Met rioolwateronderzoek blijft het RIVM de verspreiding van het coronavirus volgen. Momenteel ontvangt het RIVM nog steeds vanuit meer dan 300 locaties in Nederland enkele keren per week een monster van rioolwater voor onderzoek. Zo houden we zicht op het virus. We kunnen ook zien welke varianten van het virus het meest rondgaan.      
  

Met dit onderzoek wordt het rioolwater van vrijwel alle Nederlandse huishoudens (ruim 17 miljoen mensen) onderzocht. Met rioolwateronderzoek blijven we zicht houden op de verspreiding van het coronavirus. Daarnaast is het mogelijk om nieuwe varianten op te sporen en te herkennen. Een kaart met een overzicht van recente rioolwatermetingen voor COVID-19 in Nederland is te vinden via Recente metingen van coronavirusdeeltjes in rioolwater 

Hoe werkt het?

Virusdeeltjes kunnen via de ontlasting van besmette mensen in het rioolwater terechtkomen. Ongeveer de helft van de besmette mensen heeft het virus in de ontlasting. Dit kunnen mensen met en zonder klachten zijn. Het rioolwater stroomt via het rioolstelsel naar de ruim 300 rioolwaterzuiveringsinstallaties (RWZI Rioolwaterzuiveringsinstallatie (Rioolwaterzuiveringsinstallatie)’s) in het land. Bij deze RWZI’s worden monsters van ongezuiverd rioolwater genomen en die gaan gekoeld naar het RIVM. Onderzoekers van het RIVM analyseren deze monsters en zoeken uit hoeveel coronavirusdeeltjes erin zitten. De uitkomsten zijn als open data beschikbaar op de RIVM website.

Infographic Rioolwateronderzoek voor COVID-19; Van monster tot resultaten op het Coronadashboard

Bekijk Infographic rioolwateronderzoek voor COVID-19 (PDF)

De mogelijkheden van rioolwateronderzoek

Het rioolwateronderzoek voor COVID-19 is in Nederland tot stand gekomen door samenwerking van het RIVM met de Unie van Waterschappen en de 21 waterschappen en gebeurt in opdracht van het ministerie van VWS Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport). Samen verkennen deze partijen de mogelijkheden om het rioolwateronderzoek in te zetten voor een bredere toepassing. 
Meer over de mogelijkheden van het rioolwateronderzoek, zie het onderwerp Rioolwateronderzoek

Ga direct naar:

Virusdeeltjes in ontlasting en rioolwater
Rioolwateronderzoek voor COVID-19, hoe en waarom?   
Toekomst van het rioolwateronderzoek

Virusdeeltjes in ontlasting en riool

Is het virus in het rioolwater besmettelijk? 
Er zijn geen aanwijzingen dat mensen besmet zijn geraakt door rioolwater. 

Hebben alle mensen die besmet zijn coronavirusdeeltjes in hun ontlasting (poep)?
Nee. Bij ongeveer 50% van de mensen is het virus aan te tonen in de ontlasting (poep). Sommige mensen die besmet zijn hebben meer virusdeeltjes in hun ontlasting dan anderen. Het maakt daarbij niet uit of iemand veel, weinig of (nog) geen klachten heeft. 

Lopen mensen die werken met rioolwater extra risico?
Mensen die werken met rioolwater moeten direct contact met en het inslikken en/of inademen van nevel van rioolwater vermijden. De beschermingsmaatregelen voor mensen die met rioolwater werken, beschermen goed tegen de verschillende soorten ziekteverwekkers in het rioolwater, dus ook tegen coronavirussen. De maatregelen om veilig met afvalwater te werken staan in de Arbo (Arbeidsomstandigheden)-catalogus van de waterschappen. Voor vragen over de Arbo-catalogus kan men terecht bij de Arbo-coördinator. Het is ook belangrijk dat de medewerkers op de rioolwaterzuivering de hygiënerichtlijnen volgen. 

Het rioolwateronderzoek (Nationale Rioolwater Surveillance), hoe en waarom?

