Jaarlijks meet het RIVM de concentraties nutriënten in grond- en oppervlaktewater op de landbouwbedrijven in het LMM (Landelijk Meetnet effecten Mestbeleid). De concentraties aan nutriënten (met name stikstof- en fosfor) zijn belangrijke criteria bij de beoordeling van de waterkwaliteit. De resultaten voor 2020 worden op deze pagina weergegeven.
Inleiding
Het gebruik van mest of kunstmest op het land heeft invloed op de nutriëntenconcentraties in grond- en oppervlaktewater. Nutriënten die niet door gewassen worden opgenomen kunnen uitspoelen naar het grond- en oppervlaktewater. Verhoogde concentraties leiden tot negatieve effecten, zoals algenbloei en vermindering van biodiversiteit. De hoeveelheid mest die op een agrarisch bedrijf mag worden gebruikt, hangt nauw samen met het bedrijfstype en het landgebruik.
Maar niet alleen de hoeveelheid mest is bepalend voor de waterkwaliteit. De grondsoort en de grondwaterstanden hebben ook invloed op de mate waarin nutriënten uit de mest via de bodem uitspoelen naar grond- en oppervlaktewater. Daarnaast is het gewas een belangrijke factor: meerjarig grasland is bijvoorbeeld minder uitspoelingsgevoelig dan andere teelten die vaker gewisseld worden. Ook groeicondities tijdens het jaar (bijvoorbeeld neerslag, temperatuur en hoeveelheid zonneschijn) spelen een rol in de mate waarin voedingsstoffen worden opgenomen door gewassen.
Meetperiode
Op deze pagina’s rapporteren we de waterkwaliteit van 2020. Voor het meetjaar 2020 is de waterkwaliteit onderzocht in de periode oktober 2019 tot begin maart 2021. De gemonitorde waterkwaliteit is gerelateerd aan de landbouwpraktijk van 2019, die met een vertraging doorwerkt op de waterkwaliteit. In de Kleiregio, Veenregio en het programma Zand-Winter vond de bemonstering plaats in het winterhalfjaar van oktober 2019 tot april 2020. In de programma’s Zand-Zomer en Zomersloten werd bemonsterd in de maanden april 2020 tot en met september 2020. De Lössregio werd bemonsterd van oktober 2020 tot eind februari 2021. Zie ook het bemonsteringsschema.
In meetjaar 2020 zijn op 414 bedrijven waterkwaliteitsgegevens verzameld voor het LMM (Landelijk Meetnet effecten Mestbeleid) waarover gerapporteerd wordt in deze Basismeetnetrapportage. Dat zijn 9 bedrijven meer dan in 2019 (405).
Databehandeling
De waterkwaliteitsgegevens van meetjaar 2020 zijn volgens bepaalde criteria geaggregeerd naar bedrijfstypegemiddelden en gemiddelden per grondsoortregio. Deze gemiddelden zijn voor nitraat in uitspoelend water getoetst aan de EU (Europese Unie)-norm van 50 mg nitraat per liter. De meetresultaten worden areaal-gewogen gepresenteerd.
Resultaten
Gemiddelde waterkwaliteit per grondsoortregio
Tabel 1. Gemiddelde concentratie aan nutriënten en aantal bemonsterde bedrijven per grondsoortregio in 2020.
Kleiregio | Lössregio | Veenregio | Zandregio | |
---|---|---|---|---|
Uitspoelend water | ||||
Nitraat mg NO3/l | 45 | 97 | 11 | 67 |
Fosfor mg P/l | 0,15 | < dg | 0,35 | 0,12 |
% norm* voor Nitraat | 68 | 29 | 96 | 48 |
Aantal bedrijven | 97 | 50 | 52 | 215 |
Slootwater | ||||
Stikstof mg N/l winter | 7,1 | - | 5,0 | 12 |
Stikstof mg N/l zomer | 2,2 | - | 2,1 | 3,3 |
Fosfor mg P/l winter** | 0,18 | - | 0,20 | 0,15 |
Fosfor mg P/l zomer** | 0,72 | - | 0,23 | 0,18 |
Aantal bedrijven in de winter/zomer | 97/93 | -/- | 52/50 | 56/42 |
* Percentage bedrijven waar de gemiddelde concentratie voldoet aan de EU-norm voor nitraat.
