Niet alleen schone lucht, fietspaden en groen, ook slim waterbeheer verbetert onze gezondheid. In het nieuwe kenniscentrum Healthy Urban Living bekijken vijf kennisinstellingen, waaronder RIVM en Deltares, gezamenlijk hoe het leefklimaat van stedelijke regio’s is te verbeteren. ‘Water verkoelt in de zomer en watersystemen kunnen ook helpen de overlast te beperken van hevige regenbuien.’
Hoe leefbaar en gezond is de regio Utrecht eigenlijk? In de door
RIVM gemaakte Atlas voor de leefomgeving zitten al een paar kaarten
die hier antwoord opgeven. Zoals kaarten waarin met rood
(‘leefkwaliteit onvoldoende’) is aangegeven waar in Utrecht de
overlast aan fijn stof, geluid en straling het hoogst is. Dat
blijkt dan met name bij knooppunten van grote wegen. Het gebied
rond het Centraal
Station – oranje gekleurd – scoort gemiddeld; een paar
buitengebieden met bos en water zijn heldergroen gekleurd
(beoordeling: ‘goed’). Het waterbeheer zit nog niet in deze atlas.
‘Dat zou een goede aanvulling zijn’, zegt RIVM-adviseur Ronald
Smetsers, ‘Schone rivieren, genoeg drinkwater, op tijd weten waar
een overstroming dreigt. Ook die aspecten dragen bij aan een
gezonde leefomgeving.’ Kaarten over water maakt het instituut
Deltares, gespecialiseerd in water, ondergrond en infrastructuur.
‘Wij maken kaarten die bijvoorbeeld aangeven waar rivieren kunnen
overstromen’, zegt Deltares-onderzoeker Hans Gehrels. ‘Of kaarten
die aangeven waar het water infectiehaarden kan bevatten.’
Vijf initiatiefnemers
We praten met Ronald Smetsers en Hans Gehrels in het gebouw van Deltares op de Uithof in Utrecht. Daar werken 300 mensen; bij Deltares in Delft werken er nog eens 600. Smetsers en Gehrels behoren tot de vijf initiatiefnemers van het in november opgerichte Kenniscentrum Healthy Urban Living. Behalve het RIVM en Deltares, zijn ook KNMI (Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut), TNO en de Universiteit Utrecht partner. Begin 2013 heeft het ministerie van Infrastructuur en Milieu deze kennisinstellingen gevraagd om hun onderzoek beter te integreren. Alle vier de instituten hebben expertise in het monitoren en modelleren van bepaalde stedelijke omgevingskarakteristieken die de gezondheid beïnvloeden, waaronder water, bodem, weer en lucht. Maar tot nog toe opereren de instituten nog tamelijk gescheiden. Het nieuwe kenniscentrum wil onderzoek, kennis en informatiesystemen op dit terrein bundelen, en zo tevens profiel geven aan de regio Utrecht.
Vergrijzing
‘De problemen waar steden mee kampen worden steeds ingewikkelder’, zegt Ronald Smetsers. ‘Je kunt ze niet meer oplossen vanuit één sector. Neem de vergrijzing. Het bespaart gemeentes straks geld als ouderen langer gezond blijven.’ Maar daarvoor moet integraal naar allerlei aspecten worden gekeken, vinden de onderzoekers. De stad moet bijvoorbeeld zó worden ingericht dat mensen er goed kunnen open of fietsen, tegelijkertijd moet de stad goed bereikbaar blijven. Het waterbeheer kan hier niet worden gemist: waterpartijen verkoelen in de zomer aanmerkelijk, dragen bij aan ontspanning en misschien kan vervoer per boot ook nog de drukte op de weg verminderen. Deltares heeft nu een project in Bandung, een miljoenenstad op het Indonesische eiland Java. ‘We kijken er hoe slimmer waterbeheer de kans op infectieziektes als diarree kan verminderen’, vertelt Hans Gehrels. ‘We testen het water ook op toxische stoffen en micro-organismen. In zo’n project zouden we de uitgebreide kennis van het RIVM over infectieziekten dus goed kunnen gebruiken. TNO kan misschien bijdragen aan de lokale waterzuivering.’ ‘Met Utrecht als voorbeeld, kunnen we elders in de wereld laten zien dat onze aanpak werkt’
Apps die automobilisten waarschuwen
Het KNMI maakt, op basis van radarbeelden, dagelijks kaarten van overtrekkende regenbuien. Die zouden kunnen worden gekoppeld aan modellen van Deltares die wateroverlast in bepaalde gebieden voorspellen. Zulke overlast verwacht men in veel deltagebieden vaker, vanwege klimaatveranderingen. Ronald Smetsers: ‘Een stap verder is dan een app die automobilisten waarschuwt: oké, over een uur staat de afslag naar Zeist blank, neem dus een andere route.’ Allerlei bedrijven ontwikkelen momenteel software en apps die stedelingen of overheidsorganisaties gericht informatie geven, bijvoorbeeld waar de bodem nog giftig is, of waar goede fietspaden liggen. Een verschil met dit nieuwe Kenniscentrum is dat het ook zelf data verzamelt, en dat de data en software in principe openbaar zijn. Bedrijven kunnen vervolgens dit materiaal gebruiken om op de klant gerichte apps, software of andere producten te ontwikkelen. Het Kenniscentrum gaat de Nederlandse overheid ondersteunen, en daarnaast zijn de EU (Europese Unie) (Horizon2020) en buitenlandse overheden potentiële financieringsbronnen voor gemeenschappelijke projecten. Ronald Smetsers: ‘Maar we beginnen bij de regio Utrecht.’ Hans Gehrels: ‘Met Utrecht als voorbeeld, kunnen we elders in de wereld laten zien dat onze aanpak werkt.’