Vandaag hebben de directeuren van het RIVM, het KNMI (Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut) en TNO een nieuwe methode voor de luchtkwaliteitverwachting in gebruik genomen. Met deze methode kunnen tijdstip en duur van een smog-episode beter worden verwacht.
Wat is er veranderd?
De oude methode geeft een verwachting voor ozon- en fijnstof concentraties voor een aantal lokaties in Nederland. Het gebruikt hiervoor een statistisch model. De nieuwe methode gebruikt een chemisch transport model waarmee een verwachting voor concentratievelden boven heel Nederland wordt gemaakt. De nieuwe methode geeft waarden per uur waarmee het verloop van de concentratievelden gevolgd kan worden, net zoals het verloop van wolken en neerslag gevolgd kan worden bij het weerbericht.
Waarom een luchtkwaliteitverwachting?
Verhoogde concentraties van diverse stoffen in de lucht zijn schadelijk voor de gezondheid. Met name ouderen, kinderen en personen met luchtwegklachten zijn hier gevoelig voor. Een goede luchtkwaliteitverwachting maakt het mogelijk de dagelijkse activiteiten aan te passen aan de verwachtte situatie en daarmee eventuele klachten te verminderen.
Samenwerking
De nieuwe methode is gezamenlijk ontwikkeld door onderzoekers van het RIVM, het KNMI (Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut) en TNO. De ontwikkeling van de nieuwe methode luchtkwaliteitverwachting is mede gefinancierd door het Nederlands Instituut voor Vliegtuigontwikkeling en Ruimtevaart (NIVR (Nederlands Instituut voor Vliegtuigontwikkeling en Ruimtevaart)), in het kader van het Nationaal Programma Gebruiksondersteuning (GO) 2005 (Project Nr. GO-2005/84).