** Als opgelost P-totaal.
< dg Lager dan de detectiegrens voor fosfor van 0,05 mg P/l.
Niet bij ieder bedrijf komen sloten voor. Sommige sloten staan droog in de zomer. Hierdoor ligt het aantal bemonsterde bedrijven in de winter hoger dan in de zomer. In de Lössregio komen weinig sloten op landbouwbedrijven voor, daarom zijn hier geen monsters genomen.
Mate waarin de kwaliteit van het uitspoelingswater aan de EU-norm voldoet
Figuur 1. Percentage bedrijven per grondsoortregio, waarvan de gemiddelde waterkwaliteit in het uitspoelingswater voldoet aan de EU-norm van 50mg NO3/l.
In de Veenregio voldoet in 2020 96% van de bedrijven aan de EU-norm van 50 mg nitraat per liter. In de Kleiregio is het aandeel bedrijven dat voldoet weer wat toegenomen van 58 naar 68% ten opzichte van 2019. In 2020 is het aandeel bedrijven in de Zand- en Lössregio dat aan de EU-nitraatnorm van 50 mg/l voldoet, verder gedaald ten opzichte van 2019. In de Zandregio voldoet de nitraatconcentratie in het uitspoelend water in 2020 op minder dan de helft (48%) van de bedrijven aan de EU-norm. In de Lössregio ten slotte is dit aandeel bedrijven nu 29%, dat is vergelijkbaar met 2019 (28%).
De nitraatconcentratie in het uitspoelingswater wordt voor een groot deel bepaald door de grondsoort en de daaraan gekoppelde waterhuishouding in een gebied. Deze combinatie bepaalt mede de mate waarin nitraat kan worden afgebroken (denitrificatie). Zo is de droogte van de afgelopen jaren van grote invloed op de landbouwpraktijk. In sommige regio’s herstelde de grondwaterstand zich nog nauwelijks na het uitzonderlijk droge jaar van 2018.
Externe factoren van invloed, op waterkwaliteit en uitvoering bemonstering
Volgens het KNMI (Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut) was 2020, samen met 2014 het warmste jaar sinds 1901, het jaar waarin werd begonnen met structurele waarnemingen. 2020 was daarnaast ook een zeer zonnig jaar: de derde plaats qua aantal zonuren sinds 1901. Qua neerslag was 2020 droger dan normaal en na de zeer droge jaren 2018 en 2019 opnieuw een jaar met regionaal neerslagtekort, vooral in het zuiden en zuidoosten van het land. Aan de westkust viel juist meer regen dan normaal en was het vrij nat (Bron: KNMI Klimatologie, Jaaroverzicht van het weer in Nederland 2020).
Uitvoering veldwerk
Door de vrij zachte maar natte winter konden de drainbemonsteringen normaal uitgevoerd worden. In de zomer werden tijdens de slootbemonsteringen sloten zo nu en dan droog aangetroffen. De zomerbemonsteringen van het grondwater in de Zandregio werden van april tot september uitgevoerd. Grondwaterstanden waren regionaal dieper dan gangbaar, waardoor het veldwerk arbeidsintensiever was. De bemonstering van het Lössprogramma liep door het zachte weer volgens verwachting.
Gemiddelde waterkwaliteit per grondsoortregio en bedrijfstype
Kleiregio
Tabel 2. Overzichtstabel met de resultaten van de waterkwaliteit in de Kleiregio in 2020.
