De hygiënerichtlijn voor het piercen van oren en neusvleugels is voor het laatst volledig herzien in 2014. Tussentijdse wijzigingen sinds de laatste herziening staan aangegeven in de Verantwoording.
De schoonmaakschema’s bij deze richtlijn kunt u hier downloaden als Word-document.
1 Inleiding
In deze inleiding beschrijven we voor wie deze Hygiënerichtlijn voor het piercen van oren en neusvleugels is geschreven en wat het doel van de hygiëne-eisen is. Daarnaast wordt achtergrondinformatie over hygiëne gegeven. Tot slot vindt u een leeswijzer om snel uw weg te kunnen vinden naar de informatie die u zoekt.
Voor wie is deze hygiënerichtlijn?
Deze hygiënerichtlijn is geschreven voor ondernemingen waar alleen piercings worden gezet met een piercinginstrument met een ‘push through’ systeem of een ‘spring loaded’ systeem. Met dit instrument mag u alleen piercings plaatsen in oorlellen, neusvleugels en het vlakke gedeelte van het kraakbeen van het oor (zie afbeelding).
Zet u op andere plekken piercings, gebruik dan de ‘Hygiënerichtlijn voor piercen’. Het is toegestaan om het gekrulde gedeelte van het oorkraakbeen licht weg te buigen om beter bij het vlakke gedeelte te komen.
De richtlijn is in de eerste plaats geschreven voor de ondernemer. Heeft u medewerkers in dienst? Dan moet u ervoor zorgen dat ook zij werken volgens de richtlijnen.
Wat is het doel van deze richtlijn?
U vindt in dit document zowel richtlijnen over de bouw, inrichting en schoonmaak van uw bedrijfsruimte als richtlijnen die direct te maken hebben met het aanbrengen van piercings. Per onderwerp staan er hygiënemaatregelen en -adviezen. Door u hieraan te houden, verkleint u de kans dat de piercing gaat ontsteken of infectieziekten worden overgedragen.
Vergunning
In het Warenwetbesluit tatoeëren en piercen (zie hoofdstuk 5) is vastgelegd dat u als ondernemer een vergunning moet hebben. Deze vergunning moet u driejaarlijks aanvragen bij uw GGD (Gemeentelijke Gezondheidsdienst). U krijgt alleen een vergunning als u aan alle hygiënemaatregelen uit deze richtlijn voldoet. Als er in uw bedrijfsruimte gewerkt wordt zonder dat u hier een vergunning voor heeft, kan de Nederlandse Voedsel en Waren Autoriteit u een waarschuwing of boete opleggen, of eventueel uw studio sluiten. Meer informatie over de vergunning vindt u in de Warenwetregeling tatoeëren en piercen.
Uitzondering: als u met het piercinginstrument alleen oorlellen piercet (en dus niet het vlakke gedeelte van het kraakbeen van het oor of de neusvleugels), hoeft u geen vergunning aan te vragen. Maar u moet wel de hygiëne-eisen in deze richtlijn naleven.
Vrijstelling vergunningplicht voor evenementen
Een vergunning wordt altijd verleend voor het gebruik van piercingmateriaal in uw behandelruimte. Uw vergunning geldt dus niet voor andere locaties. Willen u of uw medewerkers op een evenement, zoals een beurs, conventie of markt piercen? Dan heeft u een vrijstelling van de vergunningplicht nodig. Hiervoor moet de organisator van het evenement ten minste twee maanden van tevoren schriftelijk melden bij de regionale GGD dat u komt piercen.
De organisatie komt alleen in aanmerking voor een vrijstelling als er wordt gewerkt met een artiest die in een studio werkt die in het bezit is van een vergunning. Deze eis wordt uiteraard niet gesteld aan buitenlandse artiesten.
Hygiëne en ziekteverwekkers
Een goede hygiëne voorkomt de verspreiding van micro-organismen. Voorbeelden van micro-organismen zijn bacteriën, virussen en schimmels. Micro-organismen zijn onzichtbaar voor het blote oog en komen overal voor: op de huid, in lichaamsvloeistoffen zoals bloed, op meubels en gebruiksvoorwerpen, in de lucht, in water, op en in voedsel. De meeste zijn onschuldig of zelfs nuttig voor de mens, maar sommige kunnen ziekten veroorzaken.
Door contact tussen mensen kunnen deze ziekteverwekkers zich van de ene mens naar de andere verspreiden. Als ze zich vervolgens vermenigvuldigen, kan iemand ziek worden. Zulke ziekten noemen we infectieziekten. Of een besmetting uitgroeit tot een infectie, heeft met verschillende dingen te maken:
- de hoeveelheid ziekteverwekker waarmee iemand besmet is;
- hoe gemakkelijk de ziekteverwekker mensen ziek maakt;
- iemands lichamelijke conditie; de een wordt ziek, de ander voelt zich niet lekker en een derde heeft nergens last van.
Hoe verspreiden ziekteverwekkers zich?
Ziekteverwekkers verspreiden zich op de volgende manieren:
- via de handen;
- via lichaamsvloeistoffen (bloed, speeksel, braaksel, ontlasting enzovoorts);
- door de lucht (via druppels door hoesten, via huidschilfers of stof);
- via voorwerpen (piercinginstrumenten en deurklinken);
- via voedsel en water;
- via dieren (huisdieren en insecten).
Hygiëne voorkomt ziekte
Infectierisico’s beperkt u in de eerste plaats door een goede hygiëne. Alle regels in deze richtlijn hebben hiermee te maken. In de basis is hygiëne niet meer dan het volgende:
- Breng wat vuil is niet in contact met wat schoon is. En andersom.
- Maak schoon wat vuil is of gooi het weg.
- Je kunt niet altijd aan de buitenkant beoordelen of iets vuil of schoon is.
- Alles begint en eindigt met handhygiëne.
Leeswijzer
De belangrijkste hygiënemaatregelen bij het zetten van een piercing zijn in deze richtlijn op een rij gezet. Naast hygiëneregels vindt u in dit document een aantal andere, wettelijk vastgelegde eisen die direct van toepassing zijn op uw werkzaamheden, zoals de regels over de minimale leeftijd van klanten.
Elk hoofdstuk en elke paragraaf begint met een korte inleidende tekst. Hierin leest u wat de risico’s van het onderwerp zijn, en waarom de genoemde maatregelen de risico’s verkleinen. Daarna volgt een opsomming van de hygiënenormen.
Hygiënenormen
|
Tips
|
In hoofdstuk 7 vindt u een schoonmaakschema en instructies voor uitvoerend medewerkers. In hoofdstuk 8 staat informatie voor de klant. Het schoonmaakschema, de instructies handhygiëne en de informatie voor de klant kunt u downloaden en uitprinten.
