
Sinds begin 2012 ziet het RIVM een toename van kinkhoest. Het RIVM heeft een dossier over dit onderwerp op de website geplaatst met de laatste gegevens over kinkhoest. Hierin vindt u alle informatie over kinkhoest bij elkaar, met onder andere een overzicht van het aantal meldingen. Elke 2 weken worden de cijfers geactualiseerd.
Kinkhoest
Kinkhoest kan vooral ernstig verlopen bij jonge zuigelingen. Binnen
het Rijksvaccinatieprogramma krijgen alle kinderen o.a. vaccinatie tegen kinkhoest aangeboden.
De eerste prik is gepland als een kind 8 weken oud is, maar kan in
bijzondere gevallen al worden gegeven vanaf 6 weken. De volgende
prikken staan gepland op de leeftijd van 3, 4 en 11 maanden. Zo
bouwen de kinderen bescherming op tegen kinkhoest. Na drie prikken
zijn kinderen voldoende beschermd.
Stel vaccinatie niet uit
Het RIVM
adviseert ouders om op tijd te starten met de vaccinaties van hun
baby. Zo raakt uw baby zo snel mogelijk beschermd tegen
kinkhoest.
Vermijd contact met baby’s bij kinkhoest
Volwassenen of oudere kinderen (vooral vanaf 8 jaar) kunnen ook
kinkhoest krijgen. Als zij in het verleden gevaccineerd zijn tegen
kinkhoest, verloopt de ziekte minder ernstig. Zij hebben langdurige
hoestklachten. Bij contact met jonge zuigelingen kunnen ze deze
kleine kinderen besmetten. Heeft iemand in de nabije omgeving van
een niet of onvolledig gevaccineerde baby kinkhoest, neem dan
contact op met de huisarts.