Melkvee | Akkerbouw | Dierbedrijven | |
---|---|---|---|
Uitspoelend water | |||
Nitraat mg NO3/l | 38 | 61 | 30 |
Fosfor mg P/l | 0,19 | 0,11 | 0,13 |
Aantal bedrijven | 53 | 31 | 13 |
Slootwater (zomer) | |||
Stikstof mg N/l | 2,2 | 2,7 | 1,0 |
Fosfor mg P/l | 0,71 | 0,80 | 0,34 |
Aantal bedrijven | 51 | 30 | 12 |
Slootwater (winter) | |||
Stikstof mg N/l | 4,7 | 10 | 5,6 |
Fosfor mg P/l | 0,23 | 0,09 | 0,17 |
Aantal bedrijven | 53 | 31 | 13 |
Lössregio
Tabel 3. Overzichtstabel met de resultaten van de waterkwaliteit in de Lössregio in 2020*.
Melkvee | Akkerbouw | Dierbedrijven | |
---|---|---|---|
Uitspoelend water | |||
Nitraat mg NO3/l | 53 | 151 | geen data |
Fosfor mg P/l | < dg | < dg | geen data |
Aantal bedrijven | 21 | 21 | 8 |
* Slootbemonstering vindt niet plaats in de Lössregio.
< dg Lager dan de detectiegrens
Geen data: onvoldoende bedrijven (<10) om gemiddelde te kunnen tonen.
Veenregio
Tabel 4. Overzichtstabel met de resultaten van de waterkwaliteit in de Veenregio in 2020.
Melkvee | |
---|---|
Uitspoelend water | |
Nitraat mg NO3/l | 11 |
Fosfor mg P/l | 0,35 |
Aantal bedrijven | 52 |
Slootwater (zomer) | |
Stikstof mg N/l | 2,1 |
Fosfor mg P/l | 0,23 |
Aantal bedrijven | 50 |
Slootwater (winter) | |
Stikstof mg N/l | 5,0 |
Fosfor mg P/l | 0,20 |
Aantal bedrijven | 52 |
Zandregio
Tabel 5. Overzichtstabel met de resultaten van de waterkwaliteit in de Zandregio in 2020.
Melkvee | Akkerbouw | Dierbedrijven | |
---|---|---|---|
Uitspoelend water | |||
Nitraat mg NO3/l | 60 | 76 | 102 |
Fosfor mg P/l | 0,12 | 0,06 | 0,12 |
Aantal bedrijven | 143 | 40 | 32 |
Slootwater (zomer) | |||
Stikstof mg N/l | 3,1 | 2,9 | -* |
Fosfor mg P/l | 0,15 | 0,07 | -* |
Aantal bedrijven | 20 | 15 | 7 |
Slootwater (winter) | |||
Stikstof mg N/l | 11 | 10 | -* |
Fosfor mg P/l | 0,23 | 0,07 | -* |
Aantal bedrijven | 29 | 19 | 8 |
* Voor bedrijfscategorie 'Dierbedrijven' zijn onvoldoende bedrijven met sloten (<10) om een gemiddelde te tonen.
Waterkwaliteit per watertype: gemiddelde, mediaan en norm
Nitraat in uitspoelend water
Figuur 2. Spreiding van bedrijfsgemiddelde nitraatconcentraties in het uitspoelend water, per regio, zonder onderscheid naar bedrijfstype in 2020. Uitleg boxplot.
De nitraatconcentratie in het uitspoelend water is verder toegenomen in de Zandregio en de Lössregio in 2020. Zowel in de Lössregio (97 mg/l) als in de Zandregio (67 mg/l) overschrijdt de gemiddelde nitraatconcentratie de norm, net als het voorgaande jaar. De spreiding in de bedrijfsgemiddelde nitraatconcentratie van het uitspoelend water is ook het grootst in de genoemde Löss- en Zandregio’s. Alleen de gemiddelden in de Veenregio en in de Kleiregio namen in 2020 af, in de Kleiregio van 49 naar 43 mg/l en in de Veenregio van 15 naar 11 mg/l. Hiermee blijven deze beide regio’s in 2020 onder de EU (Europese Unie)-norm.
