Om meer inzicht krijgen in de algemene gezondheid van jongeren tijdens en na de coronaperiode, kregen zij vragen over hoe zij hun gezondheid ervaren en hoeveel vertrouwen ze hebben in de toekomst. In september 2023 was er een afname in het percentage jongeren dat hun gezondheid als goed ervaart. Vertrouwen in de toekomst blijft ongeveer gelijk. Naast corona spelen er ook andere dingen die invloed hebben op ervaren gezondheid en vertrouwen in de toekomst. Deze resultaten van het 9e kwartaalonderzoek zijn onderdeel van het Gezondheidsonderzoek COVID-19.
Afname in goed ervaren gezondheid
Deze 9e meting laat zien dat het grootste deel van de jongeren (84%) de gezondheid als (zeer) goed ervaart. Het aandeel jongeren dat zich gezond voelt, schommelde licht in de afgelopen 1,5 jaar (zie grafiek). Van de jongeren gaf 14% aan dat het ‘wel gaat’ en 2% vond hun gezondheid (zeer) slecht.
Meestal beoordelen jongeren met vertrouwen in de toekomst hun gezondheid als (zeer) goed. Andersom hangt stress door eigen problemen samen met een slechtere ervaren gezondheid. Dat geldt ook voor jongeren die zich heel eenzaam voelen en jongeren met mentale klachten. Meestal ervaren jongeren hun gezondheid ook als slechter als ze vaak last hebben van de volgende lichamelijke klachten: moeheid, buikpijn, spierpijn, hoofdpijn, hoesten en geheugen- of concentratieproblemen.
Bijna de helft heeft vertrouwen in de toekomst
In september 2023 had 47% van de jongeren (veel) vertrouwen in de toekomst (zie grafiek). Daarnaast had 42% een matig tot redelijk vertrouwen en 11% weinig tot geen vertrouwen in de toekomst.
Kijken we naar alle gegevens, dan blijkt dat vooral jongeren met mentale klachten en een slecht ervaren gezondheid minder vertrouwen hebben in de toekomst. Ook jongeren met stress door eigen problemen en overige zaken hebben minder snel vertrouwen in de toekomst.