Hieronder vindt u veelgestelde vragen voor zorgmedewerkers buiten de ziekenhuiszorg over persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM (persoonlijke beschermingsmiddelen)). Meer informatie: Professionals buiten ziekenhuis.
Algemeen
Welke maatregelen moet ik nemen in mijn dagelijkse werk?
Geef de cliënt geen hand meer. Pas de standaard hygiënemaatregelen toe: Hygiëneadviezen Thuiszorg. Pas regelmatig en op de juiste momenten handhygiëne toe. Als je moet hoesten of niezen doe dit dan in je elleboog, of in een papieren zakdoek. Houd zo veel mogelijk anderhalve meter afstand wanneer de zorg dit toelaat, ook nu dit niet meer verplicht is.
Mondneusmaskers
Welk mondneusmasker moet ik wanneer precies dragen?
In het document Uitgangspunten PBM bij verzorging, verpleging of medische behandelingen buiten het ziekenhuis staat beschreven voor welke zorgsetting welk masker nodig is. Zie ook Instructie gebruik mondneusmasker (filmpje).
Hoe lang kan ik als zorgmedewerker een mondneusmasker dragen?
Een chirurgisch mondneusmasker of ademhalingsbeschermingsmasker kun je maximaal 3 uur dragen. Als je merkt dat ademen moeilijker wordt, kun je het masker eerder vervangen. Je vervangt het masker ook als het masker nat voelt, als het beschadigd is of wanneer je tussendoor iets eet of drinkt.
Moet ik mijn mondneusmasker vervangen als ik naar een andere cliënt ga?
Het tussentijds wisselen is niet nodig bij de zorg voor meerdere cliënten achter elkaar.
Mag ik een mondneusmasker tussendoor op- en afzetten?
Nee, het is beter om dat niet te doen. Tussentijds op- en afzetten kan alleen als je de buitenkant van het masker niet aanraakt. Het masker mag je ook niet met de buitenkant ergens neer leggen. Let op dat je een masker nooit om de hals draagt.
Hoe weet ik of ik een goed masker heb?
Bij een chirurgisch mondneusmasker is de norm IIR goed. De norm IIR staat meestal op de verpakking, niet op het masker. Bij ademhalingsbeschermingsmaskers gaat het om de vermelding van FFP1 of FFP2. De FFP vermelding staat zichtbaar op elk masker.
Beschermt een chirurgisch mondneusmasker (type IIR) voldoende bij contact met personen met (een verdenking op) COVID-19?
Ja, in de meeste situaties beschermt een chirurgisch mondneusmasker type IIR voldoende bij contact met personen met (een verdenking op) COVID-19. Bij aerosolvormende handelingen dient een FFP2-masker gebruikt te worden. Ook in situaties waarin ingeschat wordt dat er een verhoogd risico is op vrijkomen van zeer kleine druppeltjes is, zoals bij langdurige blootstelling op een korte afstand aan een COVID-19 positieve/verdachte patiënt (bijvoorbeeld bij het verlenen van intensieve zorg in de laatste levensfase) kan een FFP2 masker gebruikt worden.
Zijn er extra maatregelen voor kwetsbare zorgmedewerkers?
Een kwetsbare zorgmedewerker gebruikt dezelfde persoonlijke beschermingsmiddelen als niet-kwetsbare medewerkers. Hierin wordt geen onderscheid gemaakt tussen kwetsbare zorgmedewerkers en andere zorgmedewerkers. Zie voor meer informatie: Aandachtspunten rondom inzet kwetsbare medewerkers.
Wanneer hoeven zorgmedewerkers in de langdurige zorg niet meer preventief een mondneusmasker te dragen?
Zie Uitgangspunten PBM bij verzorging, verpleging of medische behandelingen buiten het ziekenhuis en Uitgangspunten PBM bij WMO-ondersteuning voor advies over het preventief dragen van een mondneusmasker.
Andere persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM)
Wanneer trek ik de persoonlijke beschermingsmiddelen aan?
Meteen bij binnenkomst en voor contact met de cliënt.
Is het wisselen van PBM (persoonlijke beschermingsmiddelen) tussen cliënten binnen cohorten nodig?
Het wisselen van handschoenen is na elke cliënt nodig. Zie ook Instructie gebruik handschoenen (video).
Het wisselen van schorten bij cliënten binnen een cohort is niet nodig. Een schort kan worden gedragen gedurende een dienst. Voor het verlaten van een cohort wordt het schort uitgedaan. Vervang een schort wel als het zichtbaar is beschadigd of vervuild. Een chirurgisch mondneusmasker kan 3 uur gedragen worden, ook als er verschillende cohorten bezocht worden. Een spatbril kan nog langduriger gebruikt worden, maar de bril moet (na de dienst) gereinigd worden en vervolgens gedesinfecteerd met alcohol.
Ik heb COVID-19 gehad, ben ik nu immuun en kan ik dan zonder PBM werken?
Nee, je kunt dan niet zonder PBM werken. PBM gebruik blijft nodig bij verzorging van patiënten met COVID-19 (om besmetting van de medewerker te voorkomen) en bij de verzorging van onvoldoende beschermde kwetsbare personen (om besmetting van de kwetsbare persoon door de zorgverlener te voorkomen).
Ik ben volledig gevaccineerd tegen COVID-19. Kan ik dan zonder PBM werken?
Nee, na vaccinatie gelden nog steeds dezelfde regels rondom persoonlijke beschermingsmiddelen. Zie ook de pagina Werking en bescherming.
Hoe moet je je als zorgmedewerker beschermen bij het helpen bij tandenpoetsen en douchen van een cliënt met (mogelijk) COVID-19?
