Het cytomegalovirus (CMV) kan schadelijk zijn voor het ongeboren kind. Dit virus komt vaak voor in speeksel en urine van kleine kinderen. Goede hygiëne is daarom belangrijk. Denk bijvoorbeeld aan handen wassen (met zeep) na het afvegen van snot en na het verwisselen van luiers. Ook is het niet verstandig om bestek en eten te delen, of de speen van je kind in je eigen mond te stoppen.

Cytomegalovirus (CMV) behoort tot de groep van de herpesvirussen. Vrijwel iedereen komt in zijn leven in contact met het virus. Meer dan de helft van de mensen in Nederland heeft een infectie met CMV gehad. Net als andere type herpesvirussen blijft CMV na een eerste infectie latent in het lichaam aanwezig en kan het opnieuw actief worden. Dit geeft dan geen klachten.

Meestal verloopt CMV zonder verschijnselen, maar soms is er koorts en moeheid. Bij vrouwen die voor het eerst besmet raken tijdens de zwangerschap, kan de ongeboren baby besmet raken. Als een vrouw het virus al bij zich draagt, kan de baby soms besmet worden als het virus weer actief wordt. In beide gevallen is er een kleine kans op aangeboren afwijkingen bij de baby. Voor de zwangere zelf is er bij een infectie met CMV geen extra risico op ernstige ziekte.

Hoe kan ik CMV voorkomen?

CMV wordt doorgegeven via direct en indirect contact met besmette lichaamsvloeistoffen zoals speeksel en urine. Iedereen kan in contact komen met het virus en ziek worden. Zeker kinderen in dagverblijven en crèches en hun ouders/verzorgers. Ook in ruimtes waar veel mensen dicht op elkaar verblijven is het risico groter.

  • Voorkom contact met lichaamsvocht.
  • Was de handen als er toch contact met het vocht is geweest.
  • Is er lichaamsvocht op speelgoed of andere spullen gekomen? Maak het dan schoon.
  • Was de handen na het verschonen van een kind.