Om meer inzicht te krijgen in de algemene gezondheid van volwassenen tijdens de coronaperiode, vroegen we hoe zij hun gezondheid ervaren en hoeveel vertrouwen ze hebben in de toekomst. De resultaten die we hieronder bespreken komen uit het zesde kwartaalonderzoek (december 2022). Het kwartaalonderzoek is onderdeel van het Gezondheidsonderzoek COVID-19.

Meerderheid van de volwassenen ervaart goede gezondheid

In de meting van december 2022 gaf 77% van de volwassenen aan dat ze een (zeer) goede gezondheid ervaarden. Verder vond 19% dat het ‘wel gaat’ met hun gezondheid en 4% ervaarde een (zeer) slechte gezondheid. De grafiek hieronder laat de verandering zien in het aantal volwassenen dat hun gezondheid goed of zeer goed vindt.

We onderzochten welke groepen meer kans hebben om hun gezondheid als (zeer) goed te ervaren. Vooral het hebben van betaald werk vergroot de kans op een goede ervaren gezondheid. Ook de jongste leeftijdsgroepen hebben duidelijk een grotere kans om hun gezondheid als goed te beoordelen. Andersom zien we dat mentale problemen en lichamelijke klachten zoals spierpijn en moeheid samenhangen met een slecht ervaren gezondheid. Hetzelfde geldt voor stress door eigen problemen en weinig vertrouwen in de toekomst.

Schommelend vertrouwen in de toekomst

In december 2022 gaf 46% van de volwassenen aan dat ze (veel) vertrouwen hadden in de toekomst. Daarnaast had 42% matig tot redelijk vertrouwen en zei 11% dat ze weinig tot geen vertrouwen hadden in de toekomst. Het percentage volwassenen dat aangeeft (veel) vertrouwen in de toekomst te hebben, schommelde tussen maart en december (zie grafiek).

Vooral volwassenen met weinig mentale klachten hebben een grotere kans op veel vertrouwen in de toekomst.