Het woord smog komt uit het Engels en bestaat eigenlijk uit twee woorden: Smoke (rook) en fog (mist). Bij smog zitten er tijdelijk meer vervuilende stoffen in de lucht. Er zijn verschillende soorten smog. Dat hangt af van welke stof voor de vervuiling zorgt. In Nederland zijn dat vooral ozon en fijnstof (PM10). Smog komt meestal voor als er weinig of geen wind is. De luchtvervuiling kan dan blijven hangen en kan zich ophopen. Gebeurt dit in de winter dan blijft er vooral fijnstof in de lucht hangen. Dat heet wintersmog. In de zomer gaat het vooral om ozon en noemen we het zomersmog. 
 

Smog door ozon

Smog door ozon ontstaat wanneer er veel stikstofoxiden en vluchtige organische stoffen in de lucht zitten. Dit is het geval als er weinig wind staat uit het zuidoosten en de zonkracht groot is. De vervuilende stoffen worden dan door zonlicht omgezet in ozon. Daarom komt smog door ozon vooral in de zomer voor.

Smog door fijnstof

Smog door fijnstof ontstaat vooral bij helder en mooi weer met een zwakke tot matige wind uit het oosten. In grote industriegebieden in Oost-Europa worden veel fossiele brandstoffen verstookt. Hierbij komen grote hoeveelheden fijnstof vrij. Door de aanvoer van deze vervuilde lucht uit andere delen van Europa, gecombineerd met een beperkte menging in de lucht, neemt het gehalte fijnstof toe. Dit komt vaker voor in de winter. 

Smog door fijnstof komt ook voor tijdens de jaarwisseling. De fijnstofconcentraties in de buitenlucht kunnen dan tijdelijk extreem hoog zijn door het afsteken van vuurwerk.

Smogwaarschuwingen

Er zijn drie niveaus van smog: gering, matig en ernstig. Deze indeling is op basis van hoeveel deeltjes ozon of fijnstof er in de lucht zitten. Het RIVM geeft een smogwaarschuwing af als er kans is op matige smog en een smogalarm als er kans is op ernstige smog. In tabel 1 staat dit verder uitgelegd. In deze tabel zijn naast ozon en fijnstof ook zwaveldioxide en stikstofdioxide opgenomen. Onder zeer uitzonderlijke omstandigheden, bijvoorbeeld bij een calamiteit, kan ook smog door deze stoffen optreden. De niveaus volgen uit de Smogregeling die de overheid in 2010 heeft opgesteld en in 2016 heeft geactualiseerd.  

Met een waarschuwing voor matige smog wil de overheid vooral de gezondheid beschermen van mensen die gevoelig zijn voor een slechte luchtkwaliteit. Het alarm voor ernstige smog is gericht op de hele bevolking. De gezondheidsrisico’s zijn in die situatie groter dan bij matige smog. Bij geringe smog is zeer beperkt sprake van gezondheidsrisico’s.

Tabel 1 Waarschuwings- en alarmgrenzen uit de Smogregeling

Stof

Grootheid

Geringe smog

Matige smog

Ernstige smog

 

 

µg/m³

µg/m³

µg/m³

Zwaveldioxide

uurgemiddelde

<350 

350-500

>500 1)

Stikstofdioxide

uurgemiddelde

<200 

200-400

>400 1)

Ozon

uurgemiddelde

<180 

180-240

>240 

Fijnstof

daggemiddelde

<70

70-100

>100

1) Overschrijding van de uurgemiddelde concentratie gemeten gedurende drie opeenvolgende uren in gebieden met een oppervlakte van ten minste 100 km² of van een gehele agglomeratie of zone.

Gezondheidsklachten door smog

Mensen die gevoelig zijn voor een slechte luchtkwaliteit zullen al klachten krijgen bij het inademen van matige smog. Dit zijn bijvoorbeeld mensen met luchtwegaandoeningen of hart- en vaatziekten, diabetici, kinderen, ouderen en zwangeren.
Ook sporters en mensen die zwaar lichamelijk werk in de buitenlucht doen zijn in het algemeen extra gevoelig voor de effecten van smog. Zij ademen meer vervuilende stoffen in en deze dringen dieper in het lichaam binnen.

Als de smog erger wordt, zullen er steeds meer mensen last krijgen van hun gezondheid, omdat ze smog inademen. Ook zullen de klachten erger worden. Bij ernstige smog kan iedereen klachten krijgen.

Voorbeelden van klachten die direct kunnen optreden: 

  • irritatie van ogen, neus of keel;  
  • pijn op de borst, hoofdpijn, duizeligheid en misselijkheid;
  • toename van luchtwegklachten, zoals piepen, hoesten en kortademigheid;
  • afname van de longfunctie;
  • verergering van astma en COPD Chronic Obstructive Pulmonary Disease (chronische bronchitis of longemfyseem) (Chronic Obstructive Pulmonary Disease (chronische bronchitis of longemfyseem) );
  • verergering van hart- en vaatziekten;
  • vroegtijdige sterfte.

Wat te doen bij smog

Mensen die gevoelig zijn voor smog kunnen bij (de kans op) smog (zware) lichamelijke inspanning het beste beperken of zelfs vermijden. De effecten van smog zullen voornamelijk buiten optreden. Daarom kan het een goede keuze zijn om bij smog zo veel mogelijk binnen te blijven en ramen, deuren en ventilatieroosters tijdelijk te sluiten. Astma- en COPD-patiënten kunnen het beste hun medicijnen altijd bij zich hebben, vooral als ze buiten zijn. Bij twijfel over bepaalde gezondheidsklachten wordt geadviseerd de huisarts te raadplegen.

Smog door ozon is aan het eind van de middag en in de vroege avond het hevigst. Tijdens deze uren is het verstandig inspanning in de buitenlucht te vermijden.