- Publicatiedatum
- 16-01-2025
Samenvatting
Tijdens de COVID-19-vaccinatie in 2021 en 2022 zijn ook zwangeren gevaccineerd.
Deze kennisnotitie geeft inzicht in het percentage zwangeren dat zich in de periode voor, tijdens en na de zwangerschap heeft laten vaccineren tegen COVID-19. Dit inzicht was nodig voor de (capaciteits)planning van de COVID-19 (re)vaccinatie voor zwangeren in de herfst van 2023. De informatie kan ook bruikbaar zijn voor andere vaccinatieprogramma's voor zwangeren.
De opkomst voor de COVID-19-vaccinatie onder zwangeren blijkt lager te zijn dan onder alle vrouwen in de vruchtbare leeftijd. Ook in de maanden vóór de zwangerschap was de opkomst lager. Dit was zo vanaf de start van deze vaccinatie in januari 2021 en bleef zo nadat op 22 april 2021 alle zwangeren het advies kregen om zich te laten vaccineren. Dat advies werd gegeven omdat was gebleken dat het vaccin tijdens de zwangerschap veilig was. Ook was duidelijk geworden dat zwangeren een grotere kans hebben om heel ziek te worden van een besmetting met het coronavirus. Verder blijkt uit het onderzoek dat zwangeren de coronaprik vaak uitstelden tot na de bevalling.
Het RIVM beveelt aan om, ook voor de pandemische paraatheid, verschillende scenario’s uit te werken voor vaccinatie tijdens de zwangerschap. Het is daarbij belangrijk na te denken hoe zwangeren het beste kunnen worden geïnformeerd over de veiligheid, risico’s en effectiviteit van deze vaccinatie tijdens de zwangerschap. Een andere aanbeveling is om met verloskundig zorgverleners te bespreken wat zij nodig hebben om als vertrouwde zorgverlener zwangeren te kunnen ondersteunen om een geïnformeerde keuze te maken. Dit is zowel relevant voor nieuwe vaccinaties tijdens de zwangerschap als voor de beschikbare (maternale) vaccinaties tegen kinkhoest en griep.
Uitgever
- Instituut
- Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu RIVM
Resterend
- Grootte
- 1451 kb