2 Het zetten van een piercing
Micro-organismen kunnen niet door een intacte huid heen. De huid biedt hierdoor bescherming tegen infecties. Tijdens het piercen wordt de huid beschadigd. Daardoor kan de gepiercete plek makkelijker geïnfecteerd raken. Door hygiënisch te werken bij het zetten van een piercing, verkleint u dit risico. Een goede hygiëne voorkomt ook dat eventuele ziekteverwekkers in het bloed of op de huid van uw klant worden overgedragen op uzelf of uw materialen.
In dit hoofdstuk vindt u de hygiënemaatregelen die u voor, tijdens en direct na het zetten van een piercing moet nemen.
2.1 Algemene maatregelen
In deze paragraaf staan algemene maatregelen die tijdens het hele proces van piercen (voorbereiding, het zetten en de wondverzorging) gelden.
Schone handen
Een van de meest voorkomende manieren waarop ziekteverwekkers worden verspreid, is via de handen. Er zijn twee manieren waarop u handhygiëne kunt toepassen. Door de handen te wassen met water en zeep of door de handen te desinfecteren met een handdesinfecterend middel. In hoofdstuk 7 vindt u instructies voor het handen wassen en desinfecteren.
Hygiënenormen
|
Tips
|
Handschoenen
In bloed en andere lichaamsvochten kunnen gevaarlijke ziekteverwekkers zitten, bijvoorbeeld de virussen die hepatitis B, C en hiv (humaan immunodeficientievirus) veroorzaken.
Hygiënenormen
|
Roken, alcohol en drugs
Met het oog op de veiligheid voor klanten gelden de volgende regels:
Hygiënenormen
|
Overige algemene maatregelen
Hygiënenormen
|
Tips
|
2.2 Het doornemen van de risico’s met de klant
Hygiënenormen
|
Tips
|
Toestemmingsformulier
U kunt er voor kiezen om klanten vóór het zetten van de piercing een toestemmingsformulier te laten tekenen. Op dit formulier geeft de klant aan dat hij of zij goed geïnformeerd is en toestemming geeft voor het aanbrengen van een piercing. Een voorbeeld van dit formulier vindt u in paragraaf 8.3. Let er op dat aan het verkrijgen en bewaren van persoonsgegevens voorwaarden verbonden zijn op basis van de Algemene verordening gegevensbescherming (AVG (algemene verordening gegevensbescherming)). Meer informatie vindt u op de website van de Autoriteit Persoonsgegevens.
Tips
|
2.3 Pijnstilling
Sommige klanten willen voor of tijdens het zetten van een piercing pijnstilling gebruiken. Hieraan is voor u als ondernemer een aantal regels verbonden:
Hygiënenormen
|
Tips
|
2.4 Eisen aan instrumenten, materialen en sieraden
Om hygiënisch en veilig te kunnen werken, zijn eisen gesteld aan de instrumenten, materialen en sieraden die u gebruikt. Eerst worden de algemene eisen aan instrumenten en materialen besproken, gevolgd door de eisen aan sieraden en de aandachtspunten bij het bewaren van steriel verpakte cartridges.
Algemene eisen aan instrumenten en materialen
Bij het piercen in het vlakke gedeelte van het kraakbeen van het oor, de neusvleugel en de oorlel moet u gebruik maken van een piecinginstrument. Hierbij gebruikt u voor iedere klant een steriele wegwerpcartridge. Doordat alleen de wegwerpcartridge in contact komt met de klant, hoeft u uw piercinginstrument niet te steriliseren. Een ouderwets oorschietpistool dat in aanraking komt met het oor mag u niet gebruiken!
Er zijn twee typen piercinginstrumenten: piercinginstrumenten met een ‘push through’ systeem duwen het sieraad door de huid of het kraakbeen; met een ‘spring loaded’ systeem wordt het sieraad er doorheen geschoten.
De cartridges zijn per stuk (enkele cartridges) of per twee (dubbele cartridges) steriel verpakt. Dubbele cartridges zijn bedoeld voor twee oren. Sommige cartridges bestaan uit drie losse onderdelen: een adapter, een adapterclip en een pousetteadapter. Alle drie de onderdelen moeten na gebruik worden weggegooid.
Andere materialen die van pas kunnen komen zijn:
- een middel om de te piercen plek te markeren en cocktailprikkers om dit middel aan te brengen;
- steriele gaasjes (om de huid schoon te maken na het zetten).
De eisen aan deze instrumenten en materialen zijn als volgt:
Hygiënenormen
|
Eisen aan sieraden
In sieraden van metaal kan nikkel zitten. Contact met nikkel kan eczeem veroorzaken. Daarom is in bijlage XVII van de Europese REACH (Registration, Evaluation, Authorisation and restriction of Chemicals ) verordening voor chemische stoffen vastgelegd hoeveel nikkel in sieraden voor piercings mag zitten:
- In staafjes die in de oren en in andere delen van het menselijk lichaam worden geplaatst, mag geen nikkel (CAS-nr. 7440-02-0, EINECS-nr. 231-111-4 en de verbindingen daarvan) zitten. Uitzondering: staafjes waaruit maximaal 0,2 μg/cm²/week vrijkomt, mogen wel gebruikt worden.
Op basis van de REACH verordening bent u als ondernemer verplicht ervoor te zorgen dat de sieraden die u bij klanten zet of aan hen verkoopt, aan bovenstaande eis voldoen. De Nederlandse Voedsel en Waren Autoriteit houdt toezicht op deze wetgeving.
Hygiënenormen
|
Tips
|
Het bewaren van steriel verpakte cartridges
Steriel verpakte cartridges blijven alleen steriel als de verpakking droog en onbeschadigd is. Houd u daarom bij deze verpakkingen aan het volgende:
Hygiënenormen
|
2.5 Hygiënische principes vóór, bij en na het piercen
Hygiënische principes bij het voorbereiden en zetten van een piercing
Om het infectierisico te verkleinen, moeten cartridges steriel zijn en blijven. Werk daarom volgens onderstaande hygiënische principes tijdens de voorbereiding en het zetten van een piercing. Een voorbeeld van een hygiënische werkwijze vindt u in paragraaf 9.1. U kunt werken volgens de stappen in dit voorbeeld. Maar u mag ook een andere volgorde aanhouden, als u daarbij werkt volgens onderstaande principes.
Hygiënenormen
|
Hygiënische principes na het zetten van een piercing
Na het zetten van de piercing moet u:
- Instrumenten en materialen voor eenmalig gebruik weggooien.
