Op deze pagina beschrijven we de aanpak voor het kwartaalonderzoek onder volwassenen. Voor de 10e ronde gebruikten we 2 databronnen: een peiling onder volwassenen en gegevens van huisartsen.

Verzamelen data

De peiling is door I&O Research uitgevoerd in opdracht van het Netwerk GOR. Steekproefselectie en het verzamelen van data voor meetronde 10 liep van 15 december tot en met 4 juli. In totaal zijn 15.961 I&O Research-panelleden gevraagd om de vragenlijst in te vullen. Na de kwaliteitschecks om de dataset op te schonen deden 7.487 volwassenen aan ronde 10. 

Meetronde

Afnameperiode

Deelnemers (N)

Ronde 1

20 september – 7 oktober 2021

*

Ronde 2

7 – 27 december 2021

*

Ronde 3 1 - 17 maart 2022 7.840
Ronde 4 25 mei - 7 juni 2022 7.584
Ronde 5 5 - 20 september 2022 7.498
Ronde 6 28 november - 14 december 2022 8.161
Ronde 7 13 maart - 27 maart 2023 7.838
Ronde 8 15 juni - 4 juli 2023 7.744
Ronde 9 15 september - 2 oktober 2023 *
Ronde 10 11 - 22 december 2023 7.487

* Bij ronde 1 en 2 en 9 zijn alleen de jongeren onderzocht. Er zijn bij die rondes dus geen resultaten voor volwassenen. De resultaten uit eerdere metingen staan op deze pagina.

Deelnemers meetronde 10

In de onderstaande tabel is de respons van de groep deelnemers van meetronde 10 uitgesplitst naar de achtergrondkenmerken leeftijd, geslacht en opleidingsniveau.

Achtergrondkenmerk   Categorie Verhouding %
Leeftijd 26-35 jaar 17%
36-45 jaar 13%
46-55 jaar 13%
56-65 jaar 26%
66-75 jaar 22%
76-85 jaar 8%
86+ 1%
Geslacht Man 49%
Vrouw 51%
Anders/wil niet zeggen 0%
Opleidingsniveau Laag 22%
Midden 40%
Hoog 38%

De meeste deelnemers wonen in Zuid-Holland (21%) en Noord-Brabant (14%).De provincies Friesland (3%) en Flevoland (2%) zijn het minst vertegenwoordigd.

Materiaal 

De dataverzameling vond online plaats met een geprogrammeerde vragenlijst. Deze vragenlijst is opgesteld door Netwerk GOR en bestond uit verschillende vragen met uiteenlopende antwoordcategorieën. De volgende onderwerpen kwamen aan bod:  

Representativiteit en weegfactor

Elke provincie is voldoende vertegenwoordigd, ongeacht de omvang van de provincie. We probeerden minimaal 200 deelnemers per provincie te vinden. Na Elke provincie is voldoende vertegenwoordigd, ongeacht de omvang van de provincie. We probeerden minimaal 200 deelnemers per provincie te vinden. Na de dataverzameling hebben we gecorrigeerd voor afwijkingen in representativiteit door weegfactoren toe te kennen op basis van geslacht, leeftijd, regio en opleidingsniveau. Daarna vergeleken we de steekproefsamenstelling met de populatiesamenstelling (afkomstig uit de ‘Gouden Standaard’ van het Centraal Bureau van de Statistiek).

Data-analyse en presentatie resultaten 

Op de website staan gewogen cross-sectionele cijfers. Waar mogelijk vullen we dit aan met trendgrafieken. Trendgrafieken laten zien hoe de mentale en fysieke gezondheid van de bevolking zich ontwikkelt. We laten trendgrafieken zien bij alle onderwerpen waarvan we al 3 of meer rondes op dezelfde manier gegevens verzamelen. Zo geven we inzicht in hoe de Nederlandse volwassenen hebben gerapporteerd op mentale en fysieke gezondheid, hulpbehoefte en ervaren invloed van de maatregelen. 

We onderzochten welke factoren samenhangen met een verhoogde kans op negatieve gevolgen voor de gezondheid en het welzijn van volwassenen. We keken ook of er factoren zijn die juist beschermend werken tegen negatieve gezondheidsgevolgen. We deden dit met een analyse in 2 stappen. 

