Op verschillende werkplekken kunnen werknemers in aanraking komen met gevaarlijke stoffen, die risico’s kunnen opleveren voor de gezondheid. Het RIVM zet zich in voor het veilig werken met stoffen op de onderstaande onderwerpen.
Risicobeoordeling
Mensen die werken kunnen tijdens hun werk worden blootgesteld aan schadelijke stoffen. Een Risicobeoordeling | Risico's van stoffen is belangrijke check om te zien of mensen veilig kunnen werken met stoffen. En om te kijken of mensen door blootstelling aan stoffen in het verleden, risico hebben gelopen op schadelijke gezondheidseffecten. Bijvoorbeeld door het werken met asbest of chroom-6. Ook wordt er gekeken in wetenschappelijke informatie en naar individuele gevallen of er nieuwe risico’s zijn gevonden bij het werken met schadelijke stoffen.
Het RIVM voert samen met verschillende partners onderzoek uit naar de bestaande of nieuwe risico’s van blootstelling aan stoffen tijdens het werk. Het RIVM adviseert het ministerie van SZW (Sociale zaken en werkgelegenheid) over wat er nodig is om risico’s te kunnen beoordelen en waar nodig te beheersen of voorkomen.
Enkele voorbeelden van stoffen waar het RIVM de (potentiële) risico’s voor in kaart heeft gebracht zijn chroom-6, vliegtuigcabine luchtkwaliteit en vliegtuigmotoremissie
Beroepsmatige grenswaarden en classificaties
Grenswaarden voor werknemers
Werkgevers moeten zorgen dat werknemers veilig kunnen werken met gevaarlijke stoffen. Dat kan door te meten hoeveel van een stof in de zogeheten ademhalingszone van de werknemer zit. Deze hoeveelheid wordt vergeleken met een grenswaarde.
Een grenswaarde is de maximale concentratie van een stof (gas, damp, deeltje, aerosol of vezel) in de ademhalingszone van een werkende gedurende een gespecificeerde referentieperiode. De grenswaarde is een drempelwaarde, wat betekent dat de werknemer veilig kan werken met de stof als de concentratie onder deze grenswaarde blijft. Voor kankerverwekkende en mutagene stoffen kan niet altijd een veilige drempelwaarde worden afgeleid. Als een drempelwaarde niet te bepalen is, wordt een grenswaarde gekozen die overeenkomt met een aanvaardbaar extra gezondheidsrisico, waarbij men streeft naar een zo laag mogelijk risico.
Voor veel stoffen is er geen wettelijke, publieke grenswaarde. Werkgevers moeten dan zelf een veilige (private) grenswaarde bepalen. Voor sommige gevaarlijke stoffen wordt een publieke, wettelijke grenswaarde vastgesteld door het ministerie van SZW (Sociale zaken en werkgelegenheid). Die zijn te vinden in Bijlage XIII van de arbeidsomstandighedenregeling. Dit gebeurt bijvoorbeeld als de Europese Unie dat verplicht, of als een stof erg schadelijk kan zijn of geen eigenaar heeft (zoals kwarts en lasrook).
Het RIVM ondersteunt het ministerie van SZW bij het vaststellen en doorvoeren van zulke wettelijke grenswaarden.
- Het RIVM geeft advies over stoffen waarvoor op Europees niveau een grenswaarde in behandeling is. Daarnaast draagt het RIVM ook bij aan het afleiden van Europese grenswaarden binnen het comité risicobeoordeling (RAC) van het Europees chemicaliënagentschap ECHA (European Chemicals Agency).
- Ook geeft het RIVM advies over het vaststellen van wettelijke grenswaarden in Nederland. Hierbij geeft het RIVM advies over wijzigingen in de grenswaardenlijst en doet het RIVM onderzoek naar prioritering van stoffen voor het werkprogramma van de Gezondheidsraad.
- Verder zorgt RIVM voor signalering aan SZW bij belangrijke ontwikkelingen, door het bijhouden van een actueel overzicht van ontwikkelingen op het gebied van (inter)nationale grenswaarden.
- Tot slot adviseert het RIVM SZW bij ad hoc vragen.
Gezondheidsraad
De Gezondheidsraad adviseert over risico’s van stoffen waaraan werknemers tijdens hun beroep kunnen worden blootgesteld. De Commissie Gezondheid en Beroepsmatige Blootstelling aan Stoffen (GBBS) van de Gezondheidsraad beoordeelt of stoffen waaraan werknemers blootgesteld kunnen worden gezondheidseffecten kunnen veroorzaken. Hierbij leiden ze gezondheidskundige advieswaarden voor beroepsmatige blootstelling af. Of ze kunnen een stof classificeren als kankerverwekkend of schadelijk voor de voortplanting.