- De behandelruimte en het piercinginstrument schoonmaken. Meer informatie hierover vindt u in hoofdstuk 3 en in het schoonmaakschema in paragraaf 7.2.
Hygiënenormen
|
3 Schoonmaken en desinfecteren
In vuil en stof kunnen ziekteverwekkers zitten. Door schoon te maken, haalt u ook deze ziekteverwekkers weg. Hierdoor verkleint u de kans op ziekte.
Er is een verschil tussen schoonmaken en desinfecteren. Schoonmaken is stof en vuil verwijderen. Zo raakt u meestal ook de ziekteverwekkers in het stof of vuil kwijt. Als uw piercinginstrument en uw behandelruimte niet vervuild zijn met bloed, is schoonmaken voldoende. Ziekteverwekkers in bloed zijn onvoldoende te verwijderen door normale schoonmaak. Daarom moet u het piercinginstrument en oppervlakken ook desinfecteren als er bloed op zit. Zie onderstaande tabel.
Let op: desinfecteer alleen als er eerst schoongemaakt is. Desinfecterende middelen werken namelijk niet als iets nog vuil en stoffig is.
Het piercinginstrument of oppervlak: | Schoonmaakmethode: |
is niet vervuild met bloed is wel vervuild met bloed |
schoonmaken schoonmaken en desinfecteren |
Meer informatie over schoonmaken en desinfecteren vindt u in onderstaande paragrafen. In de bijlagen is schematisch weergegeven hoe vaak u uw behandelruimte en materialen moet schoonmaken.
3.1 Schoonmaken
Als uw piercinginstrument en uw behandelruimte niet vervuild zijn met bloed, is schoonmaak met een allesreiniger voldoende. U hoeft dan niet te desinfecteren.
Hygiënenormen
|
Tips
|
3.2 Desinfecteren
Door iets te desinfecteren, wordt het aantal aanwezige micro-organismen op het voorwerp of oppervlak sterk verminderd. In deze paragraaf vindt u algemene regels voor desinfecteren en informatie over de desinfecterende middelen die u mag gebruiken. Ook leggen we uit op welke manier u kunt desinfecteren.
Algemeen
De volgende algemene regels gelden voor het desinfecteren:
Hygiënenormen
|
Het gebruik van desinfecterende middelen
Het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb) beoordeelt of een desinfecterend middel goed werkt en veilig is. Ook stelt het Ctgb vast waarvoor het gebruikt mag worden. Een middel kan bijvoorbeeld alleen geschikt zijn voor het desinfecteren van de handen, en niet voor het desinfecteren van oppervlakken. Daarnaast zijn sommige middelen alleen effectief tegen sommige bacteriën, terwijl andere middelen ook virussen kunnen doden.
Middelen die door het Ctgb zijn toegestaan, zijn te herkennen aan een code op de verpakking. Dit kunnen de volgende codes zijn:
- een N-code (4 tot 5 cijfers gevolgd door ‘-N’, bijvoorbeeld: 12345 N);
- een NL-code (NL- gevolgd door 7 of 11 cijfers).
Daarnaast moet de fabrikant op de verpakking melden waarvoor het middel gebruikt mag worden.
Middelen die zijn toegelaten, staan ook op de website van het Ctgb. Hoe u deze middelen op de website kunt vinden, staat in paragraaf 9.3. Op de website van het Ctgb is voor elk toegelaten middel het ‘Actueel gebruiksvoorschrift’ opgenomen. In dit gebruiksvoorschrift staat waarvoor het middel gebruikt mag worden en tegen welke micro-organismen het effectief is. Ook staat er hoe u het middel moet gebruiken.
Hygiënenormen
|
Let op: u mag een desinfecterend middel alleen gebruiken voor de toepassingen die in het gebruiksvoorschrift staan beschreven! Zie de onderstaande voorbeelden:
- U heeft een desinfecterend middel waarmee u uw handen wilt desinfecteren. In het gebruiksvoorschrift staat alleen beschreven dat het middel geschikt is voor de desinfectie van harde oppervlakken. U mag dit middel dan niet voor uw handen gebruiken.
- U heeft een desinfecterend middel waarmee u een oppervlak wilt desinfecteren dat bevuild was met bloed. In het gebruiksvoorschrift staat dat het middel effectief is tegen bacteriën, gisten en schimmels. U mag dit middel dan niet gebruiken voor de desinfectie van het oppervlak; bij een verontreiniging met bloed heeft u namelijk een middel nodig dat effectief is tegen virussen.
Er zijn een aantal toegelaten middelen die in één handeling zowel schoonmaken als desinfecteren. Dit staat dan in het gebruiksvoorschrift. Gebruikt u zo’n middel? Dan is schoonmaken voordat u dit middel gebruikt uiteraard niet nodig.
3.3 Schoonmaakregels en -technieken
In piercingstudio’s worden er piercings door de huid geboord, hierbij wordt de huid geopend. Door uw studio goed schoon te houden, vooral de werkruimte, verkleint u de kans dat een piercing kan gaan ontsteken of infectieziekten worden overgedragen.
Hygiënenormen
|
3.4 Schoonmaakmaterialen en -middelen
Schoonmaakmaterialen moeten ook goed schoongemaakt, gedroogd en opgeruimd worden. In paragraaf 7.2 vindt u een schoonmaakschema voor de schoonmaakmaterialen. Daarnaast gelden de volgende regels:
Hygiënenormen
|
Tips
|
3.5 Schoonmaakschema’s gebruiken
Een schoonmaakschema voorkomt dat onderdelen worden overgeslagen.
Hygiënenormen
|
Tips
|
3.6 Wasgoed
Vuile doeken en werkkleding met bloedspatten kunnen besmet zijn met ziekteverwekkers. Om deze ziekteverwekkers te doden of te verwijderen, moet dit wasgoed na gebruik op een hoge temperatuur gewassen worden. Houd u hierbij aan het volgende:
Hygiënenormen
|
Tips
|
4 Bouw en inrichting
Uw studio moet goed schoon te maken zijn. De bouw en inrichting hebben effect op het gemak waarmee dit kan. Zo zijn gladde wanden sneller en beter schoon te krijgen dan ruwe. Een hygiënische keuze is sneller gemaakt als de inrichting daarbij helpt. Als er bijvoorbeeld een zeepdispenser of wastafel in de buurt is, denkt u er sneller aan om uw handen te wassen.
In dit hoofdstuk vindt u de minimale eisen aan de bouw en inrichting van uw studio. Onder 'Algemene eisen' staan de eisen voor uw gehele bedrijfsruimte. Onder 'De behandelruimte' staan aanvullende eisen die alleen gelden voor de behandelruimte.
