Via ons voedsel komen we dagelijks in aanraking met resten van gewasbeschermingsmiddelen. Vaak gebeurt dit met resten van verschillende middelen tegelijk. Uit onderzoek van het RIVM blijkt dat twee specifieke groepen gewasbeschermingsmiddelen die op het zenuwstelsel kunnen inwerken geen risico’s voor de gezondheid geven bij de huidige blootstelling.
Bij de ene groep gaat het om stoffen die effect kunnen hebben op het doorgeven van signalen in het zenuwstelsel. De tweede groep bestaat uit stoffen die effecten kunnen hebben op het deel van het zenuwstelsel dat het bewegingsapparaat (onder andere botten, spieren en gewrichten) aanstuurt.
Herhaling onderzoek
Het onderzoek was een vervolg op eerder onderzoek van het RIVM. Ook in 2020 was de conclusie dat er geen risico’s zijn voor de gezondheid. Omdat de hoeveelheid stoffen op gewassen kan variëren in de tijd, heeft het ministerie van VWS (Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport) het RIVM gevraagd om het onderzoek te herhalen. Het RIVM heeft dit gedaan met gegevens over de hoeveelheid gewasbeschermingsmiddelen in of op het voedsel uit 2019-2021. Het nieuwe onderzoek laat zien dat de blootstelling aan combinaties van gewasbeschermingsmiddelen in de loop van de tijd lager is geworden.