Tabel 6. Nitraatconcentratie (mg/l) in uitspoelingswater in meetjaar 2020: gemiddelde, mediaan en percentage bedrijven waar gemiddelde nitraatconcentratie voldoet (≤) aan de EU-norm van 50 mg/l.
Grondsoortregio |
Bedrijfstype | gemiddeld (mg/l) | mediaan (mg/l) | % bedrijven ≤ norm |
---|---|---|---|---|
Klei |
Akkerbouw | 61 | 54 | 46 |
Melkvee | 38 | 28 | 73 | |
Dierbedrijven | 30 | 26 | 83 | |
Gewogen gemiddelde | 45 | 33 | 68 | |
Löss | Akkerbouw | 151 | 101 | 9 |
Melkvee | 53 | 55 | 43 | |
Dierbedrijven * | geen data | geen data | geen data | |
Gewogen gemiddelde | 97 | 73 | 29 | |
Veen | Melkvee | 11 | 3,1 | 96 |
Zand | Akkerbouw | 76 | 66 | 38 |
Melkvee | 60 | 47 | 53 | |
Dierbedrijven | 102 | 103 | 21 | |
Gewogen gemiddelde | 67 | 52 | 48 |
* Voor dit bedrijfstype zijn onvoldoende bedrijven (<10) bemonsterd om een gemiddelde te kunnen geven. Deze bedrijven worden wel meegenomen in het gewogen gemiddelde.
Op 29 procent van de bedrijven in de Lössregio is de gemiddelde nitraatconcentratie onder de EU-norm van 50 mg/l. In de Zandregio is het aandeel bedrijven waar de waterkwaliteit aan deze norm voldoet, verder gedaald van 54% in 2019 naar 48%. In de Kleiregio is het aandeel bedrijven dat aan de EU-norm voldoet, juist weer wat toegenomen naar 68%, dit was 58% in 2019. In de Veenregio voldoen altijd de meeste bedrijven (96% in 2020) aan de EU-norm, iets meer dan voorgaand jaar (90%).
Bij het bedrijfstype Akkerbouw komen in elke regio hoge gemiddelde concentraties voor. Vooral in de Lössregio zijn de nitraatwaarden gestegen. Hier voldoet daardoor ook maar 9% van de bedrijven aan de norm van 50 mg/l. Alleen in de Zandregio zijn de hoogste waarden niet bij Akkerbouw maar bij de Dierbedrijven te vinden met 102 mg nitraat per liter.
De gemiddelde nitraatconcentratie in de Veenregio is weliswaar veel lager dan in de andere regio’s, maar de totale hoeveelheid stikstof in het uitspoelingswater is vergelijkbaar met die van de Kleiregio (gegevens totaal stikstof zijn niet vermeld, ga hiervoor naar Zelf data selecteren uit het Basismeetnet. In de Veenregio is een groot deel van de stikstof aanwezig als ammonium en/of organisch gebonden stikstof.
Kleiregio
Figuur 3. Spreiding van bedrijfsgemiddelde nitraatconcentraties in het uitspoelend water, per bedrijfstype in de Kleiregio in 2020. uitleg boxplot
Lössregio
Figuur 4. Spreiding van bedrijfsgemiddelde nitraatconcentraties in het uitspoelend water in de Lössregio, per bedrijfstype in 2020. Voor bedrijfstype ‘Dierbedrijf’ zijn onvoldoende (<10) bedrijven om de data te tonen. uitleg boxplot
Veenregio
Figuur 5. Spreiding van bedrijfsgemiddelde nitraatconcentratie in het uitspoelend water in de Veenregio in 2020. In de Veenregio bevinden zich in het Basismeetnet alleen melkveebedrijven. uitleg boxplot
Zandregio
Figuur 6. Spreiding van bedrijfsgemiddelde nitraatconcentraties in het uitspoelend water, per bedrijfstype in de Zandregio in 2020. uitleg boxplot
Fosfor in uitspoelend water
Tabel 7. Opgelost fosforconcentratie (mg P/l) in uitspoelingswater in meetjaar 2020: gemiddelde, mediaan en percentage bedrijven waar de gemiddelde concentratie voldoet aan de gehanteerde norm (in de Klei- en Veenregio 6,9 mg P/l; in de Zand- en Lössregio 2,0 mg P/l).