Algemene eisen
Iedere ruimte moet aan de volgende eisen voldoen:
Hygiënenormen
|
De behandelruimte
In de behandelruimte worden de piercings bij de klant gezet. Deze ruimte moet daarom zo worden ingericht dat u gemakkelijk en snel zo hygiënisch mogelijk kunt werken. Let bij de inrichting van de behandelruimte op de volgende eisen:
Hygiënenormen
|
Tips
|
5 Wetgeving, toezicht en handhaving
Wetgeving
In het Warenwetbesluit tatoeëren en piercen staan de wettelijke veiligheidsvoorschriften aangegeven waar uw studio aan moet voldoen. In deze paragraaf wordt ook verwezen naar artikel 24 van de Warenwet en de volgende twee ministeriële regelingen; de Warenwetregeling tatoeëren en piercen en de Warenwetregeling aanwijzing veiligheidscodes tatoeëren en piercen. De actuele wetgeving kunt u vinden op wetten.overheid.nl.
Leeftijdsgrenzen
In artikel 24 van de Warenwet en artikel 10 van het Warenwetbesluit tatoeëren en piercen vindt u de wettelijke leeftijdsgrenzen voor het aanbrengen van piercings:
Hygiënenormen
|
Tips
|
Vergunning
Zonder vergunning mag u niet piercen. In het Warenwetbesluit staat het volgende:
Hygiënenormen
|
De artikelen 4 en 5 van het Warenwetbesluit gaan over de vergunning voor piercen. Deze artikelen geven uitleg over de aanvraag van de vergunning en wie de bevoegdheid heeft om deze vergunning in te trekken. Een vergunning wordt alleen gegeven aan ondernemers die voldoen aan de wettelijke voorschriften uit artikel 24 van de Warenwet. Daarnaast vindt u overige regelingen in de Warenwetregeling tatoeëren en piercen en de Warenwetregeling aanwijzing veiligheidscodes tatoeëren en piercen. Hierin staat ook aangegeven hoe u de vergunning kunt aanvragen, hoe lang de geldigheidsduur is en wat de kosten zijn.
Toezicht & handhaving
De inspecteurs van Nederlandse Voedsel en Waren Autoriteit (NVWA (Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit)) en de ambtenaren van de GGD (Gemeentelijke Gezondheidsdienst) controleren of u zich aan de wettelijke veiligheidseisen van het Warenwetbesluit houdt.
Nadat een vergunning is aangevraagd, komt een GGD ambtenaar op afspraak langs voor een inspectie. GGD ambtenaren zijn daarnaast bevoegd om een geldige vergunning in te trekken als een ondernemer zich niet aan de wettelijke bepalingen heeft gehouden. Als er overtredingen worden vastgesteld worden er maatregelen genomen volgens het interventiebeleid.
Overtredingen van het Warenwetbesluit door bedrijven met 50 of minder werknemers worden beboet met €525. Voor bedrijven met meer dan 50 werknemers kan dit oplopen tot €1050. Overtredingen van leeftijdsgrenzen als omschreven in artikel 24 van de Warenwet worden beboet met €795, respectievelijk €1590. Zie voor de actuele gegevens het Warenwetbesluit bestuurlijke boeten.
6 Lichamelijke klachten van de klant
Na het zetten van een piercing, kunnen er bij de klant lichamelijke klachten ontstaan. Voorbeelden hiervan zijn:
- een allergische reactie;
- misselijkheid;
- flauwvallen;
- ontstekingen;
- uitgroeien en afstoten van de piercing;
- vorming van littekenweefsel;
- afsterven van weefsel;
- functieverlies en gevoelloosheid.
Deze verschijnselen kunnen verschillende oorzaken hebben. Zo kunnen er klachten ontstaan wanneer een piercing op een verkeerde of onhygiënische manier wordt aangebracht. Ook als de klant zich niet aan de nazorginstructies houdt, kunnen er klachten optreden. In ernstige gevallen kan er zelfs blijvende weefselschade ontstaan.
Maar ook als u wel hygiënisch werkt, kan de klant lichamelijke klachten krijgen.
In dit hoofdstuk vindt u de maatregelen die u moet nemen wanneer er tijdens of vlak na het zetten complicaties optreden. Ook wordt er beschreven hoe u moet handelen wanneer een klant enige tijd na het zetten terug komt vanwege een lichamelijke klacht.
6.1 Allergische reacties
Een allergie is een reactie van het immuunsysteem op bepaalde stoffen. Een allergische reactie ontstaat pas nadat het lichaam meerdere malen in contact is geweest met een bepaalde (lichaamsvreemde) stof. Een klant met een allergische reactie kan dus bij een eerdere piercing niets gemerkt hebben.
Klanten kunnen bijvoorbeeld allergisch zijn voor latex. Ook zijn er bepaalde materialen waar sieraden van gemaakt zijn die allergische reacties kunnen veroorzaken.
De reacties op allergieën kunnen verschillen. Sommige mensen krijgen alleen een rode en jeukende huid, terwijl mensen in het ergste geval kunnen flauwvallen of in shock raken. Vraag daarom altijd vóór de behandeling of klanten last hebben van bepaalde allergieën.
Hygiënenormen
|
Het verschil tussen flauwvallen en in shock raken is lastig te herkennen. Neem bij twijfel altijd contact op met de alarmcentrale. Bij een shock stroomt er minder bloed naar de hersenen waardoor iemand het bewustzijn kan verliezen. Zij zijn vaak alert, angstig en verward, hebben een hoge polsslag, een ‘koude neus’ en een klamme huid. Iemand die flauwvalt komt binnen enkele minuten vanzelf weer bij. Bij een shock blijft iemand buiten bewustzijn.
6.2 Misselijkheid en flauwvallen
Het kan voorkomen dat een klant tijdens of na het aanbrengen van de piercing misselijk wordt of dreigt flauw te vallen. Let op symptomen als een bleek gezicht en hevige transpiratie.
Tips
|
6.3 Medische hulp
Wanneer u bij klachten zelf gaat dokteren, kunnen er dingen mis gaan. Wees daarom altijd terughoudend in het behandelen van klachten. Zelf dokteren bij complicaties kan zelfs strafbaar zijn.
Hygiënenormen
|
7 Schoonmaakschema en overige instructies
In dit hoofdstuk vindt u een schoonmaakschema en instructies. In de eerste paragraaf vindt u instructies voor handen wassen en handen desinfecteren. Vervolgens staat schematisch weergegeven hoe vaak en op welke wijze u uw instrumenten, apparatuur en behandelruimte moet schoonmaken, desinfecteren of steriliseren.
