1865
Geneeskundig inspecteurs
Het Geneeskundig Staatstoezicht wordt ingesteld en de Nederlandse overheid stelt inspecteurs voor de volksgezondheid aan. Deze staan te boek als ‘hygiënisten’ omdat zij vooral strijden voor een betere openbare hygiëne. Zo pleiten zij o.a. voor betere huisvesting, schoon (drink)water en effectieve vuilverwijdering en -verwerking.
1909
Oprichting Centraal Laboratorium
Aan het begin van de 20e eeuw komt de overheid tegemoet aan het al tientallen jaren gevoerde pleidooi om een laboratorium op te richten dat zich richt op de volksgezondheid. Het ‘Centraal Laboratorium ten behoeve van het Staatstoezicht’ start in 1909 in het complex Sterrenbos aan de Catharijnesingel in Utrecht. Een kleine groep onderzoekers zet zich in om cholera, difterie, tuberculose, tyfus en andere ernstige ziektes te bestrijden. Levens redden was hun belangrijkste drijfveer.
1919
Rijks-Serologisch Instituut
De overheid besluit de productie van sera en vaccins niet langer aan het particulier initiatief over te laten. Het BacterioTherapeutisch Instituut (BTI) van de Utrechtse hoogleraar Spronck wordt omgevormd tot het RijksSerologisch Instituut en wordt ondergebracht bij het Centraal Laboratorium.
1934
Rijksinstituut voor de Volksgezondheid
De economische crisis noopt tot bezuinigingen. In 1934 fuseert het Centraal Laboratorium met het Rijks-Serologisch Instituut tot het Rijksinstituut voor Volksgezondheid (RIV (Rijksinstituut voor de Volksgezondheid)). De werkomstandigheden zijn moeilijk. De onderzoekers zijn met veel te weinig voor het werk dat er is. Ze werken in een te kleine ruimte. Daarbij neemt het werkaanbod snel toe. Veel onderzoeksaanvragen konden niet gehonoreerd worden.
1940-1950
Moeilijke omstandigheden
Het RIV (Rijksinstituut voor de Volksgezondheid) draait overuren om aan de vraag naar sera en vaccins te voldoen. Daarnaast worden er veel ‘oorlogsonderzoeken’ uitgevoerd, zoals naar de voedingswaarde van bloembollen en naar de surrogaten van thee en tabak. Een volledige opsomming van de onderzoeken die door het RIV werden uitgevoerd is haast niet mogelijk. De onderzoekers richten zich onder andere op ziekten als cholera, difterie, tuberculose, syfilis en later de Spaanse griep. Ook doet het RIV laboratoriumonderzoek naar voeding, medicijnen en water- en luchtvervuiling.
Aan het einde van de Tweede Wereldoorlog is het instituut in deplorabele staat; aan alles – geld, middelen, capaciteit en ruimte – is een enorm gebrek. Nederland is nauwelijks meer in staat om voldoende sera en vaccins te produceren.
1950
Opkomst massaproductie
Om de wereldproductie te verhogen neemt de toepassing van chemicaliën in de landbouw en de voedingstechnologie toe. Ook de industriële emissies die het gevolg zijn van de massaproductie zorgen voor nieuwe milieu- en gezondheidsrisico’s.
1950
Marshallhulp
Het RIV (Rijksinstituut voor de Volksgezondheid) ontvangt 3,5 miljoen gulden aan Marshallhulp en wordt groot opgezet, zodat Nederland voor vaccins niet langer afhankelijk is van import en om eventueel, bij een oorlog met het Oostblok, voldoende sera en vaccins te kunnen fabriceren voor het militaire apparaat van de NAVO.
1951
Eerste bevolkingsonderzoek
Het RIV (Rijksinstituut voor de Volksgezondheid) start de eerste van een serie bevolkingsonderzoeken, namelijk de screening van alle zwangeren op syfilis. Al snel wordt de screening gedecentraliseerd naar een netwerk van streeklaboratoria voor de volksgezondheid, waarvan het RIV er één is.
