Het RIVM organiseert de Netwerkmiddag Respons voor professionals in de veiligheidsketen om elkaar te ontmoeten, te leren kennen, kennis te delen en te leren van incidenten. Een middag met voorbeelden uit de praktijk en workshops over alle fases uit de veiligheidsketen op het gebied van CBRN (Chemische, biologische, radiologische en nucleaire ) en nazorg.
Het programma van de middag is nu bekend! Hieronder vindt u een beschrijving van de workshops.
We starten om 11:00 met een voorprogramma over de inzet van RIVM in verband met de oorlog in Oekraïne. Na de lunch gaan we verder met een plenaire sessie en daarna twee deelsessies. Hierbij kan u kiezen uit de workshops die hieronder beschreven zijn. Om 15.30 uur blikken we gezamenlijk terug op de middag en we sluiten af met een netwerkborrel.
Professionals in de veiligheidsketen kunnen zich via deze link aanmelden en voorkeur voor workshops aangeven.
Voorprogramma
De vreselijke berichten over de oorlog in Oekraïne gaan soms ook over situaties bij nucleaire objecten. Bijvoorbeeld de Russische bezetting van de voormalige kerncentrale in Tsjernobyl, de beschieting van de kerncentrale in Zaporizja en mogelijke schades aan zowel een opslag van radioactief afval in Kiev als een onderzoeksreactor in Kharkiv. In deze presentatie laten we zien hoe het RIVM de radiologische situatie in kaart heeft gebracht tijdens deze gebeurtenissen, voor welke uitdagingen het stond en hoe is samengewerkt met kennispartners.
Door Jasper Tomas, RIVM
Plenaire sessie
Weloverwogen oordeel- en besluitvorming en duidelijke communicatie zijn cruciaal tijdens incidenten. Technische informatie speelt hierin een belangrijke rol. Bijvoorbeeld over de aanwezige stoffen en concentraties daarvan in rook bij branden. Tegelijkertijd spelen er in besluitvorming en communicatie veel psychologische processen waar vaak geen aandacht aan besteed wordt. Welke aspecten bepalen bijvoorbeeld hoe ernstig een brand wordt ervaren? En welke invloed heeft dat op opschaling? Of op welke risico’s er door brandweerlieden worden geaccepteerd? En hoe moet je hierover communiceren? Tom Jansen (PhD (Doctor of Philosophy
)) is wetenschappelijk onderzoeker risico, besluitvorming en communicatie bij het RIVM. In zijn presentatie zal Tom ingaan op het verschillende risicobeoordelingsproces van technische experts en burgers. Hij bespreekt o.a. de rol van deze verschillen in het ontstaan van miscommunicaties en het belang van concreet en exact taalgebruik.
Door Tom Jansen, RIVM
Workshops
Emissies bij branden met zonnepanelen en eigenschappen van scherven zonnecellen
Het RIVM heeft in 2021 brandexperimenten met zonnepanelen uitgevoerd. In deze sessie geeft Niels van Veen een toelichting op deze brandexperimenten en de resultaten van het onderzoek. Wat kenmerkt de emissies van een brand met zonnepanelen, waaruit bestaan scherven van fotovoltaïsche cellen en wat zijn de voornaamste risico’s voor de omgeving en hulpverleners? Naast kennis over zonnepanelen gaat de presentatie ook over andere inzichten die de brandexperimenten hebben opgeleverd.
Door Niels van Veen, RIVM
We gaan het NMR (Nationaal Meetnet Radioactiviteit) de komende jaren veranderen. Het NMR krijgt nieuwe meetapparatuur, de datacommunicatiewijze verandert en we gaan meer mobiel meten. In deze workshop bespreken we de plannen voor het mobiel meten en het NMR: de combinatie tussen vaste meetposten en rijdend meten door de meetwagens van het RIVM maar misschien ook door de voertuigen van de Brandweer. Wat betekent die combinatie? Hoe kunnen de brandweervoertuigen onderdeel worden van het meetnet? Welke (meet)informatie kunnen we straks tonen in de voertuigen? Deze en andere ideeën en plannen worden in de workshop besproken, waarbij uw ideeën van harte welkom zijn.