Het schoonmaakschema en de instructies handhygiëne kunt u downloaden als Word- of PDF (Portable Document Format)-document, zodat u ze eenvoudig kunt uitprinten. U kunt ze dan direct ophangen, bijvoorbeeld bij wastafels of in een schoonmaakkast.
7.1 Handhygiëne
Bacteriën en virussen zijn overal, op deurknoppen, tafels, telefoons en andere voorwerpen, apparaten en materialen. Sommigen kunnen ziekteverwekkend zijn. Een van de meest voorkomende manieren waarop ziekteverwekkers worden verspreid, is via de handen. Door regelmatig handhygiëne toe te passen wordt de kans dat u of iemand uit uw omgeving ziek wordt klein.
Pas voor een goede handhygiëne onderstaande regels toe:
- Was uw handen met water en vloeibare zeep als ze zichtbaar vuil zijn. Gebruik dan geen desinfecterend middel (handalcohol); door zichtbaar vuil vermindert namelijk de werking.
- Zijn uw handen niet zichtbaar vuil? Dan mag u kiezen of u uw handen wast óf desinfecteert. Pas de manieren echter niet allebei toe; de huid droogt dan te veel uit en beschadigt sneller. De handen worden voldoende schoon als u ze alleen wast of alleen desinfecteert.
Het schema Instructies handhygiëne kunt u hier downloaden als pdf.
7.2 Schoonmaakschema
In het schoonmaakschema staat hoe vaak en op welke manier gereinigd moet worden.
U mag natuurlijk vaker schoonmaken dan in het schema is aangegeven. Minder vaak of op een andere manier schoonmaken, mag alleen met een goede reden (bijvoorbeeld omdat een ruimte bijna nooit wordt gebruikt).
U kunt het schema hier downloaden als Word-document, zodat u het eenvoudig kunt uitprinten en ophangen. Tevens kunt u het schema aanpassen aan de eigen situatie. Bespreek het schoonmaakschema binnen uw eigen organisatie en werk het in nader detail uit tot een eigen werkinstructie.
8 Informatie voor de klant
In dit hoofdstuk vindt u informatie voor uw klanten. Allereerst vindt u een voorbeeld van de informatie over de risico’s van piercings, gevolgd door een voorbeeld van de nazorginstructie die u uw klanten kunt geven. Deze nazorginstructie moet minimaal de informatie uit het voorbeeld bevatten. Aanvullende informatie mag niet misleidend zijn en moet op waarheid berusten. Tot slot is een voorbeeld van een toestemmingsformulier opgenomen. U mag ook een eigen formulier opstellen. Let er op dat aan het verkrijgen en bewaren van persoonsgegevens voorwaarden verbonden zijn op basis van de Algemene verordening gegevensbescherming (AVG (algemene verordening gegevensbescherming)). Meer informatie vindt u op de website van de Autoriteit Persoonsgegevens.
Alle informatie in dit hoofdstuk is ook als PDF (Portable Document Format)-download beschikbaar, zodat u het direct kunt uitprinten en uitdelen.
8.1 Informatie over de risico’s van piercings
Download hier de PDF (Portable Document Format) met onderstaande informatie.
Het aanbrengen van piercings brengt risico’s met zich mee. Zorg daarom dat je goed bent uitgerust en hebt gegeten. Stel de piercer op de hoogte van eventueel medicijngebruik of huidproblemen, allergieën, epilepsie en overgevoeligheidsreacties. En controleer op www.veiligtatoeerenenpiercen.nl dat de studio waar je een piercing wilt laten zetten, een vergunning heeft. Deze vergunning geeft aan dat de studio werkt volgens de hygiënerichtlijnen van het Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid.
Laat geen piercing aanbrengen:
- op plaatsen waar je het afgelopen jaar plastische chirurgie of bestraling hebt ondergaan;
- op een plek die minder dan drie maanden geleden is gepiercet;
- op geïrriteerde huid zoals bultjes, donkere moedervlekken of zwellingen;
- als je onder invloed bent van alcohol of drugs;
- als je zwanger bent.
Daarnaast wordt het afgeraden om een piercing te laten zetten als je last hebt van één van de volgende aandoeningen:
- diabetes;
- hemofilie;
- chronische huidziekte;
- allergie voor piercing(materialen);
- immuunstoornis;
- hart- en vaatafwijkingen.
Heb je één van deze aandoeningen of gebruik je antistollingsmiddelen of antibiotica? En wil je toch een piercing? Overleg dan eerst de mogelijkheden met een arts.
Kijk voor achtergrondinformatie over bovenstaande risico’s op www.veiligtatoeerenenpiercen.nl.
Het zetten van een piercing
Omdat er tijdens het piercen een wond ontstaat is er een kans op besmetting van ziekten die via bloed worden overgedragen, zoals hepatitis B en C. Controleer daarom of de piercer hygiënisch werkt. Een hygiënische werkwijze is ook belangrijk om te voorkomen dat je nieuwe piercing gaat ontsteken. Let er in ieder geval op dat:
- de huid voor het piercen wordt schoongemaakt en gedesinfecteerd;
- de naald en de piercing steriel zijn verpakt en niet met blote handen worden aangeraakt;
- de piercer tijdens het zetten van de piercing handschoenen draagt.
Het zetten van een piercing kan even pijn doen. Raadpleeg je arts als je een verdoving wilt.
Nazorg
Een nieuwe piercing is vergelijkbaar met diepe wond. Slechte verzorging en onhygiënische behandeling kunnen wondinfecties en littekenweefsel veroorzaken. Bij een goede verzorging duurt het 4 tot 12 weken tot de wond genezen is. De piercer geeft mondelinge en schriftelijke uitleg over de nazorg van piercings. Lees dit goed door. Bij sommige mensen kan na het zetten van een piercing littekenweefsel ontstaan.
8.2 Nazorginstructie
Download hier de PDF (Portable Document Format) met onderstaande informatie.
Tijdens het piercen ontstaat er een diepe wond die tijd nodig heeft om te genezen. Hoe snel deze wond geneest hangt af van de plaats van de piercing, de metaalsoort, de vakkundigheid van de piercer en de kwaliteit van de nazorg. Als je de piercing goed verzorgt, duurt het 4 tot 12 weken tot de wond genezen is.
Was de piercing tijdens het genezen twee keer per dag met een milde ongeparfumeerde zeep. Dep hem vervolgens droog met een schone handdoek of tissue. Houd de piercing de rest van de dag zo droog mogelijk.