Tandenpoetsen en douchen zijn geen aerosolvormende handelingen. Op het moment dat de cliënt geholpen moet worden en de 1.5 meter afstand niet lukt, moet je een chirurgisch mondneusmasker, schort, handschoenen en spatbril dragen. Als het mondneusmasker nat wordt, dient het vervangen te worden.
Wanneer is een cliënt met COVID-19 genezen en is het voor mij als zorgverlener niet meer nodig om PBM te dragen?
We gaan ervan uit dat personen die minimaal 7 dagen geleden ziek werden en meer dan 24 uur helemaal geen klachten meer hebben, weer hersteld zijn en niet meer besmettelijk zijn. Vanaf dat moment is het niet meer nodig om PBM te gebruiken. Wel moet het algemene PBM beleid gevolgd blijven worden, zoals omschreven in Uitgangspunt PBM bij verzorging, verpleging of medische behandelingen buiten het ziekenhuis.
Wanneer een client volledig gevaccineerd is tegen COVID-19, moet ik dan nog PBM dragen?
Ja, na vaccinatie gelden nog steeds dezelfde regels rondom persoonlijke beschermingsmiddelen. Lees meer over PBM.
Waar moet ik op letten bij het gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen?
Bij het aantrekken: eerst het schort, dan het mondneusmasker en daarna de handschoenen, waarbij de handschoen over de manchet gaat van de mouw.
Voor een goede bescherming door een ademhalingsbeschermingsmasker is het belangrijk dat deze goed aansluit op het gezicht van de drager. Als deze niet goed aansluit, is er risico op het inademen van besmette lucht via de lekken. Gezichtsbeharing (baarden, snorren) moet verzorgd zijn en niet te lang, zodat dat zij de aansluiting op de huid niet belemmeren. Zorg dat de neusklem goed aansluit op de neus. Ieder masker heeft deze klem: een metalen beugeltje dat goed moet worden aangedrukt op de neus. Zie ook Instructie gebruik mondneusmasker (video).
Bij het uittrekken: verwijder eerst de handschoenen, pas dan handhygiëne toe, trek het schort uit, verwijder het mondneusmasker en pas wederom handhygiëne toe.
Wat is een goed schort? Met lange of korte mouwen? Of een halterschort?
Je gebruikt bij voorkeur een schort met lange mouwen. Als dat niet beschikbaar is, draag je een halterschort over je (werk)kleding. De (werk)kleding moet korte of opgerolde mouwen hebben. Als je geen schort met lange mouwen gebruikt moet je na je werkzaamheden uitgebreidere handhygiëne toepassen (wassen tot de ellebogen in plaats van tot en met de polsen). Elk type schort moet spatwaterdicht zijn.
Moet ik bij elke cliënt een nieuwe schort aantrekken?
Ja, bij elke client trek je een nieuw schort aan. Alleen op een cohortafdeling hoeft dit niet altijd. Vervang een schort in ieder geval als het zichtbaar is beschadigd of vervuild.
Ik ben een kwetsbare zorgmedewerker. Moet ik PBM gebruiken bij de verzorging van alle cliënten?
Nee. Wel bij een cliënt die (mogelijk) COVID-19 heeft. Hierin wordt geen onderscheid gemaakt tussen kwetsbare zorgmedewerkers en andere zorgmedewerkers. Zie voor meer informatie: Aandachtspunten rondom inzet kwetsbare medewerkers.
Overige vragen
Ik ben huishoudelijke hulp. Hoe moet ik me beschermen bij een cliënt met COVID-19?
Indien de zorg niet kan worden uitgesteld gebruik PBM (persoonlijke beschermingsmiddelen) zoals beschreven bij Uitganspunten PBM bij WMO-ondersteuning.
Wat moet ik doen met mijn kleding na het werk?
Was je (werk)kleding op een minimale temperatuur van 40 tot 60 graden. Droog de (werk)kleding in een droogtrommel (minimale stand kast droog) en/of strijk de (werk)kleding (warm=wol/polyester/zijde). Bron: Hygiënerichtlijn voor verpleeghuizen, woonzorgcentra en kleinschalig wonen.
Mogen mensen met een lichamelijke, verstandelijke en/of cognitieve beperking, die als vaste groep in een zorginstelling wonen, ook als groep naar buiten?
Ja. Een woongroep in een zorginstelling, die bestaat uit mensen met een beperking (lichamelijk, verstandelijk en/of cognitief) in een vaste groep, mogen als groep naar buiten, maar alleen met een begeleider.
Gelden er andere regels als er ook medebewoners zijn?
Als een patiënt met klachten ook huisgenoten heeft, zijn er extra maatregelen om te voorkomen dat de huisgenoten ziek worden. Dit wordt bereikt door de zieke in een eigen ruimte te laten verblijven, veelal de slaapkamer, en de huisgenoten elders. De patiënt neemt extra maatregelen wanneer deze de kamer verlaat en andere gemeenschappelijke ruimtes in de woning betreedt indien daar huisgenoten aanwezig zijn. Bij voorkeur is de patiënt echter niet in een gemeenschappelijke ruimte op het moment dat er huisgenoten aanwezig zijn.
Voor de thuiszorgmedewerker is er geen verschil in handelen bij thuisisolatie met of zonder huisgenoten. Pas de normale hygiëneregels toe en gebruik de genoemde persoonlijke beschermingsmiddelen zowel in de ruimtes waar de patiënt verblijft als waar de huisgenoten verblijven.
Zie voor overzicht alle informatiebrieven ('leefregels').