Door Marnix de Ridder, RIVM
Alarmafhandeling Nationaal Meetnet Radioactiviteit
Via de meldkamer wordt u opgeroepen: binnen uw regio is een alarm binnen gekomen van het Nationaal Meetnet Radioactiviteit. Wat nu? Het NMR (Nationaal Meetnet Radioactiviteit), hoe zat dat ook alweer? Tijdens deze workshop krijgt u de kans om (onder begeleiding) de procedure ’Afhandeling alarmering NMR’ van A tot Z te doorlopen en met collega’s te bedenken bij welk scenario welke acties nodig zijn en hoe beschikbare informatie op de NMR site te vinden is. Verder zullen er binnenkort nieuwe ontwikkelingen in het NMR plaats vinden. Eén daarvan is de intrede van een nieuw type detectiesysteem: het spectroscopisch meten van luchtstof. Hierdoor kunnen we niet alleen meten óf er radioactiviteit in de lucht aanwezig is, maar ook welke isotopen! Dit levert een breder beeld van de radiologische situatie ten tijde van een radiologisch incident. Kortom: mis het niet!
Door Maarten Hakvoort en Peter Bosch, RIVM
Mogelijkheden en beperkingen van de apparatuur
Bij het scenario van een onbekende stof worden regelmatig handheld infrarood en Raman ingezet om te achterhalen om welke stof het gaat.
Hoewel deze apparatuur een waardevolle aanvulling kan geven in de duiding of herkenning van een onbekende stof, is er een aantal belangrijke beperkingen aan deze apparatuur die wellicht minder bekend zijn. Onderdeel van deze sessie zijn:
- Meten en meetstrategie
- Techniek achter Raman en FTIR
- Mogelijkheden en beperkingen van Raman en FTIR handheld
- Scenario’s en rol van handhelds, wat als er een onbetrouwbaar beeld ontstaat of wanneer zekerheid nodig is?
- Deelnemers gaan zelf mengsels van poeders en vloeistoffen meten
Door Edith van Putten, Frank Bakker, RIVM, en Theo Engering, Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond
In 2021 is het nieuwe Landelijk Crisisplan Straling (LCP (Landelijk Crisisplan Straling
)-S) uitgekomen. Hierin staat een nieuwe stralingsbeschermingsstrategie beschreven waarin rechtvaardiging, optimalisatie en referentieniveaus een belangrijke rol spelen. Wat is eigenlijk een referentieniveau en wat is optimaal? In deze workshop maken we kennis met de nieuwe stralingsbeschermingsstrategie van het LCP-S en leren we wat een referentieniveau is en hoe ons dit helpt bij de optimalisatie. Daarna zoeken we samen naar de optimale bescherming bij een stralingsongeval.
Door Chris Twenhöfel, RIVM en Marjolein Groot, ANVS
CBRN (Chemische, biologische, radiologische en nucleaire
)-incidenten en -aanslagen worden gezien als low probability / high impact incidenten. Toch moeten we voorbereid zijn op dit soort incidenten. In het Protocol Verdachte Objecten (PVO (Protocol Verdachte Objecten
)), dat momenteel herzien wordt, staat de aanpak van verdachte CBRN-E (Chemisch, Biologisch, Radiologisch, Nucleair - Explosief
)-incidenten (Chemisch, Biologisch, Radiologisch Nucleair - Explosief) centraal. In deze workshop vertellen we wat de rol is van de RIVM Responsorganisatie en het LLN-ta (Landelijk Laboratorium Netwerk terroristische aanslagen
) binnen het PVO. Daarna gaan we in gesprek met elkaar over de aanpak van verdachte CBRN-incidenten: wat zijn verdachte CBRN-incidenten? wat zijn de uitdagingen in de respons (en de voorbereiding daarop)? en hoe kunnen we de aanpak verbeteren?
