Met het Schone Lucht Akkoord (SLA) maakten het Rijk, provincies en gemeenten in 2020 afspraken voor een betere luchtkwaliteit. Het doel is om in 2030 een gezondheidswinst te bereiken van minimaal 50 procent ten opzichte van 2016. Elke twee jaar berekent het RIVM de effecten van het beleid op de luchtkwaliteit en bepaalt daarmee of de deelnemers op de goede weg zijn om de gezondheidsdoelen van het Akkoord te bereiken.
Over het Schone Lucht Akkoord
In 2020 sloten de Nederlandse overheid, provincies en gemeenten het Schone Lucht Akkoord (SLA). Inmiddels hebben meer dan 120 gemeenten zich bij het SLA aangesloten. In het SLA staan afspraken om de lucht in Nederland steeds schoner te maken. Het doel is dat in 2030 de schadelijke effecten van luchtverontreiniging minimaal met 50 procent zijn afgenomen ten opzichte van 2016.
Het gaat dan alleen om de gezondheidseffecten door de bijdrage van Nederlandse bronnen aan de luchtverontreiniging. De SLA-partners hebben niet direct invloed op de luchtverontreiniging die uit het buitenland komt. Daarom is het SLA doel alleen bepaald op de Nederlandse bijdrage.
De meeste aandacht is er voor het verminderen van de nadelige effecten van langdurige blootstelling aan fijnstof en stikstofdioxide. Deze stoffen hebben de meeste invloed op de gezondheid (WHO, 2021).
Graadmeters voor gezondheid
We leven allemaal korter door luchtvervuiling. Voor het SLA berekent het RIVM onder andere het aantal verloren levensjaren en de gemiddelde levensduurverkorting (zie kader). Ook berekent het RIVM wat het effect van schonere lucht is op het voorkomen van een aantal ziekten.
Verloren levensjaren
Dat is het totaal aantal jaren dat in Nederland verloren gaat omdat mensen eerder overlijden door luchtverontreiniging. Dit aantal zegt iets over het effect op alle Nederlanders gezamenlijk.
Levensduurverkorting, ook wel levensduurverlies
Dit is het aantal maanden dat elke persoon in Nederland gemiddeld korter leeft door luchtverontreiniging. Het omgekeerde geldt ook: we leven langer, wanneer de lucht minder vervuild is (dat noemen we: gezondheidswinst).
Het RIVM heeft voor het SLA een rekenmethode ontwikkeld. Met deze methode kan uitgerekend worden wat het gezondheidseffect is van minder fijnstof (PM2,5 (fijnstof)) en stikstofdioxide (NO2 (Stikstofdioxide)) in de lucht. Voor deze methode zijn de resultaten van Europees onderzoek gebruikt (Benefits of future clean air policies in Europe: Proposed analyses of the mortality impacts of PM2,5 and NO2, 2022).
Wat betekent de gezondheidswinst in SLA concreet?
Door het SLA en ook door maatregelen in de buurlanden wordt de lucht in Nederland schoner. In plaats van een gemiddeld levensduurverlies door luchtverontreiniging van ongeveer 8 maanden in 2016, berekent het RIVM een levensduurverlies van ongeveer 4 maanden in 2030. Het verschil hiertussen noemen we de berekende gezondheidswinst. Deze winst komt deels door binnenlandse maatregelen (ongeveer 3 maanden) en deels door maatregelen die de buurlanden nemen (ongeveer 1 maand).
Ook zijn er gunstige effecten op een aantal ziekten die in verband worden gebracht met luchtverontreiniging, zoals astma bij kinderen en hart- en vaatziekten. In 2016 was voor 1 op de 7 kinderen met astma, luchtverontreiniging de oorzaak. Als al het luchtbeleid wordt uitgevoerd, zal dat in 2030 volgens berekeningen van het RIVM dalen naar 1 op de 17 kinderen.