Go to abstract

Samenvatting

Consumenten komen dagelijks in contact met textiel, bijvoorbeeld via kleding en beddengoed. De bezorgdheid bestaat dat textiel stoffen bevat met eigenschappen die een risico zouden kunnen vormen voor de gezondheid, zoals huidallergie. Een aantal kleurstoffen mag inmiddels niet meer in textiel worden gebruikt. Het RIVM heeft in dit verband een methode ontwikkeld waarmee een rangorde kan worden gegeven aan stoffen die in de Europese wetgeving REACH staan geregistreerd voor gebruik in textiel. Op basis van deze prioritering kan worden bepaald van welke stoffen het belangrijk is een risicobeoordeling uit te voeren. Keuzes voor deze prioritering zijn ontleend aan de registratiegegevens over het gebruik van de stof: zit de stof in het eindproduct van textiel of wordt deze tijdens het productieproces van het textiel gebruikt? Daarnaast is gekeken naar classificatie van de gevaarseigenschappen zoals huidallergie of kanker. Ten slotte is de hoogte van de blootstelling waarboven effecten op de gezondheid niet kunnen worden uitgesloten (drempelwaarde) van belang. Met de methode zijn 788 individuele stoffen geïdentificeerd, waarvan 32 stoffen de hoogste prioriteit kregen. De meeste stoffen met zo'n hoge prioriteit waren kleurstoffen en vlamvertragers. Van tien van deze hoog-prioritaire stoffen is nader onderzocht of de registratiegegevens in REACH informatie over de blootstelling bevatten. Deze informatie bleek weinig specifiek te zijn, waardoor een goede risicoschatting niet mogelijk is. Hoewel de methode geschikt is gebleken voor de prioritering, geeft het RIVM enkele aanbevelingen om de methode verdere uit te werken en te valideren. Zo is een realistisch model voor blootstellingschattingen nodig om een risicobeoordeling van gevaarlijke stoffen te kunnen uitvoeren. De belangrijkste beperking om deze blootstelling en een risicoschatting te kunnen maken is het gebrek aan stofspecifieke gegevens over de mate waarin stoffen aanwezig zijn in textiel en eruit vrijkomen tijdens het gebruik. Ten slotte is de hoogte van de blootstelling waarboven effecten op de gezondheid niet kunnen worden uitgesloten (drempelwaarde) van belang.

Abstract

Consumers have daily dermal contact with textile articles, through clothing and matrasses for example. There is a concern that textiles contain hazardous substances that pose a risk to human health, such as skin sensitization. Some dyes are already restricted for use in textiles.

RIVM has developed a prioritization method for substances in textiles that are registered in the European legislation REACH based on their hazard characteristics. Prioritization depends on the use of the substances, e.g. only in the production process or present in textile article. In addition, the classification of the substances into categories such as carcinogen or skin sensitization, and potency were also included for prioritization.

This method identified 788 individual substances, 32 of which had the highest priority scores. Most substances with a high priority were dyes and flameretardants. An in-depth assessment was performed for ten of the high-priority substances. Information available in the REACH registration dossier was not specific enough to perform a risk assessment.

Although it has some drawbacks, this method seems to be a solid for indicating high-priority substances registered under REACH. Recommendations are given for further development and validation. A realistic exposure model is needed to perform a risk assessment for hazardous substances in textiles. Substancespecific information on the concentration and release from textiles is required.

Resterend

Grootte
543KB