Het RIVM heeft verkennend onderzoek gedaan naar de toepassing van zogenoemde point-of-care (POC (point-of-care))-testen in verpleeg- en verzorgingshuizen. Hieruit blijkt dat in de meeste instellingen veel kwaliteits- en veiligheidsaspecten rond deze toepassing goed geregeld zijn. Zij besteden aandacht aan zaken als hygiëne, patiëntidentificatie, onderhoud en correcte omgang met bloed- of urinemonsters. Echter, voor enkele aspecten is nog onvoldoende aandacht.
Veel verpleeg- en verzorgingshuizen gebruiken POC (point-of-care)-testen om snel een diagnose te stellen of om een behandeling te monitoren. Een bekend voorbeeld is de bloedglucosemeter, die de bloedsuikerwaarde van een diabetespatiënt meet. Om niet alleen snel, maar ook op juiste wijze een correcte diagnose te kunnen stellen of een behandeling te monitoren, is het belangrijk dat deze testen op de goede manier worden gebruikt.
Om de kwaliteit van het gebruik van de POC-testen in de verpleeg- en verzorgingshuizen te waarborgen geeft het RIVM enkele aanbevelingen. Zo is het belangrijk dat er meer aandacht komt voor trainingen en opfriscursussen en dat alle instellingen gaan werken met protocollen, handleidingen en kwaliteitscontroles. Daarnaast is het essentieel dat de verpleeg- en verzorgingshuizen bepalen bij wie de eindverantwoordelijkheid binnen de instelling ligt voor het juiste gebruik van de testen.