In vijf Natura 2000-gebieden staat een COTAG-mast in het veld. Deze COTAG-masten zijn onderdeel van het meetnet stikstofdepositie. Met dit meetnet volgt het RIVM hoeveel ammoniak en stikstofoxiden in de natuur terechtkomen. Dit heet depositie. Op de Veenkampen, terrein van Wageningen Universiteit, staan ook twee COTAG-masten. Deze metingen worden gebruikt voor onderzoek.

Uitleg COTAG met afbeelding

Een schematisch weergave van het COTAG-systeem van het RIVM

De bodem en planten kunnen ammoniak en stikstofoxiden direct uit de lucht opnemen. Luchtwervelingen zorgen ervoor dat stoffen naar de grond bewegen (turbulentie). Dit noemen we droge depositie. Met de COTAG-mast meten we droge depositie van ammoniak.

Bovenop de COTAG-mast staat een windmeter. Deze meet de turbulentie in de lucht. Twee kasten die aan de mast hangen meten op twee hoogten hoeveel ammoniak er in de lucht zit (concentratie). Met deze meetgegevens berekent het RIVM hoeveel ammoniak er direct uit de lucht in de natuur terechtkomt.

Op deze website staan de metingen van de droge depositie van ammoniak in drie gebieden. In Bargerveen staat de mast al vanaf 2012. In Oostelijke Vechtplassen vanaf 2014. Op de Hoge Veluwe vanaf 2017. Het RIVM heeft in de afgelopen jaren ook nieuwe COTAG-masten in Noordhollands Duinreservaat (2021) en Haaksbergerveen (2023) neergezet. De gegevens van deze COTAG-masten komen beschikbaar als we langer gemeten hebben.

Er staan ook twee COTAG-masten op de Veenkampen. Dit is een onderzoekslocatie van Wageningen Universiteit. Deze metingen gebruikt het RIVM voor onderzoek naar de COTAG-methode en naar de kwaliteit van de metingen. Hierdoor zijn deze resultaten niet geschikt voor het bepalen van jaarwaarden en staan ze niet op deze website.

Elk jaar past het RIVM de nieuwste inzichten voor validatie en kalibratie toe op de hele meetreeks. Er kunnen dan kleine wijzigingen komen in de meetgegevens uit eerdere jaren.

De depositiegetallen zijn in [(kg kilogram (kilogram) N)/ha]. 1,0 [(kg N)/ha] is hetzelfde als 1,2 [(kg NH3)/ha] en 71,4 [mol/ha]. Data op deze website zijn beschikbaar onder de open licentie CC-BY 4.0.

Het RIVM gebruikt de meteorologische gradiëntmethode om de droge depositie van NH₃ te bepalen met een COTAG-mast. In deze methode is de hoeveelheid droge depositie een combinatie van het concentratieverschil van NH₃ op twee hoogten en een mate van turbulentie.

Als er depositie is, is de concentratie direct boven het oppervlak lager dan op grotere hoogte. Dat komt doordat de vegetatie en bodem ammoniak opnemen. Er kan in plaats van depositie ook emissie optreden. In dat geval is de concentratie direct boven de bodem en vegetatie hoger dan op grotere hoogte.

De mate van turbulentie bepaalt de snelheid waarmee ammoniak van of naar de bodem en vegetatie gaat. Dit hangt af van de stabiliteit van de atmosfeer. De stabiliteit van de atmosfeer verandert gedurende de dag maar ook door het jaar heen.

Overdag en in de zomer wanneer de zon de aarde opwarmt is er veel turbulentie. Opstijgende bellen warme lucht zorgen voor een gemakkelijke uitwisseling met het aardoppervlak. De atmosfeer is onstabiel.

In de nacht of in de winter is er bijna geen turbulentie. Dit komt omdat de lucht dicht aan het aardoppervlak kouder is dan op hogere hoogte. Er is dus dan ook weinig uitwisseling en menging, de atmosfeer is stabiel.

Als de wind langs bomen, gebouwen of andere obstakels waait, kunnen er ook turbulente wervelingen ontstaan. Hoe hoger de windsnelheid hoe meer turbulentie. Als dit de belangrijkste oorzaak van de turbulentie is, dan is de atmosfeer neutraal.

De COTAG meet onder twee turbulente situaties: onstabiel en neutraal. Onder situaties met zeer weinig turbulentie (stabiel) en zeer veel turbulentie (zeer onstabiel) staat de COTAG in de ‘uitstand’. Tijdens stabiele situaties is er zeer weinig menging van de lucht. Daarom is het moeilijk de menging van de lucht goed te meten. De droge depositie van ammoniak is dan ook klein. Maar ook onder zeer onstabiele situaties staat het COTAG-systeem in de ‘uitstand’. In dat geval is er wel veel menging, maar is het NH₃-verschil zo klein dat het niet goed meetbaar is.

Doordat de COTAG een deel van de tijd in de ‘uitstand’ staat, meet de COTAG niet alle droge depositie. In 2023 hebben we de methode om tot de totale droge depositie van ammoniak te komen verbeterd. Sindsdien gebruiken we voor de tijden dat de COTAG niet meet, de waarde van de meest passende turbulentieklasse. Staat de COTAG uit vanwege stabiele omstandigheden, dan gebruiken we de meetwaarde van neutraal. Bij zeer onstabiele omstandigheden gebruiken we de meetwaarde van onstabiel. Meer informatie over de COTAG-methode staat in dit rapport.

De verbeterde methode heeft als voordeel dat we nu per maand en jaar één waarde voor de depositie hebben. Voor de meeste maanden ligt deze waarde tussen de onder- en bovengrens die het RIVM eerder rapporteerde.

Jaarcijfers resultaten COTAG

Sla de grafiek Droge depositie NH₃ over en ga naar de datatabel

Hier staan de jaarcijfers van de droge depositie van ammoniak gemeten met de COTAG. We analyseren alleen de jaren met meer dan 75% data. De beschrijvingen van de meetgegevens staat hier.

Jaarcijfers resultaten NH₃-concentratie

Sla de grafiek Concentratie NH₃ over en ga naar de datatabel

Hier staan de gemiddelde NH3-concentraties gemeten met de COTAG op ongeveer 0,8 m hoogte (de onderste meetbox). Ook hier laten we alleen de jaren zien met meer dan 75% data.