Elke vier jaar rapporteert Nederland aan de Europese Unie over de kwaliteit van het grondwater en oppervlaktewater in ons land. Dit heet de Nitraatrapportage en is een verplichting vanuit de Europese Nitraatrichtlijn. Het rapport beschrijft ontwikkelingen in het mestbeleid, veranderingen in de landbouwpraktijk en het effect daarvan op de kwaliteit van het grondwater en oppervlaktewater. Het RIVM coördineert de totstandkoming van dit rapport. Er komt veel bij kijken. Afstemming met alle betrokken instituten en voldoen aan de soms ingewikkelde eisen, formats en deadlines van de EU Europese Unie (Europese Unie). In dit artikel geeft projectleider Jacqueline Claessens een inkijkje in het proces rond de Nitraatrapportage. 

Lange en intensieve samenwerking

Het RIVM maakt de Nitraatrapportage niet alleen. Ook het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS Centraal Bureau voor de Statistiek (Centraal Bureau voor de Statistiek)), Rijkswaterstaat, Deltares, Wageningen Social & Economic Research en de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (Rijksdienst voor Ondernemend Nederland)) werken er aan mee (Figuur 1). De verschillende instituten dragen elk vanuit hun eigen expertise bij aan de rapportage. 

Figuur 1. Wat is de Nitraatrapportage?

Het traject voor het rapport dat in november 2024 verscheen, startte in 2021 met de evaluatie van de vorige Nitraatrapportage (2020). In de evaluatie, die een vast onderdeel is van het proces, bespreken de instituten gezamenlijk de verbeterpunten op inhoudelijk vlak, maar ook voor het proces. Deze verbeterpunten neemt het RIVM vervolgens mee bij het opstellen van het plan van aanpak voor de volgende rapportage. Dit plan van aanpak is belangrijk voor de instituten als houvast bij het opstellen van het rapport, maar ook voor de afspraken met de opdrachtgevers, de ministeries van Infrastructuur en Waterstaat (IenW Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat )) en Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur (LVVN Ministerie van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur (Ministerie van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur )).

Voldoen aan allerlei eisen

Voor het opstellen van het rapport heeft de EU Europese Unie (Europese Unie) een rapportage-leidraad opgesteld. Daarin staat over welke onderwerpen de EU-lidstaten moeten rapporteren. Het gaat daarbij niet alleen om gegevens over de afgelopen vier jaar en de periodes daarvoor. Maar het gaat ook om de verwachtingen over de waterkwaliteit voor de komende jaren. De richtlijn beschrijft niet hoe de gegevens verzameld moeten worden.

De Nitraatrapportage is een omvangrijk rapport van bijna 300 pagina’s. De rapportage-leidraad is een belangrijk document dat de instituten gebruiken bij het opstellen van het rapport. Het geeft een opsomming van zeven essentiële onderdelen die in de rapportage moeten staan. De Nitraatrapportage beschrijft hoe Nederland daar invulling aan geeft en geeft vervolgens de resultaten van de monitoring weer. De rapportage-leidraad schrijft ook heel specifiek voor op welke wijze bepaalde gegevens moeten worden gepresenteerd, bijvoorbeeld welke kleuren te gebruiken in grafieken.

Hoofdboodschappen

Het is een uitdaging om op basis van al deze informatie te komen tot de hoofdboodschappen van het rapport. Dit hebben de auteurs gedaan door te kijken wat de resultaten betekenen in relatie tot de doelen van de Nitraatrichtlijn: het beschermen van de drinkwaterbronnen en een teveel aan voedingsstoffen in het watermilieu voorkomen. De hoofdboodschappen heeft het RIVM in de vorm van visuals gepresenteerd. Direct naar de visuals.

Aanleveren data van de waterkwaliteit

Een andere verplichting van de Nitraatrichtlijn is het opstellen van de Overzichtsrapportage voor de hele EU. Een uitvoeringsorganisatie van de EU maakt deze zogenoemde EU-landenrapportage. Alle EU-lidstaten moeten daarvoor hun data over de waterkwaliteit aanleveren. Het RIVM doet dit namens Nederland.

Ook hiervoor gelden bepaalde eisen. Volgens een voorgeschreven format leveren de instituten de waterkwaliteitsdata aan in een data-portaal. De rapportage-leidraad beschrijft tot op zekere hoogte hoe de data aan te leveren. Daarnaast organiseert de EU webinars om uitleg te geven. Desondanks is het een hele klus om de waterkwaliteitsdata goed in het portaal te krijgen. Het portaal heeft een uniforme inrichting; alle EU-lidstaten moeten hun data op dezelfde manier aanleveren. Dat is belangrijk omdat in de EU-landenrapportage dezelfde informatie per land moet worden gepresenteerd.

Als alle landen hun data hebben aangeleverd, maakt de Europese Commissie de EU-landenrapportage. De afzonderlijke EU-lidstaten zijn hier niet meer bij betrokken. In de EU-landenrapportage worden de resultaten per land geaggregeerd tot enkele figuren. Door de aggregatie ontstaan verschillen met de Nitraatrapportage. De Nitraatrapportage geeft namelijk de resultaten per meetnet, grondsoort of watertype.

High Value Dataset

Recent is de Nitraatrapportage aangemerkt als een high-value-dataset (HVD hulpverleningsdienst (hulpverleningsdienst)). Dit betekent dat de instituten de data en de beschrijving om tot de resultaten in het rapport te komen, openbaar moeten maken. De instituten onderzoeken de komende maanden op welke wijze zij invulling kunnen geven aan deze verplichting, waarbij de afspraken rondom privacy van individuele bedrijven zijn gewaarborgd.

Nieuwsgierig naar de inhoud van de Nitraatrapportage 2024?


Jacqueline Claessens (RIVM)

LMM Landelijk Meetnet effecten Mestbeleid (Landelijk Meetnet effecten Mestbeleid) e-nieuws, februari 2025