Let tijdens het genezingsproces op het volgende:
- Raak de piercing zo min mogelijk aan.
- Zorg dat het achterkantje van een oorpiercing niet te dicht tegen het oor aanzit; er moet ruimte blijven om het knopje te bewegen.
- Smeer geen zalf op de wond en druppel er geen ontsmettingsmiddelen op zoals Sterilon® of Betadine® (tenzij een arts anders aangeeft).
- Zorg dat er geen haarspray, gel of andere producten in de buurt van een oorpiercing komen.
- Draag geen pleisters over de piercing (alleen tijdelijk tijdens het sporten).
- Draag geen strakke of vuile kleding over de piercing.
- Vermijd (bubbel)baden, zwembaden, sauna’s en stoombaden.
- Verwijder de piercing nooit zelf.
Let op: de huid rondom je piercing kan direct na het piercen rood worden en flink opzwellen. Dit is normaal. Maar neem contact op met de huisarts als:
- je je zorgen maakt over de genezing;
- je binnen een paar dagen na het zetten van de piercing ziek wordt of koorts krijgt;
- lichamelijke klachten zoals jeuk en roodheid binnen 48 uur na het zetten niet afgenomen zijn;
- je 24 uur na het zetten ineens nieuwe klachten krijgt, of de klachten verergeren;
- je de piercing wilt verwijderen tijdens het genezingsproces (bijvoorbeeld vanwege klachten of uitgroei- of afstotingsverschijnselen).
8.3 Toestemmingsformulier
U kunt het toestemmingsformulier hier downloaden als PDF (Portable Document Format)-bestand.
9 Extra informatie
9.1 Voorbeeld hygiënische werkwijze
Voorbeeld hygiënische werkwijze bij het voorbereiden en zetten van een piercing
- Was uw handen en droog ze af met wegwerpdoekjes, of desinfecteer ze.
- Leg alle materialen (piercinginstrument, cartridge met sieraad in steriele verpakking, huiddesinfectiemateriaal) klaar binnen handbereik.
- Laat de klant andere piercings in hetzelfde gebied verwijderen.
- Laat de klant op de behandelstoel plaatsnemen.
- Desinfecteer de huid die gepiercet wordt (kan voor beide oren tegelijk). Gebruik hiervoor een huiddesinfecterend middel met een RVG (Register Verpakte Geneesmiddelen)-nummer. Houd de inwerktijd aan die de fabrikant voorschrijft. Wacht in ieder geval tot de huid droog is. Voorkom dat het middel het oor in loopt. Dit kan het trommelvlies beschadigen. Laat de klant na het desinfecteren niet (of zo min mogelijk) meer rondlopen.
- Markeer de te piercen plek (kan voor beide oren tegelijk) met Gentiaanviolet opgelost in alcohol 70% of Betadinejodium. Gebruik hiervoor een cocktailprikker die u na gebruik meteen weggooit.
Betadinejodium koopt u bij de apotheek of drogist. Een Gentiaanvioletoplossing kunt u laten aanmaken bij een apotheek. Laat ze hiervoor 0,1 gram Gentiaanviolet (CI 42555) oplossen in 10 ml alcohol 70%. - Open vlak voor gebruik de steriele verpakking van de cartridge volgens aanwijzing op de verpakking. Laat de cartridge op de steriele binnenkant van de verpakking liggen.
Zo voorkomt u dat het in aanraking komt met uw handen of de buitenkant van de steriele verpakking. - Trek schone handschoenen aan.
- Zet de cartridge in het piercinginstrument. Plaats het piercinginstrument op de te piercen plek en maak het gaatje. De poussette (sluiting) wordt automatisch geplaatst. Komt de cartridge niet goed in het instrument of wordt de poussette niet automatisch geplaatst? Dan mag u het nog een keer proberen als het sieraad en de poussette nog schoon zijn. Is het sieraad bijvoorbeeld op de grond gevallen, dan mag dit niet meer.
- Verwijder de cartridge en gooi deze weg.
- Herhaal stap 9 en 10 eventueel voor een piercing in het andere oor. Bij kleine kinderen kunt u ook het stereoprikken toepassen, om een tweede prikervaring te voorkomen. Bij stereoprikken prikken twee personen tegelijkertijd een oor.
- Als er bloed zit, neem dit dan weg met een steriel gaasje.
- Ruim de behandelruimte op en maak deze schoon volgens de aanwijzingen in paragraaf 2.5 en hoofdstuk 3.
- Trek de handschoenen uit en gooi ze weg. Was of desinfecteer de handen.
9.2 Begrippenlijst
AVG (algemene verordening gegevensbescherming) |
Algemene verordening gegevensbescherming |
Bedrijfsruimte |
De gehele ruimte waarvoor de vergunning wordt verleend. |
Behandelruimte |
Ruimte in de bedrijfsruimte waar de piercing wordt gezet. Deze ruimte moet voldoen aan de bouw- en inrichtingseisen uit deze richtlijn. |
CBG (College ter Beoordeling van Geneesmiddelen) |
Het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen (CBG) beoordeelt en bewaakt de werkzaamheid, risico's en kwaliteit van geneesmiddelen voor de mens. Middelen zijn te herkennen aan een RVG (Register Verpakte Geneesmiddelen)-nummer. |
Ctgb (Board for the Authorisation of Plant Protection Products and Biocides) |
College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden. Het Ctgb beoordeelt op basis van Europese wet- en regelgeving of desinfecterende middelen toegelaten worden op de Nederlandse markt. |
Desinfecteren |
Desinfecteren is het sterk verminderen van het aantal aanwezige micro-organismen, met een speciaal daarvoor bestemd desinfecterend middel. |
First-in-first-out-systeem |
Met het first-in-first-out-systeem wordt bedoeld dat u de cartridges die het eerst geleverd zijn, vooraan zet en als eerste gebruikt. |
Handdesinfecterend middel |
Een handdesinfecterend middel is een vloeistof waarmee ziekteverwekkers op de handen kunnen worden gedood. Als handen niet zichtbaar vuil of plakkerig zijn, kan een hand desinfecterend middel worden gebruikt in plaats van water en zeep. |
Handhygiëne |
Handhygiëne is het wassen van de handen met water en zeep of het desinfecteren van de handen met handdesinfectiemiddel, wanneer de handen niet zichtbaar vuil zijn. |
Huiddesinfecterend middel |
Een huiddesinfecterend middel is een vloeistof waarmee ziekteverwekkers op de huid kunnen worden gedood. Een huiddesinfecterend middel wordt voorafgaand aan het openen van de huid gebruikt om de huid te desinfecteren. |
Lichaamsvloeistoffen |
Lichamelijke vloeistoffen zoals bloed, speeksel, braaksel, urine en ontlasting. |
Micro-organismen |
Bacteriën, virussen, schimmels, gisten en protozoën zijn micro-organismen. Micro-organismen zijn onzichtbaar voor het blote oog en komen overal voor: op de huid, op meubels en voorwerpen, in de lucht, in water, op en in voedsel. De meeste zijn onschuldig of zelfs nuttig voor de mens, maar sommige micro-organismen kunnen ziekten veroorzaken. |
No-touch kraan |
Een no-touch kraan is een kraan die men niet met de handen open en dicht hoeft te draaien. Voorbeelden zijn een elleboogkraan, een kraan die vanzelf uitgaat, een kraan met knie- of voetbediening of een kraan met elektronisch oog. |
NVWA (Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit) |
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit. De NVWA heeft als kerntaak het toezicht houden bij bedrijven en instellingen op de naleving van verschillende wetten en voorschriften, waaronder de Warenwet. |
Piercen |
Het doorboren van de huid, slijmvliezen, kraakbeen of spierweefsel waardoor het mogelijk wordt in de doorboring een piercing achter te laten. |
Schoonmaken |
Het verwijderen van los of aangekleefd vuil. |
Stromend water |
Vast tappunt met aan- en afvoer aangesloten op het reguliere leidingwaternet (drinkwaterkwaliteit). |
Wonddesinfecterend middel |
Een wonddesinfecterend middel is een middel waarmee ziekteverwekkers in de wond kunnen worden gedood. Een wonddesinfecterend middel wordt gebruikt om de wond te desinfecteren. |
9.3 Ctgb-databank
Hieronder staat hoe u desinfecterende middelen kunt vinden op de website van het Ctgb.
