.

  • Longkanker: het kan minimaal 15 jaar duren voordat longkanker kan optreden na werkzaamheden met chroom-6. Het is niet bekend hoe lang het maximaal kan duren. 
  • Maagkanker: het is niet bekend hoe lang het duurt voordat maagkanker optreedt na werkzaamheden met chroom-6. Bij werkzaamheden met chemische stoffen in het algemeen kan maagkanker na ruim 20 jaar optreden. 
  • Strottenhoofdkanker: het is onbekend hoe lang het duurt voordat strottenhoofdkanker kan optreden na werkzaamheden met chroom-6. Van luchtwegkankers is wel bekend dat dit tussen de 10 en 50 jaar kan duren. Strottenhoofdkanker is een type luchtwegkanker.
  • Chronische longziekten: na langdurig contact met chroom-6 kun je binnen 5 jaar de chronische longziekte COPD Chronic Obstructive Pulmonary Disease (chronische bronchitis of longemfyseem) (Chronic Obstructive Pulmonary Disease (chronische bronchitis of longemfyseem) ) krijgen. 
  • Chroomallergieën: je kunt na enkele weken tot maanden last krijgen van chroomallergieën. Dat geldt voor: allergische astma, allergische neusslijmvliesontsteking (rhinitis) en contacteczeem. De eerste klachten kunnen al na een dag optreden.
  • Perforatie van het neustussenschot door chroomzweren: je kunt na enkele weken tot maanden last krijgen van de effecten van chroomzweren. De eerste klachten kunnen al na een dag optreden. Het is mogelijk dat een chroomzweer onopgemerkt blijft vanwege weinig zenuwuiteinden in het neustussenschot.

De stabielste en meest voorkomende vormen zijn chroom-0, chroom-3 en chroom-6. Chroom-0 (ook wel aangeduid als Cr0 of gewoon Cr ) is een metaal, waarmee bijvoorbeeld ijzer verchroomd wordt. Chroom-3 (Cr3+ of chroom (III)) en chroom-6 ( Cr6+ of chroom(VI)) komen alleen voor in verbinding met andere chemische elementen.

De eigenschappen van chroom-6 hangen af van de verbinding waarin het chroom-6 aanwezig is. Van de chroom-6-verbindingen zijn de chromaten en dichromaten het belangrijkste, daarnaast is het chroom in chroomtrioxide (CrO3) ook aanwezig als Cr6+. Zoals alle mineralen en zouten zijn chroom-6-verbindingen niet vluchtig. In zuivere vorm zijn het vaste stoffen. Bepaalde chroom-6-verbindingen zijn goed oplosbaar in water, andere zijn niet goed oplosbaar. Chroom-6-verbindingen hebben vaak een felle kleur, variërend van geel, oranje en rood tot paars. 

  • Bodem en drinkwater
    • Chroom-6 komt van nature voor in de bodem en op sommige plekken ook in het drinkwater. In Nederland zijn de hoeveelheden in het drinkwater zeer laag. 
  • Voedsel
    • De hoeveelheid chroom-6 die wij binnenkrijgen met ons voedsel is minimaal.
  • Buitenlucht
    • Chroom-6 kan in de buitenlucht zitten maar meetgegevens zijn schaars. Uit een aantal metingen dat is gedaan dicht bij industriële bronnen (bijvoorbeeld houtverduurzamingsbedrijf, ijzergieterij, chroomsmelterij) blijkt dat daar meer chroom-6 in de lucht kan zitten. 
  • Tabak
    • Uit onderzoek blijkt dat er een kans is dat bij roken van tabak ook chroom-6 vrijkomt.