In Perkpolder (Zeeland) is in het verleden thermisch gereinigde grond (TGG) gebruikt als vulmateriaal bij de aanleg van een dijk. Het RIVM heeft in 2018 al eens onderzoek gedaan naar de mogelijke effecten op mens en milieu in Perkpolder (link). Daaruit bleek dat er  geen directe gezondheidsrisico’s voor de mens zijn door verontreinigingen in het gebruikte materiaal. Omdat er in 2018 een beperkt aantal meetgegevens beschikbaar waren en omdat er nog vragen waren bij omwonenden, is het onderzoek in 2021 herhaald.

Onderzoek 2021

Het onderzoek richtte zich op de effecten voor mens, milieu en landbouw. Sinds het onderzoek van 2018 is er nieuwe informatie beschikbaar gekomen over concentraties in grond- en oppervlaktewater direct onder en naast de dijk. Ook is er gemeten in het zoete grondwater dat wordt gebruikt voor de landbouw. En in het oppervlaktewater benedenstrooms van de dijk, in het Weeltje en richting natuurgebied de Vogel. Dit onderzoek deed het RIVM samen met Wageningen Environmental research. 

In opdracht van Rijkswaterstaat heeft onderzoeksbureau Royal HaskoningDHV (RHDHV) de bodem in moestuinen en van agrarische percelen onderzocht die in de buurt van de dijk liggen. Voor deze meetgegevens heeft het RIVM onderzocht of er risico’s kunnen optreden voor de gezondheid door het eten van gewassen uit eigen tuin. 

Tot slot verkende RHDHV in opdracht van Rijkswaterstaat een aantal maatregelen die genomen kunnen worden om de verspreiding van verontreinigingen naar de omgeving te voorkomen. Het RIVM heeft voor de geselecteerde maatregelen de gevolgen voor de gezondheid en milieu geduid. 

Belevingsonderzoek omwonenden

De aanleg van de dijk heeft geleid tot vragen bij de omwonenden, bestuurders en gebruikers van het gebied, zoals landbouwers en recreanten. Uit een eerdere verkenning bleek dat bewoners aandacht vragen voor de impact van de (geplande) gebiedsontwikkelingen in de regio. Daarom heeft RIVM in 2021 gesproken met bewoners, agrariërs, ondernemers en bestuurders. De meesten maken zich vooral zorgen over langeretermijneffecten op gezondheid en milieu van de verontreinigingen uit de TGG in het oppervlakte- en grondwater. Agrariërs maken zich ook zorgen over mogelijke vervuiling van de zoetwaterbel naast de dijk. Sommige mensen hebben geen zorgen en gaan ervan uit dat het goed wordt opgelost.

Verder blijkt dat de negatieve beeldvorming over de zeedijk en de TGG samenhangt met andere ontwikkelingen in de omgeving. Om de communicatie te verbeteren is het belangrijk dat bewoners zich gehoord voelen, heldere en eerlijke informatie krijgen, en dat zaken die mis zijn gegaan worden erkend.

Resultaten risicoschatting 2021

Het RIVM heeft een beoordeling gedaan van risico’s van verontreinigingen uit de TGG voor gezondheid, milieu en landbouw voor de onderwerpen waarover bewoners zich zorgen maken. Hieruit blijkt dat de aangetroffen concentraties in de bodem, grondwater- en oppervlaktewater te laag zijn om gezondheidseffecten te geven. Dit geldt ook voor de langetermijn. Het is veilig om op de dijk te wandelen en om in het oppervlaktewater te zwemmen. Verder heeft het verwaaien van de TGG tijdens de aanleg van de dijk de bodemkwaliteit van moestuinen en landbouwpercelen niet beïnvloed. Het water uit de zoetwaterbel is geschikt voor landbouwgewassen en vee. 

Tijdens het onderzoek zijn in de omgeving van de dijk ook stoffen aangetroffen die zeer waarschijnlijk niet uit de TGG komen: zouten, PFAS Per- en polyfluoralkylstoffen (Per- en polyfluoralkylstoffen ), arseen en dioxines. Het oppervlakte- en grondwater, direct naast de dijk,  is van nature zout. Daarom wordt nog steeds afgeraden dit water voor de landbouw te gebruiken. Om dezelfde reden en vanwege PFAS en arseen raadt het RIVM af om honden te laten drinken uit de sloot. PFAS, arseen en dioxines geven ook aanleiding om de consumptie van zelfgevangen vis uit dit gebied af te raden. 

Maatregelen

Veel mensen die zijn geïnterviewd, willen het liefst dat de dijk wordt afgegraven. Afgraven geeft hen de zekerheid dat hun zorgen over lange termijn effecten voor gezondheid en milieu worden weggenomen. Daarnaast verwachten zij dat deze oplossing het meeste draagvlak heeft onder omwonenden en de discussie over het onderwerp daarmee afgesloten kan worden. Ook vinden zij dat Rijkswaterstaat de morele plicht heeft om de vervuilde TGG op te ruimen. 

Royal HaskoningDHV heeft mogelijke maatregelen voorgesteld in relatie tot de verontreinigingen in de zeedijk. Het RIVM heeft onderzocht welke effecten deze maatregelen kunnen hebben op gezondheid en milieu. Mocht de dijk worden afgegraven, dan adviseert het RIVM om zo veel mogelijk te voorkomen dat er stof vrijkomt. De effecten van de overige maatregelen zijn naar verwachting beperkt, maar het is nog niet zeker hoeveel metalen er maximaal kunnen vrijkomen.

Deze onderzoeken zijn uitgevoerd in opdracht van Rijkswaterstaat. Rijkswaterstaat kan deze uitkomsten gebruiken om te komen tot een plan van aanpak voor maatregelen in relatie tot de zeedijk.