Antwoorden op vragen over de blootstelling aan chroom-6 op de POMS (Prepositioned Organizational Materiel Storage)-sites.
Wat was de blootstelling aan chroom-6 voor oud-medewerkers van de POMS (Prepositioned Organizational Materiel Storage)-locaties?
Op de POMS-locaties kunnen (oud-)werknemers zijn blootgesteld aan chroom-6. Dit betreft voornamelijk blootstelling via bewerkingen aan met chroom?6 houdende (grond)verf behandeld materieel, door stralen, schuren, slijpen, lassen, snijbranden, boren, verwarmen en (de)monteren en door het gebruik van perslucht om geproduceerd stof weg te blazen. De blootstelling tussen functies verschilde aanzienlijk, maar tussen de POMS?sites waren de verschillen in blootstelling beperkt. De preserveerder, de monteurs bij de afdelingen Engineer, Tracks en Wheels en de lasser blijken de hoogst blootgestelde functies te zijn geweest op de POMS?sites. De blootstellingen van de stralers en de (verf)spuiters waren lager, voornamelijk omdat al in een vroeg stadium adequate (persoonlijke) beschermingsmaatregelen zijn getroffen.
De voornaamste route voor blootstelling aan chroom?6 is via de ademhalingswegen geweest. Blootstelling via andere routes zoals via de huid en het maag?darm kanaal is niet uit te sluiten gezien de aard van het werk en het consumeren van eten en drinken op en nabij met chroom?6 verontreinigde afdelingen. Echter, de blootstelling via deze routes was niet te kwantificeren.
Tabel: Indeling van functies op de POMS-locaties in vier groepen van blootstelling aan chroom-6.
1 Functies met mogelijk directe blootstelling aan chroom-6 |
2 Functies met aannemelijke achtergrondblootstelling aan chroom-6 |
3 Functies met mogelijk incidentele blootstelling aan chroom-6 |
4 Functies met verwaarloosbare blootstelling aan chroom-6 |
|
|
|
|
(Zie voor meer informatie het rapport van de Universiteit Utrecht: Blootstelling aan chroom-6 op de NL-POMS (Nederlandse Prepositioned Organizational Materiel Storage)-sites 1984-2006)
Aan welke andere gevaarlijke stoffen werden oud-medewerkers van de POMS-locaties blootgesteld?
Uit documenten en gesprekken met (oud-)medewerkers is duidelijk geworden dat POMS?medewerkers ook blootgesteld kunnen zijn geweest aan andere bestanddelen van coatings dan chroom?6 (zoals organische oplosmiddelen en isocyanaten) en aan diverse andere stoffen, zoals asbest, uitlaatgassen, brandstoffen (diesel en JP8 (Jet Propellant 8)), lasrook, stof, PX-10, verarmd uranium en accuzuur. Daarnaast kunnen (oud-)medewerkers blootgesteld zijn aan hard geluid en hoge temperaturen. (Zie ook hoofdstuk 5 in het rapport van de Universiteit Utrecht: Blootstelling aan chroom-6 op de NL-POMS-sites 1984-2006, en paragraaf 5.4.1 in het RIVM-rapport Een onderzoek naar arbeidsbescherming en veiligheid bij de POMS-sites. Normen en Recht op Bescherming: Defensie-specifiek)
Kan blootstelling aan chroom-6 bij POMS-medewerkers nog in het lichaam worden aangetoond?
Nee, het is niet mogelijk om jaren of decennia na blootstelling aan chroom-6-verbindingen, dit aan te tonen in het lichaam door middel van analytisch laboratoriumonderzoek.
Het aantonen van chroom-6 in urine en bloed is alleen mogelijk direct na blootstelling. Chroom-6-verbindingen worden in het lichaam namelijk snel omgezet in chroom-3. Tijdens en enkele maanden na de blootstelling zijn in het lichaam nog wel sporen van chroom-3 te meten in het bloed en in de urine. Een verhoogd chroom-3-gehalte is echter niet per se toe te schrijven aan blootstelling aan chroom-6, omdat mensen dagelijks op andere manieren in contact komen met chroom-3.
In haar en nagels is tot ongeveer 1 jaar na blootstelling verhoogde blootstelling aan chroom aantoonbaar, maar het is niet mogelijk om een verband te leggen tussen het chroomgehalte in deze biologische materialen en de mate van blootstelling in het verleden. Hiervoor is te weinig onderzoek gedaan. Bot is mogelijk nog langer na blootstelling geschikt om verhoogde blootstelling aan te tonen, maar ook hiervoor geldt dat het onmogelijk is om uit gemeten gehaltes kwantitatieve uitspraken te doen over de mate en duur van blootstelling. Tanden zijn niet geschikt omdat bij volwassenen er in periodes van blootstelling niet of nauwelijks chroom in de tandmatrix wordt ingebouwd.
In dit onderzoek is daarom via gesprekken en een model beoordeeld bij welke (groepen) werknemers van de POMS-locaties sprake is geweest van blootstelling aan chroom-6. (Zie ook het TNO-rapport Aantonen van blootstelling aan chroom-6 verbindingen middels analytisch laboratoriumonderzoek)