Als voorbereiding hierop laat het secretariaat van de Gezondheidsraad per onderwerp of stof literatuuronderzoek verrichten door het RIVM. In dit literatuuroverzicht wordt de volgende informatie over een stof samengevat:
- fysisch chemische eigenschappen;
- internationale classificaties;
- of (bio)monitoring mogelijk is;
- gebruiken van de stof;
- toxicokinetiek;
- samenvatting van de relevante literatuur
Asbest
Op het gebied van asbest doet het RIVM aan signaleren en informeren, adviseren, onderzoeken en het uitvoeren van beleid. Meer informatie is te vinden op de Asbest | RIVM pagina.
REACH en Arbo
REACH
REACH is de Europese wetgeving over industriële chemicaliën. REACH staat voor de registratie, evaluatie, autorisatie en beperking van chemische stoffen en is bedoeld om de volksgezondheid en het milieu te beschermen door te zorgen voor een veilig gebruik van chemische stoffen.
Elke producent, importeur of bedrijf binnen de EU (Europese Unie) die stoffen produceert of importeert in hoeveelheden groter dan 1 ton per jaar, moet de stof registreren bij het Europese Chemicaliën Agentschap (ECHA). Naarmate er grotere hoeveelheden worden geproduceerd of geïmporteerd, gelden er meer informatievereisten over de stof. Dit betreft zowel informatie over gevaarseigenschappen, als over gebruik en blootstelling aan de stof tijdens het gebruik.
Binnen de REACH-wetgeving wordt de informatie van registranten (dit zijn de producenten, importeurs en bedrijven die de registratie voldoen) gecontroleerd en geëvalueerd. Indien nodig wordt aanvullende informatie gevraagd over de gevaarseigenschappen of blootstelling. Als de stof een zogenaamde zorgstof betreft (een Substance of very high concern; SVHC) of mogelijke zorg geeft voor de volksgezondheid of het milieu op basis van het gebruik, dan kunnen beheersmaatregelen op Europees niveau worden ingezet. Dit kan door een SVHC (substances of very high concern)-stof autorisatie-plichtig te maken, of door het gebruik van de stof te beperken via een restrictie.
De informatie over veilig gebruik van stoffen moet in de keten worden gedeeld met gebruikers van de chemische stoffen. Het is belangrijk dat de informatie van goede kwaliteit is en wordt gedeeld op een manier die voor iedereen te begrijpen is. Dat gebeurt via het veiligheidsinformatieblad (VIB), ook wel extended safety data sheet (eSDS). REACH omvat voor een belangrijk deel het gebruik van stoffen, waarbij werkenden blootgesteld kunnen worden. Dit betreft industriële processen en professionele toepassingen tot op het niveau van MKB (Midden- en kleinbedrijf).
Het bureau REACH is namens het Ministerie van IenW (Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat ) de competente autoriteit REACH in Nederland. Het RIVM ondersteunt het Bureau REACH bij het uitvoeren van haar wettelijke taken. Dit kan door onder andere het uitvoeren van stofevaluaties en risk management options analyses, het beoordelen van autorisatieaanvragen of het opstellen van restrictiedossiers en het beantwoorden van vragen vanuit de maatschappij (REACH Helpdesk). Dit doet het RIVM in opdracht van het ministerie van SZW (Sociale zaken en werkgelegenheid) als het gaat over de gezondheid van werkenden, een zorgvuldige communicatie van veilig gebruik door de keten en ondersteuning van handhaving. Het RIVM houdt daarbij oog op andere wetgevingen waaronder de arbeidsomstandighedenwet.
See also (in English): REACH RIVM
NERCs
Het RIVM signaleert nieuwe en opkomende risico’s van chemische stoffen, ook wel New or Emerging Risks from Chemicals (NERCs) genoemd. Volgend de Europese REACH-regels moet de industrie zorgen voor veilig gebruik van stoffen. Toch kan uit nieuw onderzoek blijken dat een stof gevaarlijker is dan eerder gedacht, of dat bestaande stoffen op een andere manier schadelijk zijn. Daarom verzamelt het RIVM informatie uit verschillende bronnen, zoals wetenschappelijke artikelen en meldingen van artsen. Daarnaast neemt het RIVM ook deel aan internationale samenwerkingsverbanden waarin nieuwe risico's worden gesignaleerd, zoals Modernet. Als blijkt dat een stof mogelijk gevaarlijk is voor werkers, kijkt het RIVM samen met ministeries en inspecties welke stappen nodig zijn om de risico's te beheersen.
