Het RIVM doet onderzoek naar de mogelijke relatie tussen het gebruik van bestrijdingsmiddelen en de ziekte van Parkinson. Dit doet het RIVM omdat er in de samenleving veel zorgen over zijn. Hieronder vindt u informatie over het onderzoek SPARK (Strategies for regulatory assessment of Parkinson’s disease). 

Aanleiding voor het onderzoek

In 2021 concludeerde het RIVM op basis van onderzoek dat er mogelijk een verband is tussen de blootstelling aan bestrijdingsmiddelen en het ontstaan van neurodegeneratieve ziekten, zoals Parkinson. Parkinson ontstaat doordat er bepaalde cellen van het zenuwstelsel in de loop van de jaren afsterven.

De Europese Verordening bestrijdingsmiddelen stelt dat een middel pas op de markt mag komen als het veilig is voor mens, dier en milieu. Het RIVM heeft uit onderzoek geconcludeerd dat er op basis van de huidige toelatingseisen niet goed kan worden vastgesteld of er een relatie is tussen bestrijdingsmiddelen en Parkinson. Dit betekent dat de huidige toelatingseisen niet in staat zijn om neurodegeneratieve effecten op te sporen. Het is daarom belangrijk om de testmethodes en huidige toelatingseisen voor bestrijdingsmiddelen te verbeteren. De uitvoering van het SPARK-onderzoek geschiedt in opdracht van het Ministerie van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur (LVVN) en het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS).

Wat is het doel van het SPARK-onderzoek?

Het SPARK-onderzoek heeft als doel testmethodes te ontwikkelen, om de mogelijke relatie tussen bestrijdingsmiddelen en de ziekte van Parkinson te kunnen onderzoeken. Uit het onderzoek komen aanbevelingen over welke testmethodes hier geschikt voor zijn. We zullen aanbevelingen voor zowel de korte als de lange termijn doen. Voor de korte termijn gaat het om aanbevelingen voor het aanpassen van de huidige vereiste dierproeven. Voor de lange termijn gaat het om  aanbevelingen voor het opstellen van een teststrategie met nieuwe, zo veel mogelijk proefdiervrije methoden. 

Wat gebeurt er met de resultaten van SPARK?

De resultaten van en aanbevelingen uit het onderzoek worden gepubliceerd in wetenschappelijke tijdschriften en in één of meerdere rapporten. De voortgang van het project wordt elk half jaar teruggekoppeld in een openbaar beschikbare rapportage (zie Meer Lezen onderaan de pagina).

De resultaten kunnen toegepast worden door nationale en internationale overheden en door relevante instanties die betrokken zijn bij het opstellen van testrichtlijnen en bij de toelating van bestrijdingsmiddelen binnen de EU Europese Unie (Europese Unie) (Europese Unie). Ook kunnen ze worden gebruikt voor de ontwikkeling van testmethodes om ook een mogelijke relatie tussen andere chemische stoffen en de ziekte van Parkinson te onderzoeken.

Uitvoering van het onderzoek

Het SPARK-project onderzoekt op twee manieren hoe de mogelijke effecten van actieve stoffen in bestrijdingsmiddelen op de ziekte van Parkinson kunnen worden vastgesteld. 

De eerste manier is via aanpassing van de huidige, door de wet verplichte proefdierstudies voor veiligheidsbeoordeling. In het onderzoek wordt gekeken of uit deze dierstudie extra informatie kan worden verkregen om te voorspellen of een chemische stof Parkinson kan veroorzaken. Hiervoor laat het RIVM een dierproef uitvoeren bij een externe partij die gespecialiseerd is in het uitvoeren van dierproeven voor de veiligheidsbeoordeling van chemische stoffen.

De tweede manier is via het ontwikkelen van een combinatie van vernieuwende, zoveel mogelijk proefdiervrije testmethodes. Dit zijn bijvoorbeeld computermodellen en celkweken. De testmethodes moeten in staat zijn om betrouwbaar te voorspellen of een chemische stof Parkinson zou kunnen veroorzaken in de mens. Beide manieren dragen bij aan de vervanging, vermindering en verfijning van dierproeven.

De betrouwbaarheid van beide manieren zal worden getest met een aantal chemische stoffen, inclusief bestrijdingsmiddelen. Het is de bedoeling dat met deze testmethodes zowel voor bestaande (toegelaten) als voor nieuwe bestrijdingsmiddelen onderzocht kan worden of ze bijdragen aan het optreden van de ziekte van Parkinson. En zo ja, op welke manier dan precies. Deze informatie kan dan gebruikt worden voor besluitvorming over toelating van deze chemische stoffen op de markt.

Samenwerking 

Het RIVM wint advies in bij externe experts uit binnen- en buitenland, waaronder neurotoxicologen, pathologen, overheidsinstanties, toelatingsautoriteiten voor bestrijdingsmiddelen en artsen gespecialiseerd in de ziekte van Parkinson. Op dit moment werkt het RIVM aan het samenstellen van een wetenschappelijke adviesraad waar deze experts in samenkomen om advies te geven over de opzet, uitvoering en resultaten van het onderzoek.

Wat is de looptijd van het SPARK-onderzoek?

Het onderzoek is eind 2024 gestart en wordt naar verwachting afgerond in 2029. De planning van het project is onder te verdelen in verschillende fases, zoals het uitvoeren van een literatuurstudie naar beschikbare testmethodes in dieren en proefdiervrije innovaties, het uitvoeren van een dierstudie en opzetten en uitvoeren van testen in nieuwe (proefdiervrije) methodes, verwerking en publicatie van definitieve resultaten en mogelijk uitvoeren van aanvullende studies. Als er tussentijdse resultaten beschikbaar zijn worden deze bekend gemaakt.