Door Wieteke Zwijnenberg, RIVM
Realistisch oefenen met de oefentool voor stralingsincidenten
Vragen waarop je de antwoorden liever kent voordat een stralingsincident plaatsvindt; waar, wanneer en hoe ga je meten; hoe snel worden metingen van meetploegen en meetnetten verzameld en verwerkt tot één beeld; leidt zo'n beeld tot de goede keuzes in de ongevalsbestrijding? Oefenen geeft inzicht, de oefentool maakt realistischer oefenen mogelijk. De nieuwe versie van de oefentool kan niet alleen de metingen simuleren van verschillende meetnetten en meetwagens, maar ook het uitvoerformaat waarin metingen gewoonlijk worden gepresenteerd. De gesimuleerde metingen passen bij de meetapparatuur en monsternamemethode, en ook bij het verloop van het incident en het actuele weer. In deze speed date kan je zelf aan de slag met de oefentool.
Door Peter den Outer, RIVM
Effectgebied beter in beeld met DESIRE
Het doel van DESIRE is om sensorkits te ontwikkelen die bij incidenten in de regio kunnen worden ingezet om de gezondheidsrisico’s voor omwonenden over langere tijd in de gaten te houden. Met de ontwikkeling van deze sensorkits is het voor de veiligheidsregio makkelijker om burgers tijdig en gericht te adviseren over mogelijke gezondheidseffecten bij incidenten.
Bij incidenten die voor een lange periode veel rook veroorzaken zijn er veel zorgen bij omwonenden. Voor de veiligheidsregio is het wenselijk om in een groot gebied op verschillende meetpunten continu de luchtkwaliteit in de gaten te houden. Zo ontstaat snel meer duidelijkheid over de omvang en duur van het incident, de mogelijke gezondheidsrisico’s en de hinder voor omwonenden. Door meerdere sensorkits te gebruiken kunnen de effecten over de tijd in een groot gebied gevolgd worden.
Door technische ontwikkelingen zijn de mogelijkheden om met sensoren te meten sterk toegenomen. De eerste uitdaging van het project DESIRE is om zelf een sensorkit samen te stellen, specifiek voor incidenten. Na deze ontwikkelfase worden de sensorkits geëvalueerd door het uitvoeren van gecontroleerde brandexperimenten. Na deze testfase zullen de sensorkits eerst in gebruik worden genomen door de Milieu Ongevallen Dienst van het RIVM en daarna beschikbaar worden gesteld aan de participerende veiligheidsregio’s voor inzet bij incidenten.
Door Glenn Hendriks, RIVM
Vernieuwing Pluimradar
Pluimradar is een praktische tool bij milieu-incidenten zoals lekkages van gevaarlijke stoffen en branden. De tool combineert verspreidingsberekeningen van het RIVM met de actuele weersverwachting van het KNMI (Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut). Inmiddels is dit gezamenlijk product al een aantal jaren actief en wordt er momenteel gewerkt aan een upgrade. Tijdens de workshop zullen de vernieuwingen en de algehele werking worden gedemonstreerd. Daarbij is veel ruimte voor interactie en vragen.
Door Henry Keijzer, RIVM
De modellen van het RIVM komen regelmatig in de belangstelling te staan. Of het nou gaat om modellen voor stikstofdepositie, de verspreiding van het SARS (severe acute respiratory syndrome)-CoV (coronavirus)-2 virus, of voor het berekenen van een stralingsdosis die je kan oplopen als er ergens iets misgaat met een kerncentrale. Op basis van deze laatste modellen wordt bepaald of het bijvoorbeeld verstandig is om jodiumtabletten in te nemen. Maar hoe werkt zo’n model nu precies en wat kunnen we ermee? En, niet te vergeten, wat niet? Aan de hand van recente casussen kom je in deze workshop alles te weten over de modellen die het RIVM gebruikt voor de verspreiding van radioactiviteit en de dosis die iemand hierdoor kan oplopen.
Door Astrid Kloosterman, RIVM