Geavanceerde (nano)materialen
Op het gebied van geavanceerde (nano)materialen doet het RIVM aan signaleren en informeren, adviseren en onderzoeken. Meer informatie is te vinden op de Veilig werken met geavanceerde (nano)materialen | RIVM pagina.
Biociden en gewasbescherming
Het RIVM biedt inhoudelijke ondersteuning aan het Ctgb (Board for the Authorisation of Plant Protection Products and Biocides) en ministerie van SZW (Sociale zaken en werkgelegenheid) op actuele vragen over risico's bij het professioneel gebruik van biociden en gewasbeschermingsmiddelen. Deze stoffen vallen onder de verzamelnaam bestrijdingsmiddelen. Dit doet het RIVM door relevante ontwikkelingen op het gebied van biociden en gewasbeschermingsmiddelen te signaleren. De signalen komen zowel uit nationale als internationale kaders. Het RIVM werkt daarbij samen met organisaties als het Ctgb, WHO (World Health Organization ), OECD (Organisation for Economic Co-operation and Development), EFSA (Europese Voedselveiligheidsautoriteit) en ECHA (European Chemicals Agency). Ook werkt het RIVM samen met het Ctgb aan de beoordeling van werkzame stoffen in het EU (Europese Unie)-kader van biociden en gewasbeschermingsmiddelen. Over de signalen en beoordelingen geeft het RIVM advies aan het ministerie van SZW.
Bureau Lexces
Bureau Lexces
Het Lexces samenwerkingsverband en onderzoeksprogramma wordt gecoördineerd en ondersteund door Bureau Lexces, dat is ondergebracht bij het RIVM. Daarnaast coördineert en geeft het Bureau ondersteuning aan de onafhankelijke Adviescommissie Lijst Beroepsziekten. Deze commissie adviseert SZW (Sociale zaken en werkgelegenheid) over de opname van nieuwe stoffengerelateerde beroepsziekten in de TSB. De Adviescommissie stelt ook protocollen op waarmee het Deskundigenpanel kan beoordelen of sprake is van een beroepsziekte uit de TSB.
Het Bureau heeft daarnaast taken bij de uitvoering van de SZW-regeling Tegemoetkoming Stoffengerelateerde Beroepsziekten. Bureau Lexces faciliteert en ondersteunt het onafhankelijke Deskundigenpanel. (TSB).
TSB
Per 1 januari 2023 is de regeling Tegemoetkoming Stoffengerelateerde Beroepsziekten (TSB) ingegaan. Via deze regeling kunnen (ex)werkenden met een bepaalde beroepsziekte een eenmalige financiële tegemoetkoming aanvragen. Een onafhankelijk Deskundigenpanel, bestaande uit artsen, medisch specialisten of arbeidshygiënisten, oordeelt of sprake is van een beroepsziekte die is opgenomen in de TSB.
Het Bureau Lexces is één van de ketenpartners die de TSB uitvoeren. Naast Bureau Lexces zijn SZW, SVB en ISBG ook ketenpartners. Bureau Lexces legt medische informatie en informatie over de arbeidshistorie van de aanvrager ter beoordeling voor aan het Deskundigenpanel. Voor de uitvoer van deze taken is binnen bureau Lexces een wetenschappelijk secretariaat ingericht dat het Deskundigenpanel administratief en inhoudelijk ondersteunt.
Bureau Lexces bereidt elke aanvraag gestandaardiseerd en gestructureerd voor, controleert de volledigheid van de medische informatie en kent (indien relevant) beroepscodes toe aan de arbeidshistorie van de aanvrager. Ook faciliteert en begeleidt Bureau Lexces de vergaderingen van het Deskundigenpanel, legt het paneloordeel schriftelijk vast en koppelt dit terug aan de andere ketenpartners. Bureau Lexces evalueert jaarlijks de eigen rol in de uitvoer van de regeling en geeft (indien relevant) signalen over de uitvoer van de regeling af aan de ketenpartners.
Lexces onderzoeksprogramma
Het Lexces is het Landelijk Expertisecentrum voor Stoffengerelateerde beroepsziekten. Het is een samenwerkingsverband van vijf Nederlandse kennisinstellingen, waaronder het RIVM. Het is een kennisnetwerk dat onderzoek doet op het gebied van voorkomen en beperken van beroepsziekten die worden veroorzaakt door blootstelling aan gevaarlijke stoffen op het werk. Het onderzoek is gericht op primaire, secundaire en tertiaire preventie. De missie en doelen van het Lexces en het volledige onderzoeksprogramma is te vinden op de Lexces-website.