Grondsoortregio |
Bedrijfstype | Gemiddelde (mg/l ) | Mediaan (mg/l) | % bedrijven ≤ streefwaarde |
---|---|---|---|---|
Klei | Akkerbouw | 0,09 | 0,09 | 100 |
Melkvee | 0,23 | 0,18 | 100 | |
Dierbedrijven | 0,17 | 0,10 | 100 | |
Gewogen gemiddelde | 0,18 | 0,12 | 100 | |
Löss | Akkerbouw | < dg | < dg | 100 |
Melkvee | < dg | < dg | 100 | |
Dierbedrijven | geen data | geen data | geen data | |
Gewogen gemiddelde | < dg | < dg | 100 | |
Veen | Melkvee | 0,23 | 0,17 | 100 |
Zand | Akkerbouw | 0,06 | < dg | 100 |
Melkvee | 0,12 | 0,05 | 99 | |
Dierbedrijven | 0,12 | < dg | 100 | |
Gewogen gemiddelde | 0,12 | < dg | 100 |
< dg = Lager dan de detectiegrens (0,05 mg P/l).
* Onvoldoende bedrijven (<10) gemeten om data weer te geven.
Figuur 7. Spreiding van bedrijfsgemiddelde opgelost fosforconcentraties in het uitspoelend water, per regio in 2020, zonder onderscheid naar bedrijfstype. Uitleg boxplot
De bedrijven in de Lössregio hebben de laagste concentraties aan opgelost fosfor. Ook in de Zandregio zijn deze gehaltes erg laag. Dit heeft te maken met de samenstelling van de bodems, waarin meestal weinig organische stof voorkomt. Mogelijk dat de ontwatering ook een rol speelt, waardoor zuurstofrijke omstandigheden ontstaan. Fosfaat slaat dan makkelijk neer. In de Lössregio zijn bij vrijwel alle bedrijven (99% of meer), de analyseresultaten voor de opgelost fosforconcentraties lager dan de vastgestelde detectielimiet (0,05 mg P/l).
Voor de Zand- en Lössregio geldt de KRW (Kaderrichtlijn Water)-streefwaarde van 2,0 mg P/l in het grondwater. In de Zandregio voldoet het merendeel van de bedrijven aan deze waarde. Voor de Klei- en Veenregio is de KRW-norm 6,9 mg P/l. Alle bedrijfsgemiddelden voldoen hieraan.
Kleiregio
Figuur 8. Spreiding van bedrijfsgemiddelde opgelost fosforconcentraties in het uitspoelend water per bedrijfstype in de Kleiregio in 2020. uitleg boxplot
In de Kleiregio zijn de concentraties gemiddeld het laagst bij het bedrijfstype ‘Akkerbouw’. Alle bedrijven in de drie vertegenwoordigde bedrijfstypen voldoen aan de KRW-streefwaarde van 6,9 mg P/l. De verschillen in gehalten tussen deze bedrijfstypen worden waarschijnlijk voor een groot gedeelte bepaald door verschillen in bodemgesteldheid, bodemgebruik en ontwatering. Zie RIVM rapport 680717024A voor verdere achtergrondinformatie hierover.
In de Lössregio zijn de aangetroffen concentraties dermate laag, dat deze leiden tot gemiddelden die onder de hiervoor gehanteerde detectiegrens uitkomen. Daarom worden voor deze waarden geen boxplots getoond.