Hebt u al een desinfecterend middel en wilt u weten of u dit mag gebruiken? Gebruik dan optie A. Wilt u een overzicht van toegelaten desinfecterende middelen? Gebruik dan optie B.
A. Zoeken naar een specifiek desinfecterend middel
- Ga naar www.ctgb.nl en klik op ‘Toelatingendatabank’. Of ga direct naar https://toelatingen.ctgb.nl.
- Hier kunt u zoeken op de naam van het product.
- Controleer in het actuele gebruiksvoorschrift altijd of het middel geschikt is voor uw toepassing en welke maatregelen bij gebruik moeten worden genomen.
B. Een overzicht van toegelaten desinfecterende middelen zien
- Ga naar www.ctgb.nl en klik op ‘Toelatingendatabank’. Of ga direct naar https://toelatingen.ctgb.nl.
- Klik op de knop ‘Toon uitgebreide filters’.
- Voer de gewenste selectiecriteria in. Bij Gebruik kunt u professioneel invoeren. Bij Producttype kiest u een optie die hieronder beschreven staat:
- Middelen die geschikt zijn voor het desinfecteren van handen hebben een PT01-code (‘Biociden voor menselijke hygiëne’).
- Middelen die geschikt zijn voor materialen en oppervlakken hebben een PT02-code (‘Desinfecterende middelen voor privégebruik en voor de openbare gezondheidszorg, alsmede andere desinfectantia’).
- Middelen die geschikt zijn voor oppervlakken waarop eet- en drinkwaren kunnen komen, hebben een PT04-code (‘Ontsmettingsmiddelen voor gebruik in de sector voeding en diervoeders’).
- Controleer in het actuele gebruiksvoorschrift altijd of het middel geschikt is voor uw toepassing en welke maatregelen bij gebruik moeten worden genomen.
- U kunt via de knop downloaden de selectie exporteren naar een Excel-bestand.
Deze zoekhulp is opgesteld in augustus 2019. Klopt het advies niet meer en heeft u hulp nodig? Neem dan contact op met de Servicedesk van het Ctgb (Board for the Authorisation of Plant Protection Products and Biocides) via telefoonnummer 0317 – 471 810 of door het servicedesk-verzoekformulier in te vullen. Het LCHV (Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid) is niet verantwoordelijk voor eventuele wijzigingen aan de website van het Ctgb.
9.4 Desinfectiemiddelen voor handen en huid
Het middel dat gebruikt wordt om te desinfecteren hangt af van wat er gedesinfecteerd moet worden. Gaat het om de huid voorafgaand aan bijvoorbeeld het piercen, of gaat het om de vloer die vervuild is met braaksel? Is de tafel vervuild met bloed, of wil je je handen desinfecteren?
Voor desinfectiemiddelen wordt er onderscheid gemaakt tussen een biocide en een geneesmiddel. Afhankelijk van wat gedesinfecteerd moet worden, wordt bepaald of er een biocide of een geneesmiddel gebruikt moet worden.
Desinfectiemiddelen voor gebruik op levenloze oppervlakken en de intacte huid die ook na het desinfecteren intact blijft, vallen onder de biocidewetgeving. Denk aan oppervlakken, materialen en handen. Deze middelen moeten zijn toegelaten door het Ctgb (Board for the Authorisation of Plant Protection Products and Biocides).
Desinfectiemiddelen voor de niet-intacte huid, of de huid die nog intact is maar direct na het desinfecteren geopend zal worden (zoals bij piercen), vallen onder de geneesmiddelenwet. Denk aan de huid voorafgaand aan het piercen of voor het behandelen van een wond. Deze middelen moeten zijn toegelaten door het CBG (College ter Beoordeling van Geneesmiddelen).
Handen of huid?
Dit onderscheid is vrij lastig en hierdoor ontstaat er veel onduidelijkheid. Logisch, want waarom is er een verschil tussen huid en handen? De handen zijn toch ook huid? Hieronder wordt het verschil tussen een huiddesinfectiemiddel en een handdesinfectiemiddel uitgelegd.
Handdesinfectiemiddelen
Handen worden gedesinfecteerd om het aantal (ziekmakende) micro-organismen, die altijd aanwezig zijn op de handen, terug te dringen tot een acceptabel niveau. Het wordt niet gebruikt om te genezen of om ziekte te voorkomen of voor de behandeling van een wond. Handdesinfectiemiddelen worden alleen op de intacte (blijvende) huid gebruikt. Handdesinfectiemiddelen vallen daarom onder de biocidewetgeving (College ter beoordeling van Geneesmiddelen. ‘Afbakening Biociden en Geneesmiddelen.’ CBG. (2013): geraadpleegd 25 augustus 2015).
