In Nederland zijn de afgelopen jaren maatregelen genomen om de kwaliteit van de geboortezorg te verbeteren. Zo wordt er nu onder anderen onderzocht wat een andere manier van betalen, de zogeheten integrale bekostiging, hieraan kan bijdragen. Het RIVM onderzocht hoe integrale bekostiging van de geboortezorg in Nederland in de praktijk uitpakt en wat de mogelijke effecten zijn op de gezondheidsuitkomsten van moeder en kind, het zorggebruik en de zorguitgaven.
Wat hebben we gedaan?
Het RIVM voerde een eerste effectevaluatie uit van integrale bekostiging in de Nederlandse geboortezorg tot twee jaar na de implementatie in de eerste regio’s. Hiervoor is een difference-in-differences analyse toegepast om de effecten op zorggebruik, gezondheidsuitkomsten van moeder en kind en uitgaven aan geboortezorg te meten. Deze analyse en de resultaten hiervan worden beschreven in het wetenschappelijke artikel 'Integrating Maternity Care Through Bundled Payments In The Netherlands: Early Results And Policy Lessons'. Daarin plaatsen we de resultaten ook in een bredere, internationale context om de resultaten en beleidslessen ook te kunnen vertalen naar initiatieven rondom alternatieve bekostiging in andere zorgsectoren en andere landen.
Wat laten we zien?
Uit het onderzoek kwam naar voren dat de uitgaven per zwangerschap minder snel toenamen in regio’s met integrale bekostiging. Daarnaast zijn er wat verschuivingen in de zorg te zien. Zo zijn er iets meer bevallingen in een ziekenhuis onder leiding van een verloskundige (poliklinisch) geweest en minder ziekenhuisbevallingen onder leiding van een gynaecoloog. Het percentage geplande keizersneden was iets lager en het percentage niet-geplande keizersneden iets hoger in regio’s met integrale bekostiging. Er zijn (nog) geen effecten op de gezondheid te zien.
Naar aanleiding van deze resultaten is het mogelijk de volgende beleidslessen te trekken: integrale bekostiging lijkt allereerst effectief te zijn als middel om het gedrag van zorgverleners in de geboortezorg te beïnvloeden. Daarnaast heeft het invoeren van integrale bekostiging verschillende effecten in verschillende contexten. Dezelfde financiële prikkel vertaalt zich naar verschillende veranderingen in de zorgpraktijk en uitkomsten. Verder moeten alternatieve bekostigingsmodellen ontworpen worden met helder geformuleerde doelen en definities van succes. Dit kan de evaluatie en implementatie ondersteunen.
Conclusie
In deze eerste evaluatie met een follow-upperiode van twee jaar, werd deelname aan de interventie geassocieerd met kleine veranderingen in het gebruik van zorg en lagere uitgaven, zonder waargenomen effect op de gezondheid van moeder en kind. Hoewel deze evaluatie nog vroeg is en de resultaten bescheiden, heeft dit wel enkele waardevolle lessen opgeleverd voor beleidsmakers, zorgverzekeraars en aanbieders die alternatieve bekostigingsmodellen overwegen.
Het artikel is gepubliceerd in Health Affairs. Auteurs: Zoë Scheefhals, Jeroen Struijs, Albert Wong, Mattijs Numans, Zirui Song en Eline de Vries. Deze studie is ook beschreven in het RIVM-rapport Integrale bekostiging van de geboortezorg: ervaringen na drie jaar en de eerste zichtbare effecten.