Lössregio
In de Lössregio zijn de aangetroffen concentraties dermate laag, dat deze leiden tot gemiddelden die onder de hiervoor gehanteerde detectiegrens uitkomen. Daarom worden voor deze waarden geen boxplots getoond.
Veenregio
Figuur 9. Spreiding van de bedrijfsgemiddelde opgelost fosforconcentratie in het uitspoelend water voor melkvee, het enige bemonsterde bedrijfstype in de Veenregio in 2020. uitleg boxplot
Alle deelnemende bedrijven in de Veenregio voldoen aan de gehanteerde KRW-norm van 6,9 mg P/l.
Zandregio
Figuur 10. Spreiding van bedrijfsgemiddelde opgelost fosforconcentraties in het uitspoelend water per bedrijfstype in de Zandregio in 2020. uitleg boxplot
In de Zandregio vinden we de laagste concentraties bij het bedrijfstype Akkerbouw, maar de gemiddelde fosforconcentratie op de bedrijfstypen Melkvee en Dierbedrijven zijn nauwelijks hoger. De mediane waarden liggen in deze regio lager dan de gemiddelde waarden. Dit wijst op het voorkomen van een aantal bedrijven met hogere waarden die sterk van invloed zijn op het gemiddelde. (zie ook berekening waterkwaliteit). Over het geheel voldoen vrijwel alle bedrijven aan de streefwaarde van 2,0 mg P/l. Ook ligt voor elk van de bedrijfstypen voor minimaal 49% van de deelnemers het gemiddelde onder de detectielimiet van 0,05 mg P/l.
Stikstof in slootwater
Tabel 8. Opgelost stikstofconcentratie (mg N/l) in slootwater in meetjaar 2020: gemiddelde en mediane waarde.
Regio & bedrijfstype |
Winterseizoen | Zomerseizoen | ||
---|---|---|---|---|
Gemiddelde | Mediaan | Gemiddelde | Mediaan | |
Klei | ||||
Akkerbouw | 10 | 9,9 | 2,7 | 2,4 |
Melkvee | 4,7 | 4,1 | 2,2 | 1,9 |
Dierbedrijven | 5,6 | 2,7 | 1,0 | 1,1 |
Gewogen gemiddelde | 7,1 | 5,2 | 2,2 | 3,0 |
Veen | ||||
Melkvee | 5,9 | 4,7 | 2,1 | 1,8 |
Zand | ||||
Akkerbouw | 10 | 8,5 | 2,9 | 2,6 |
Melkvee | 11 | 8,4 | 3,1 | 1,9 |
Dierbedrijven* | - | - | - | - |
Gewogen gemiddelde | 12 | 9,0 | 3,3 | 2,3 |
* In 2020 waren er te weinig bedrijven (<10) om de data voor dit bedrijfstype weer te geven. Als er wel bedrijven zijn, dan worden deze wel meegenomen in het gewogen gemiddelde.
De stikstofconcentratie in het slootwater is in de zomer gemiddeld lager dan in de winter. Dit komt omdat stikstof in de zomer grotendeels opgenomen wordt door algen en (water-)planten. De Zandregio heeft de hoogste gemiddelde stikstofconcentratie in het slootwater en dit komt overeen met de hogere stikstofconcentraties in het uitspoelingswater. Op de bedrijven in de Lössregio komen nauwelijks sloten voor. Van de bemonsterde bedrijfstypes heeft Akkerbouw vaak de hoogste stikstofconcentratie. Een reden hiervoor is dat Akkerbouwbedrijven door gewasinzaai en teeltrotaties te maken hebben met een wisselende bodembedekking. Hierdoor is de opname van nutriënten niet altijd optimaal in relatie tot de toediening. Als het gewas ontbreekt of nog niet volgroeid is, vindt er meer uit- en afspoeling plaats naar het oppervlaktewater. Dit laatste geldt ook voor gras/maiswisselingen.