Huiddesinfectiemiddelen
Een huiddesinfectiemiddel wordt gebruikt voor het genezen of voorkomen van ziekte, of voor de behandeling van een wond. Een huiddesinfectiemiddel kan worden gebruikt op een niet-intacte huid of op een intacte huid die ‘geopend’ wordt, zoals bij tatoeëren en piercen. Hierdoor valt een huiddesinfectiemiddel onder de geneesmiddelenwet (Werkgroep Infectie Preventie, ‘Desinfectie’. RIVM. (2013), geraadpleegd 25 augustus 2015; en College ter beoordeling van Geneesmiddelen. ‘Afbakening Biociden en Geneesmiddelen.’ CBG. (2013): geraadpleegd 25 augustus 2015).
Gebruik desinfectiemiddelen altijd volgens het gebruiksvoorschrift. Lees de bijsluiter voorafgaand aan het gebruik daarom goed door.
Handen zijn toch intacte huid?
Klopt, een huiddesinfectiemiddel mag op de intacte huid gebruikt worden, dus ook op de handen. Bedenk wel dat een huiddesinfectiemiddel agressief is voor de huid en de huid uitdroogt. Meestal is er een terugvetter toegevoegd aan een hand-desinfectiemiddel zodat de handen niet uitdrogen (Werkgroep Infectie Preventie, ‘Handreiniging of desinfectie’. RIVM. (2013), geraadpleegd 7 augustus 2015).
9.5 Bronnenlijst
Relevante wet- en regelgeving
Onderstaande wetten, besluiten en regelingen zijn alle terug te vinden op wetten.overheid.nl.
- Algemene verordening gegevensbescherming
- Besluit uitvoering rookvrije werkplek, horeca en andere ruimten
- Geneesmiddelenwet
- Tabakswet
- Warenwet
- Warenwetbesluit bestuurlijke boeten
- Warenwetbesluit tatoeëren en piercen
- Warenwetregeling aanwijzing veiligheidscodes tatoeëren en piercen
- Warenwetregeling tatoeëren en piercen
- Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg (Wet BIG (Wet Beroepen Individuele Gezondheidszorg))
Overige documenten en websites
- College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden. www.ctgb.nl.
- Daha T. Desinfectantia en de wet. Tijdschrift voor Hygiëne en InfectiePreventie 2004, 5: 130.
- Janssen K, Kon M. 3 patiënten met complicaties als gevolg van piercing van het oorkraakbeen. Nederlands Tijdschrift voor de Geneeskunde 2004, 148(27), 1351-1354.
- Poel P van de. Latexvrije onderzoekshandschoenen, de hygiënist als projectleider. Tijdschrift voor Hygiëne en InfectiePreventie 2005, 1: 3-6.
- Richtlijnen WIP (Werkgroep Infectiepreventie), Stichting Werkgroep Infectie Preventie, Leiden. www.wip.nl.
- Trick WE, Vernon MO, Hayes RA, Nathan C, Rice TW, Peterson BJ, Segreti J, Welbel SF, Solomon SL, Weinstein RA. Impact of ring wearing on hand contamination and comparison of hand hygiene agents in a hospital. Clin Infect Dis. 2003 Jun 1;36(11):1383-90. Epub 2003 May 22.
- Yildirim I, Ceyhan M, Cengiz AB, Bagdat A, Barin C, Kutluk T, Gur D. A prospective comparative study of the relationship between different types of ring and microbial hand colonization among pediatric intensive care unit nurses. Int J Nurs Stud. 2008 Nov;45(11):1572-6. doi: 10.1016/j.ijnurstu.2008.02.010. Epub 2008 May 13.
Warenwetbesluit tatoeëren en piercen
Onderstaand overzicht geeft weer in welke delen van deze hygiënerichtlijnen artikel 6, eerste lid, van het Warenwetbesluit tatoeëren en piercen wordt afgedekt.
Artikel 6, eerste lid | Te vinden in: |
Onderdeel a | Paragrafen 2.4, 2.5 en 2.6, hoofdstuk 3 |
Onderdeel b | Paragrafen 2.1 en 2.5, hoofdstukken 3 en 4 |
Onderdeel c | Paragrafen 2.1 en 2.5 |
Verantwoording
De hygiënerichtlijn voor piercen is voor het laatst volledig herzien in 2014. Aan de laatste herziening hebben de volgende GGD (Gemeentelijke Gezondheidsdienst)’en en organisaties bijgedragen:
- GGD Amsterdam
- GGD Noord- en Oost-Gelderland
- GGD Gooi & Vechtstreek
- GGD Kennemerland
- Nederlandse Juweliers- en Uurwerkenbranche (NJU)
- Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA (Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit))
- Vereniging Professionele Piercers Nederland (VPPN)
Wijzigingen sinds laatste herziening:
- Mei 2016: paragraaf 9.4 'Desinfectiemiddelen voor handen en huid' toegevoegd.
- Augustus 2018: in het toestemmingsformulier (paragraaf 2.2 en hoofdstuk 8) wordt niet geadviseerd over de bewaartermijn en niet over welke persoonsgegevens moeten worden verzameld, maar wordt geadviseerd dit vast te leggen en inzichtelijk te maken conform de Algemene verordening persoonsgegevens (Avg).
- Juli 2019: de richtlijn is omgezet naar webbased tekst; hierbij zijn enkele niet-inhoudelijke aanpassingen gedaan en zijn diverse hyperlinks geüpdatet.
- Augustus 2019: paragraaf 9.3 (zoekhulp Ctgb (Board for the Authorisation of Plant Protection Products and Biocides)-databank) is geactualiseerd.
- Maart 2020: de NEN (Nederlandse norm )-norm EN 420 voor handschoenen is komen te vervallen.
- Oktober 2022: Redactionele aanpassing in H8.1 en in de download Informatie over de risico’s van piercings. Bij het kopje 'Het zetten van een piercing' is de zin “de piercer de handschoenen vlak voor het aanbrengen van de piercing desinfecteert” verwijderd. De informatie is daarmee in overeenstemming gebracht met de richtlijn.
De hygiënerichtlijn is een uitgave van:
Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu
Landelijk Centrum Hygiëne en Veiligheid
Postbus 1 | 7200 BA Bilthoven
E-mail: lchv@rivm.nl
Web: www.lchv.nl
Downloads
-
-
Schoonmaakschema voor het piercen van oren en neusvleugels 18-06-2019 Schoonmaakschema voor het piercen van oren en neusvleugelsDOCX | 22,62 kB
-
Informatie over de risico’s van piercen 10-10-2022 Informatie over de risico’s van piercenPDF | 54,05 kB
-
Nazorginstructie piercing oor of neusvleugel 18-06-2019 Nazorginstructie piercing oor of neusvleugelPDF | 18,31 kB
-