Mensen in de laagste sociaaleconomische groep ervaren hun mondgezondheid minder vaak als 'goed’ tot 'zeer goed' (66%) dan mensen in de hoogste sociaaleconomische groep (80%). Daarnaast zijn er meer verschillen tussen deze groepen, onder meer in het aantal mensen dat jaarlijks de tandarts of mondhygiënist bezoekt. Dat blijkt uit de eerste rapportage van de Monitor Mondgezondheid van het RIVM.
Over het algemeen ervaren de meeste volwassenen (73%) in Nederland (18-65 jaar) hun mondgezondheid in 2023 als 'goed' of 'zeer goed'. Onder 65-plussers is dit 66%. Het RIVM brengt de ontwikkelingen over de mondgezondheid voor verschillende groepen sinds 2023 in kaart in opdracht van het ministerie van VWS (Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport). Aanleiding was het ontbreken van structurele en samenhangende informatie hierover.
Verschillen tussen groepen mensen
Deze rapportage brengt voor het eerst verschillen tussen sociaaleconomische groepen over de mondgezondheid in kaart. Het samenstellen van deze groepen gebeurt op basis van welvaart (inkomen), opleidingsniveau en arbeidsverleden. Uit deze eerste rapportage blijkt dat mensen uit lagere sociaaleconomische groepen minder goed scoren op de indicatoren. Naast dat zij hun mondgezondheid als minder goed ervaren, heeft een kleiner aandeel jaarlijks contact met de tandarts of mondhygiënist. Zo geeft 71% van mensen in de groep met de laagste sociaaleconomische score aan dat zij in het afgelopen jaar contact hadden, bij mensen uit de groep met de hoogste score is dat 91%. Verder geven mensen uit een lagere sociaaleconomische groep vaker aan een geheel of gedeeltelijk kunstgebit te hebben. Ook hebben zij minder vaak 20 of meer echte tanden of kiezen. Een normaal gebit bestaat uit 32 tanden en (verstands)kiezen.
Bezoek mondzorgverleners
De cijfers laten verder zien dat in het algemeen het aantal mensen dat naar de mondhygiënist gaat toeneemt. Het percentage volwassenen en jeugd dat de tandarts bezoekt is de afgelopen jaren stabiel tussen de 80 en 85%. Het aantal 65-plussers dat de tandarts bezoekt stijgt wel. Een mogelijke verklaring hiervoor is dat de 65-plussers van nu langer hun eigen tanden en kiezen houden en dus tot op latere leeftijd een reden hebben om de tandarts bezoeken.
Over de Monitor Mondgezondheid
De informatie die voor deze rapportage beschikbaar was, geeft een eerste beeld van de mondgezondheid in Nederland. De huidige gegevens komen uit de Gezondheidsenquête/Leefstijlmonitor van het CBS (Centraal Bureau voor de Statistiek) en RIVM en van gegevens van Zorginstituut Nederland. De komende jaren wordt de monitor verder aangevuld, onder andere met gegevens die door mondzorgprofessionals verzameld worden. Elk jaar volgen nieuwe cijfers op VZinfo.nl en een rapportage met verdiepende analyses voor duiding aan de bestaande cijfers, bijvoorbeeld over de redenen waarom mensen geen mondzorgverleners bezoeken. Daarmee komt er steeds meer inzicht in de mondgezondheid in Nederland.