Figuur 11. Spreiding van bedrijfsgemiddelde opgelost stikstofconcentraties in het slootwater, per regio in 2020, zonder onderscheid naar bedrijfstype, winter- en zomerseizoen. Uitleg boxplots
Kleiregio
Figuur 12. Spreiding van bedrijfsgemiddelde opgeloste stikstofconcentraties in het slootwater van de Kleiregio in 2020, winter- en zomerseizoen. Uitleg boxplot.
Veenregio
Figuur 13. Spreiding van bedrijfsgemiddelde opgeloste stikstofconcentraties in het slootwater van de Veenregio in 2020, winter- en zomerseizoen. uitleg boxplot
Zandregio
Figuur 14. Spreiding van bedrijfsgemiddelde opgeloste stikstofconcentraties in het slootwater van de Zandregio in 2020, winter- en zomerseizoen. uitleg boxplot
Fosfor in slootwater
Tabel 9.Gemiddelde en mediane opgelost fosforconcentratie (mg P/l) in het slootwater in meetjaar 2020.
Regio & bedrijfstype |
Winterseizoen | Zomerseizoen | ||
---|---|---|---|---|
Gemiddelde | Mediaan | Gemiddelde | Mediaan | |
Klei | ||||
Akkerbouw | 0,09 | 0,09 | 0,80 | 0,46 |
Melkvee | 0,23 | 0,18 | 0,71 | 0,60 |
Dierbedrijven | 0,17 | 0,10 | 0,34 | 0,21 |
Gewogen gemiddelde | 0,18 | 0,14 | 0,72 | 0,50 |
Veen | ||||
Melkvee | 0,20 | 0,14 | 0,23 | 0,17 |
Zand | ||||
Akkerbouw | 0,07 | 0,06 | 0,07 | 0,06 |
Melkvee | 0,23 | 0,09 | 0,15 | 0,08 |
Dierbedrijven* | - | - | - | - |
Gewogen gemiddelde | 0,15 | 0,07 | 0,18 | 0,07 |
*In 2020 waren er te weinig bedrijven (<10) om de data voor dit bedrijfstype weer te geven. Deze bedrijven worden wel meegenomen in het gewogen gemiddelde.
< dg = Lager dan de detectiegrens (0,05 mg P/l).
In tegenstelling tot nitraat, zijn de fosforconcentraties in de zomerperiode juist hoger dan in de winterperiode. Dit heeft te maken met temperatuursinvloeden en evenwichtsreacties. Fosfor bindt sterk aan ijzer en zal dan neerslaan als slib, maar onder zuurstofarme condities in de zomer komt dit weer vrij en daardoor kan de fosforconcentratie in de sloten stijgen. Dit verschil tussen de seizoenen is vooral in de Kleiregio groot.
Figuur 15. Spreiding van bedrijfsgemiddelde opgelost fosforconcentraties in het slootwater per regio in 2020, zonder onderscheid voor het bedrijfstype in winter- en zomerseizoen. uitleg boxplot
Kleiregio
Figuur 16. Spreiding van bedrijfsgemiddelde opgelost fosforconcentraties in het slootwater, per bedrijfstype in de Kleiregio in 2020. uitleg boxplot
Veenregio
Figuur 17. Spreiding van bedrijfsgemiddelde opgelost fosforconcentraties in het slootwater, voor het enige bedrijfstype in de Veenregio. uitleg boxplot
Zandregio
Figuur 18. Spreiding van bedrijfsgemiddelde opgelost fosforconcentraties in het slootwater, per bedrijfstype in de Zandregio in 2020. uitleg boxplot
Uitleg gebruik van boxplots
Referentie van deze webpagina
RIVM (2022). Waterkwaliteit 2020 (versie 5 juli 2024). www.rivm.nl/landelijk-meetnet-effecten-mestbeleid/onderzoeksresultaten/waterkwaliteit-2020. Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, Bilthoven.