In stap 1 keken we voor elk onderwerp, welke combinatie van gemeten gegevens de uitkomsten het beste uitlegt. Dit heet een Random Forestregressie. Die combinatie van gemeten gegevens namen we mee in stap 2: de multivariabele regressies. In de regressies worden meerdere factoren tegelijk meegewogen. We kijken dus niet alleen of eenzaamheid invloed heeft op mentale gezondheid, maar bekijken of eenzaamheid nog steeds belangrijk is als je ook meegemaakte gebeurtenissen en vertrouwen in de toekomst meeweegt. Gezien de grootte van de steekproef hebben we een significantieniveau van 0,1% aangehouden (p < .001). Voor posttraumatische stress stoornis hebben we een ruimer significantieniveau aangehouden (p < .05), omdat deze vragen door minder dan 10% van de deelnemers zijn ingevuld.

Over de surveillance van Nivel Zorgregistraties Eerste LijnĀ 

De Nivel Zorgregistraties zijn bedoeld voor de signalering van (infectie)ziekten in de algemene bevolking, maar kunnen ook gebruikt worden voor de monitoring van andere acute klachten. Wekelijks zijn er cijfers beschikbaar over hoe vaak symptomen en aandoeningen in de Nederlandse bevolking voorkomen (prevalentiecijfers). Deze cijfers zijn gebaseerd op geanonimiseerde gegevens uit elektronische medische dossiers van huisartsenpraktijken. De cijfers worden berekend als het aantal personen dat de huisarts in die week raadpleegde voor bepaalde symptomen of aandoeningen, gedeeld door het totaalaantal ingeschreven patiënten in de praktijk. De gegevens komen van ongeveer 380 huisartsenpraktijken met ongeveer 1,6 miljoen patiënten (9% van de Nederlandse bevolking). De gegevens over de symptomen en aandoeningen worden routinematig geregistreerd, gebruikmakend van de ICPC International Classification of Primary Care (International Classification of Primary Care) (International Classification of Primary Care, versie 1). Dit classificatiesysteem wordt in Nederland door alle huisartsen gebruikt. 

De acute gezondheidsproblemen of -condities die mogelijk (direct of indirect) gerelateerd zijn aan de coronapandemie, zijn in kaart gebracht. We richten ons op een aantal niet-specifieke ziekteverschijnselen die een fysieke en/of mentale oorzaak kunnen hebben. Het gaat om ziekteverschijnselen bij een aandoening en ziekteverschijnselen die niet aan een aandoening worden toegeschreven. Een deel van deze ziekteverschijnselen wordt door het RIVM genoemd als mogelijke langdurige klacht na het doormaken van een infectie met het coronavirus. Een directe link is echter niet te maken. Besmetting wordt niet geregistreerd in deze data. Zie onderstaande tabel voor de ziekteverschijnselen die in dit onderzoek zijn meegenomen, en de ICPC-codes.

 Lijst met niet-specifieke symptomen en overeenkomende ICPC-1 codes

Symptomen ICPC code (naam code)
Benauwd of kortademig in rust (zonder inspanning)* R02 (Dyspnoe/benauwdheid toegeschreven aan luchtwegen)
R03 (Piepende ademhaling)
R04 (Andere problemen ademhaling)
R29 (Andere symptomen/klachten luchtwegen)
Moeheid* A04 (Moeheid/zwakte)
Spierpijn* L18
Misselijkheid D09
Pijn of druk op de borst* K01 (Pijn toegeschreven aan hart)
K02  (Druk/beklemming toegeschreven aan hart)
K03 (Andere pijn toegeschreven aan hartvaatstelsel)
Hartkloppingen* K04 (Hartkloppingen/bewust van hartslag)
Angstig/nerveus/gespannen gevoel P01
Plotselinge (hevige) stress of crisis P02 (Crisis/voorbijgaande stressreactie)
Depressief gevoel* P03 (Down/depressief gevoel)
Suïcide, -pogingen en -gedachten  P77
Slaapproblemen

P06 (Slapeloosheid/andere slaapstoornis)

Hoofdpijn*

N01
N02 (Spanningshoofdpijn)

Duizeligheid of licht in het hoofd N17
Geheugen- of concentratieproblemen* P20 (Geheugen-/concentratie-/oriëntatiestoornissen)
Andere afwijking(en) reuk/smaak* N16

* Relevant voor post-COVID volgens de RIVM-lijst.