In Nederland maken ruim een half miljoen mensen gebruik van wijkverpleging. De vraag naar wijkverpleging groeit en zal dat blijven doen. Door de vergrijzing, maar ook omdat ouderen worden gestimuleerd om zo lang mogelijk thuis te blijven wonen. Door de marktwerking is de wijkverpleging sterk versnipperd geraakt en zijn er in een regio veel aanbieders. Van hen is niet altijd duidelijk welke zorg ze leveren en of ze plek hebben voor een nieuwe patiënt. Hierdoor kost het huisartsen, ziekenhuizen, (toekomstige) patiënten en hun naasten veel tijd om de juiste zorg te vinden.

Onderzoek herkenbare en aanspreekbare wijkverpleging

De 7 partijen van het Hoofdlijnenakkoord (HLA) spraken daarom af om de organisaties die wijkverpleging aanbieden, meer te laten samenwerken. Daardoor wordt in een wijk duidelijker bij welke organisaties wijkverpleging te vinden is en welke zorg ze leveren (herkenbaarheid). Ook nemen deze zorgaanbieders de verantwoordelijkheid om de juiste zorg te organiseren. Zij delen die verantwoordelijkheid met de huisarts, het ziekenhuis en het sociale domein bij gemeenten (aanspreekbaarheid). Het RIVM doet, in opdracht van het ministerie van VWS Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport ), onderzoek naar de ontwikkeling van herkenbaarheid en aanspreekbaarheid. Dit onderzoek loopt van 2021 tot en met begin 2024.

In de brief met tussentijdse resultaten (2021) bleek dat er al op verschillende plekken in Nederland lopende of startende samenwerkingsinitiatieven zijn (zie figuur hieronder). Volgens professionals in de wijkverpleging en transferverpleegkundigen werkt meer dan de helft van de aanbieders al samen, bijvoorbeeld bij de ongeplande nachtzorg en de zorg voor coronapatiënten.

Regionale initiatieven voor herkenbare en aanspreekbare wijkverpleging (Bron: RIVM, december 2021)

Regionale initiatieven voor herkenbare en aanspreekbare wijkverpleging (Bron: RIVM, december 2021)

Uit het eerste rapport blijkt dat zorgprofessionals de urgentie voelen voor betere samenwerking. Professionals zien of verwachten vooral voordelen van onderlinge samenwerking. Denk aan zorg voor de cliënt die beter past, sneller start en van hogere kwaliteit is. Deze opbrengsten staan ook in de infographic. Belangrijkste uitdagingen zijn volgens hen het moeilijk kunnen uitwisselen van cliëntgegevens en verschillen in cultuur, manieren van werken en belangen. 

Bekijk de infographic Ontwikkeling herkenbare en aanspreekbare wijkverpleging

snip infographic wijkverpleging

 

Factoren die samenwerking helpen

Werkzame elementen voor het samenwerken staan ook in de infographic. Zo vinden professionals het elkaar kennen en weten te vinden essentieel voor een goede samenwerking. Daarnaast moeten betrokken zorgpartijen een gedeelde verantwoordelijkheid voelen en werken met vaste contactpersonen. Verder blijkt het werken volgens concrete doelen belangrijk te zijn voor een goede samenwerking, waarbij gebruik wordt gemaakt van professionals vanuit betrokken organisaties. Het aanstellen van een procesbegeleider helpt ook bij het (door)ontwikkelen van een samenwerkingsverband. Verder kan de zorgverzekeraar een belangrijke rol spelen, bijvoorbeeld in het bij elkaar brengen van relevante partijen. Ook blijkt het ontvangen van extern budget een belangrijke stimulans voor het opstarten van nieuwe samenwerkingsverbanden of -activiteiten.

Om het samenwerkingsproces nog efficiënter te maken, hebben betrokkenen van samenwerkingsverbanden behoefte aan ICT Information and communication technology (Information and communication technology)-oplossingen, meer bindende afspraken en ondersteunende wet- en regelgeving. Om samenwerking op uitvoerend niveau te blijven aanmoedigen, is er behoefte aan het kunnen declareren van niet-cliëntgebonden tijd. Ook kunnen zorgverzekeraars door contractafspraken (nog) meer sturen op voorwaarden voor een goede samenwerking.  

Vervolgonderzoek

De komende tijd richt dit onderzoek zich op het verder krijgen van inzicht in de ontwikkeling van herkenbaarheid en aanspreekbaarheid in de wijkverpleging, waarbij er meer aandacht komt voor het perspectief van de cliënt en de aanbieders van wijkverpleging. Ook worden komend jaar meer ervaringen uitgewisseld, door het organiseren van werksessies en/of uitwisselingssessies tussen regio’s.