Hoe doet het RIVM dit onderzoek?
Medewerkers van alle ruim 300 rioolwaterzuiveringsinstallaties verspreid over het land nemen monsters van het rioolwater en onderzoekers van het RIVM meten dan hoeveel coronavirusdeeltjes erin zitten. Dat gaat als volgt: uit het rioolwatermonster wordt het genetisch materiaal RNA ribonucleic acid (ribonucleic acid) van het virus geïsoleerd. Er wordt dan een  PCR polymerase chain reaction (polymerase chain reaction) detectiemethode uitgevoerd. Met deze methode kunnen de onderzoekers vaststellen hoeveel RNA van het coronavirus aanwezig is in het rioolwater. Vervolgens berekent het RIVM met behulp van gegevens van het CBS het aantal virusdeeltjes in het rioolwater per 100.000 inwoners. Die gegevens publiceert het RIVM elke werkdag in een open databestand. Het ministerie van VWS Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport) verwerkt deze data en berekent voor het Coronadashboard de weekgemiddelden op landelijk, veiligheidsregio en gemeenteniveau, volgens een vaste methode die RIVM en VWS samen hebben opgesteld. De gegevens zijn op het Coronadashboard van de Rijksoverheid te zien. Bekijk hier een gedetailleerde beschrijving van de rekenmethode.

Welke plekken zijn meegenomen in het onderzoek?
Het RIVM onderzoekt het rioolwater uit vrijwel heel Nederland. De monsters van het rioolwater komen van alle ruim 300 rioolwaterzuiveringsinstallaties verspreid over het land naar het RIVM. 

Waar vind ik de resultaten van het rioolwateronderzoek? 
De resultaten van het rioolwateronderzoek zijn op het Coronadashboard van de Rijksoverheid te vinden. De data per rioolwaterzuiveringsinstallatie (RWZI Rioolwaterzuiveringsinstallatie (Rioolwaterzuiveringsinstallatie)) zijn beschikbaar als open data. Een kaart met de meest actuele metingen per RWZI is te vinden op de webpagina Coronavirusdeeltjes in rioolwater.

Zijn de resultaten ook te vertalen naar het aantal besmette mensen? 
Nee, op dit moment hebben we nog geen vertaling van het aantal virusdeeltjes naar het aantal besmette mensen. Dit komt onder andere doordat niet precies bekend is hoeveel virus een besmet persoon uitscheidt en daarbij kan de virusuitscheiding ook lang aanhouden. Op basis van de rioolcijfers kan er wel een redelijke inschatting gemaakt worden van het verwacht aantal ziekenhuisopnames. Bij de komst van een nieuwe variant moet wel opnieuw bekeken worden of de inschatting ook geldt voor de nieuwe variant.  

Is het mogelijk om op basis van dit onderzoek patiënten op te sporen? 
Nee. Het rioolwateronderzoek wordt gedaan met rioolwater afkomstig van grote aantallen mensen en is niet te herleiden tot één persoon of huishouden. De informatie kan wel herleid worden naar het  verzorgingsgebied van een rioolwaterzuiveringsinstallatie. We kunnen dus wel zien in welk gebied er veel virusdeeltjes in het rioolwater zitten, maar we weten niet van welke huishoudens dit precies afkomstig is. Dit is ook niet het doel van het rioolwateronderzoek.

Heeft het invloed op de resultaten als het flink geregend heeft? 
Als er meer regen valt, zijn er naar verhouding minder virusdeeltjes per milliliter rioolwater. Door het rioolwater volgens een afgesproken methode te bemonsteren kunnen we voorkomen dat de hoeveelheid neerslag invloed heeft op het resultaat van de metingen: gedurende 24 uur wordt steeds een klein monster van het rioolwater genomen, en de grootte van het monster is afhankelijk van de hoeveelheid rioolwater die door de rioolwaterzuiveringsinstallatie stroomt. Deze totale hoeveelheid rioolwater noemen we het debiet. Als er veel regen valt en er dus veel water langs stroomt, wordt een groter monster genomen dan wanneer er geen of weinig regen valt. Door al deze kleine monsters samen te voegen en te mengen, ontstaat een monster dat representatief is voor de hoeveelheid rioolwater die de afgelopen 24 uur de rioolwaterzuiveringsinstallatie gepasseerd is. Uit dat gemengde, grote monster wordt een kleiner monster genomen voor onderzoek bij het RIVM. Hierdoor heeft de hoeveelheid regen die valt geen invloed op het monster zelf. 

Kun je de cijfers (aantal virusdeeltjes) van de verschillende gemeenten en veiligheidsregio’s met elkaar vergelijken?
Ja, dat kan. Bij alle gemeenten en veiligheidsregio’s worden de rioolmetingen op eenzelfde manier berekend en weergegeven: het gemiddeld aantal virusdeeltjes in rioolwater per 100.000 inwoners. 

