Het dagelijks leven van jongeren veranderde sterk tijdens periodes met coronamaatregelen. Daarom vroegen we hen wat ze meemaakten en of ze daar nu nog last van hebben. Op deze pagina bespreken we de resultaten van het 8e kwartaalonderzoek (juni 2023). Dit is onderdeel van het Gezondheidsonderzoek COVID-19.
Minder jongeren vullen in dat ze corona hebben gehad
We vroegen de jongeren welke corona-gerelateerde gebeurtenissen zij meemaakten tijdens de coronaperiode. Van hen heeft 86% 1 of meer corona-gerelateerde gebeurtenissen meegemaakt. Jongeren hebben het vaakst zelf corona gehad (72%), gevolgd voor angst dat iemand anders corona zou krijgen (33%) en een belangrijke gebeurtenis niet kunnen meemaken door het coronavirus of de maatregelen (29%).
Voor de meeste gebeurtenissen geldt dat evenveel jongeren aangeven die te hebben meegemaakt als in de vorige ronde. Alleen zelf corona hebben wordt minder vaak genoemd. In juni 2023 is dit percentage 2% lager dan in maart. Dit kan komen omdat mensen niet meer op corona hoeven te testen bij verkoudheid. Ook kan het dat deelnemers een besmetting van langer geleden zijn vergeten of niet meer relevant vinden om in te vullen.
Minder jongeren hebben nog last van coronabesmetting
Steeds minder jongeren geven aan dat ze nog last hebben van hun coronabesmetting. 10% had nog last van hun coronabesmetting, vergeleken met 29% in maart 2022. Het aantal jongeren dat andere gebeurtenissen meemaakte is kleiner. Daarom kan een klein verschillen in wie de vragenlijst invult al zorgen voor een toename of afname in het percentage jongeren dat nog last heeft van zo’n gebeurtenis.
De grafiek hieronder laat per ronde zien hoeveel procent van de jongeren aangeeft dat ze een bepaalde gebeurtenis meemaakten. De grafiek in het rechtertabblad laat per gebeurtenis zien hoeveel procent daar nog last van had.
Jongeren die aangaven nog last te hebben van een gebeurtenis, kregen extra vragen om vast te stellen of de klachten betekenen dat ze mogelijk een risico hebben tot het ontwikkelen van een posttraumatische stressstoornis (PTSS (Posttraumatische Stressstoornis)). Bij 2,5% van de jongeren was dit het geval. Dat is vergelijkbaar met september en december 2022, maar ligt lager dan de 6% die we zagen in de 2 metingen daarvóór (maart en juni 2022).
Als we rekening houden met alle gemeten factoren, hebben vooral eenzame jongeren een grotere kans op symptomen van PTSS. Hetzelfde geldt voor jongeren zich zorgen maken over dat er mogelijk nieuwe coronamaatregelen zouden komen, jongeren die stress ervaren door de coronaperiode en/of -maatregelen en jongeren met zelfdodingsgedachten. Ook de lichamelijke klacht hoesten hangt samen met de kans op symptomen van PTSS als mensen last hebben van corona-gerelateerde meegemaakte gebeurtenissen.