Windmolens op land leveren schone energie, maar veroorzaken ook geluid of slagschaduw. Mensen maken zich zorgen of dit schadelijk kan zijn voor de gezondheid. De overheid heeft begrip voor deze zorgen. Uit eerder RIVM-onderzoek bleek al dat geluid kan leiden tot hinder. Het is belangrijk met deze zorgen rekening  te houden bij het plaatsten of vernieuwen van windturbines.

Het RIVM gaat onderzoek doen naar de relatie tussen windturbinegeluid en hinder en slaapverstoring. Ook de beleving van bewoners en andere factoren zijn een onderdeel van dit project. Dit onderzoek is een vervolg op een verkenning uit 2022. De belangrijkste onderdelen zijn:

Belevingsonderzoek

Het belevingsonderzoek geeft in eerste instantie antwoord op de vraag hoeveel hinder en slaapverstoring mensen ervaren door geluid van windturbines. Maar ook andere geluidaspecten (zoals laagfrequentgeluid) en andere bronnen van geluid (zoals verkeer) worden in de vragenlijst meegenomen. Daarnaast is er ook aandacht voor andere factoren zoals bezorgdheid, zelf-gerapporteerde gezondheid, de invloed van licht (knipper-, signaalverlichting) en horizonvervuiling van windturbines.

Voor dit onderzoek gaat het RIVM een vragenlijst versturen naar mensen die in de buurt van een windturbine wonen.  

Blootstelling-respons onderzoek

In dit onderzoek gaat het RIVM de relatie vaststellen tussen de blootstelling aan geluid door windturbines en de mate van hinder of slaapverstoring. Dit heet een blootstelling-responsrelatie (BR-relatie) en heeft als doel om in te schatten hoeveel effect het geluid van windturbines heeft. Met  behulp van berekeningen wordt vastgesteld hoeveel geluid er op de gevel komt. Samen met onderzoek naar de ervaren hinder en slaapverstoring kan zo de relatie tussen deze twee vastgesteld worden.

Het RIVM berekent hoeveel geluid van windturbines de gevel van woningen bereikt. Deze berekeningen worden geverifieerd met bestaande metingen.  Het doel is om een BR-relatie vast te stellen die geldig is voor windturbines in Nederland.

Klankbordgroepen

Het RIVM doet dit onderzoek niet alleen. Er komt een wetenschappelijke én maatschappelijke klankbordgroep. Op deze manier worden onder meer inhoudelijke specialisten, vertegenwoordigers van bewoners,  brancheverenigingen, overheden en GGD Gemeentelijke Gezondheidsdienst (Gemeentelijke Gezondheidsdienst)’en betrokken bij het proces en de voortgang van het onderzoek.      

De resultaten van het onderzoek worden in 2026 verwacht.

De opdrachtgevers voor dit onderzoek zijn het ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK Economische Zaken en Klimaat (Economische Zaken en Klimaat)) en het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW Infrastructuur en Waterstaat (Infrastructuur en Waterstaat)).