Kun je van alle gemeenten in Nederland de rioolmetingen op het Coronadashboard aflezen? Ook van de kleine, die geen eigen rioolwaterzuivering hebben?
Ja, elke gemeente heeft een eigen gemiddeld aantal virusdeeltjes, ook als in de gemeente zelf geen rioolwaterzuiveringsinstallatie (RWZI) staat. De gemeente (of een deel daarvan) is in dat geval namelijk wel aangesloten op een RWZI die in een andere gemeente staat. De verhoudingen waarin een RWZI rioolwater van meerdere gemeentes binnenkrijgt, zijn vastgelegd door het CBS Centraal Bureau voor de Statistiek (Centraal Bureau voor de Statistiek). Zo kunnen we ook voor de gemeenten zonder eigen rioolwaterzuivering berekenen hoeveel virusdeeltjes er in het rioolwater zitten. 

Wat is het belang van rioolwateronderzoek? 
Het rioolwateronderzoek is belangrijk om zicht te blijven houden op het coronavirus. Vooral in perioden waarin er niet of nauwelijks wordt getest op GGD Gemeentelijke Gezondheidsdienst (Gemeentelijke Gezondheidsdienst)-locaties. We kunnen aan de rioolcijfers zien waar het virus veel of weinig rondgaat. 

Geven rioolwatermetingen vroege signalen? 
De rioolwatermetingen kunnen een vroege waarschuwing zijn van een naderende opleving. Plaatselijke GGD’en kunnen dan alvast nader onderzoek doen en eventueel maatregelen nemen. Het RIVM heeft hiervoor samen met de GGD’en, waterschappen en gemeenten een stappenplan ontwikkeld. 

Soms zie je op een locatie hele hoge rioolcijfers. Wat kan daar de verklaring voor zijn?
Een hoge rioolwaarde betekent dat er veel virusdeeltjes in het rioolwater zitten. Het virus gaat dus veel rond. Bij hoge uitschieters doet het RIVM altijd eerst een extra check of de meting correct is uitgevoerd, of de data kloppen en of de berekeningen goed zijn gegaan. 

Tijdens vakantieperioden zien we vaak hoge rioolwatermetingen in de toeristische gemeenten zoals de Waddeneilanden en de kustgemeenten in Zeeland, terwijl het aantal positief geteste mensen in die gemeenten niet noemenswaardig stijgt. Hoe komt dat? 
In de vakantieperioden verblijven er in toeristische gemeenten vaak veel meer mensen dan buiten de vakantieperioden. Toeristen gaan daar natuurlijk ook naar het toilet. Als er toeristen zijn die met het coronavirus besmet zijn, kunnen die bijdragen aan meer virusdeeltjes in het rioolwater van het toeristische gebied. 
De virusdeeltjes die we meten in het riool worden weergegeven per 100.000 inwoners. Deze berekening wordt gemaakt aan de hand van het aantal inwoners in het betreffende gebied. Als er veel toeristen verblijven in dit gebied, dan is het aantal mensen dat gebruik maakt van het toilet een stuk hoger dan het aantal inwoners. Hierdoor kunnen de rioolcijfers hoger uitvallen, met name voor gemeenten die relatief weinig inwoners tellen. 

Kun je met rioolwateronderzoek ook verschillende varianten herkennen? 
Sinds januari 2021 onderzoekt het RIVM het rioolwater met een speciale methode ook op nieuwe varianten van het coronavirus. Dit noemen we sequencen. Alle gangbare varianten en subvarianten zijn ook in het rioolwater gevonden. 

Rioolwateronderzoek, de toekomst

Hoe lang gaat rioolwateronderzoek voor COVID-19 nog door? 
Het RIVM, de waterschappen en het ministerie van VWS Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport) zijn overeengekomen om het rioolwateronderzoek voort te zetten tot in ieder geval eind 2025. Het blijft van belang om zicht te houden op het virus. 

Kunnen we rioolwateronderzoek ook breder inzetten? Bijvoorbeeld voor het opsporen en volgen van andere ziekten? 
Het rioolwateronderzoek is niet nieuw. Het RIVM doet dit nu voor SARS severe acute respiratory syndrome (severe acute respiratory syndrome)-CoV coronavirus (coronavirus)-2 maar deed dat ook al voor het poliovirus en antibioticaresistente bacteriën. Het RIVM verkent samen met het ministerie van VWS en de waterschappen in welke richting het onderzoek in de toekomst verder kan worden uitgebreid.

Meer over de mogelijkheden van het rioolwateronderzoek, ga naar het onderwerp Rioolwateronderzoek.