Zesde ziekte is een besmettelijke ziekte. Mensen krijgen het door een virus.
Veel mensen hebben als kind de ziekte gehad.
De klachten beginnen meestal met:
- ineens hoge koorts.
De koorts gaat na 3 tot 5 dagen weg.
Daarna:
- rode vlekjes.
De rode vlekjes beginnen in het gezicht, op de buik en de rug; daarna armen en nek. De vlekjes jeuken niet en verdwijnen na 1 tot 2 dagen.
De tijd tussen besmet raken en ziek worden is 5 tot 14 dagen.
Kinderen met zesde ziekte voelen zich meestal niet erg ziek.
Het virus zit in de keel van iemand die besmet is. Door hoesten en niezen komen kleine druppeltjes met het virus in de lucht. Mensen kunnen deze druppeltjes inademen en besmet raken.
Iedereen kan zesde ziekte krijgen. Vooral kinderen onder de leeftijd van 2 jaar.
Bij hoesten of niezen:
- Gebruik een papieren zakdoek. Heb je geen papieren zakdoek bij de hand? Hoest dan in de plooi van je elleboog.
- Gebruik een zakdoek maar één keer.
- Gooi de zakdoek na gebruik weg.
- Was hierna je handen met water en zeep.
- Het is niet nodig om bij iedereen die hoest of niest uit de buurt te blijven. Houd pasgeboren baby’s wel uit de buurt van hoestende en niezende mensen.
En verder:
- Zorg dat er de hele dag verse lucht binnen komt. Laat bijvoorbeeld een raam op een kier staan of zet het rooster in het raam open.
- Maak speelgoed dat kinderen in de mond nemen elke dag schoon. Dit kan met gewone schoonmaakmiddelen.
Behandeling is niet nodig. Zesde ziekte gaat vanzelf over.
Het is niet duidelijk hoe lang zesde ziekte besmettelijk is. Thuisblijven helpt niet om te voorkomen dat anderen ziek worden.
Voelt een kind zich goed? Dan kan het gewoon naar een kindercentrum of school. Een volwassene met zesde ziekte die zich goed voelt, kan gewoon werken.
Heb je meer vragen over zesde ziekte?
Vraag het de GGD Gemeentelijke Gezondheidsdienst -afdeling Infectieziekten of de huisarts.