1953 Verhuizing naar Bilthoven
In 1953 verhuist het RIV (Rijksinstituut voor de Volksgezondheid) naar de nieuwbouw in Bilthoven. Het betekent een keerpunt in de vaccinproductie. In de jaren ’50 en ’60 worden grote successen geboekt in de ontwikkeling en productie van vaccins, tegen onder andere polio en pokken.
1957
Rijksvaccinatie-programma
Het vaccinatieprogramma krijgt geleidelijk vorm. Een massale landelijke inentingscampagne tegen polio wordt gezien als het begin van het Rijksvaccinatieprogramma (RVP (Rijksvaccinatie programma)). Het RVP bestaat dan uit vaccins tegen difterie, tetanus, polio en kinkhoest. In de jaren die volgen wordt het programma stapsgewijs uitgebreid met vaccinaties tegen onder meer bof, mazelen, rodehond, Haemophilus influenza type b, meningokokken C, pneumokokken, hepatitis B en baarmoederhalskanker (HPV (humaan papillomavirus)).
1958
Afdeling Radioactiviteit
Het RIV (Rijksinstituut voor de Volksgezondheid) krijgt een afdeling Radioactiviteit, die in 1961 uitgroeit tot een zelfstandig Laboratorium voor Stralingsonderzoek.
1959
Start Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum (NVIC (Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum (UMC Utrecht)))
Het centrum behandelt een snelgroeiend aantal informatievragen van professionals over landbouwgif, huishoudmiddelen en geneesmiddelen. In 2010 is het NVIC overgegaan van het RIVM naar het UMC (Universitair Medisch Centrum) Utrecht. Het onderbrengen van het NVIC bij het UMC Utrecht kwam voort uit de taakstelling bij de rijksoverheid om het aantal ambtenaren te verminderen.
1960 Accentverschuiving en verbreding van taken
De welvaartsgroei, massaconsumptie en secularisering van de samenleving leiden tot een verandering van levensstijl. Het besef groeit dat de industrie, de landbouw en het gebruik van bestrijdingsmiddelen invloed hebben op het milieu. Milieu krijgt een belangrijke positie binnen het RIV (Rijksinstituut voor de Volksgezondheid). Het instituut werkt praktische beleidsinstrumenten uit, onder andere rond de registratie van lucht- en waterverontreiniging. Op het gebied van de milieutoxicologie verwerft het instituut een internationale reputatie.
1962
Oprichting Laboratorium voor Chemisch Levensmiddelenonderzoek
Dit laboratorium hield zich in die tijd bezig met aflatoxine, bestrijdingsmiddelen, N-nitrosaminen, het DES (diëthylstilbestrol is een kunstmatig vrouwelijk hormoon)-hormoon en dioxines.
1963
Geneesmiddelenonderzoek
De verplichte registratie van geneesmiddelen betekent voor het RIV (Rijksinstituut voor de Volksgezondheid) een verbreding van het geneesmiddelenonderzoek. Het RIV ondersteunt het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen bij de beoordeling van de kwaliteit van biotechnologische geneesmiddelen en de veiligheid van geneesmiddelen in het algemeen. Het Rijksinstituut voor Geneesmiddelenonderzoek (RIGO) beoordeelt de kwaliteit van chemische geneesmiddelen.
1969
Wereldwijde bestrijding pokken
In 1969 wordt het RIV (Rijksinstituut voor de Volksgezondheid) aangewezen als “International reference institute for smallpox vaccine control” van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO (World Health Organization)). Het instituut levert met de productie van miljoenen doses pokkenvaccin (vanaf 1958) een belangrijke bijdrage aan het bestrijdingsprogramma van de WHO.
1969
Oprichting meetnetten
Massale vissterfte door vergiftiging van de Rijn met endosulfan stimuleert, net als de luchtverontreiniging in het Rijnmondgebied, de oprichting van landelijke en regionale meetnetten.
1971 Walcherenonderzoek
De salmonella-epidemie is in 1971 in Nederland op haar hoogtepunt en het instituut trekt internationale belangstelling met het “Walcherenonderzoek”, waarin het verband is onderzocht tussen salmonellabesmettingen bij mensen, dieren en milieu.
1972
Urgentienota Milieuhygiene
In 1972 levert het RIV (Rijksinstituut voor de Volksgezondheid) een essentiële bijdrage aan het eerste Nederlandse milieubeleidsplan, de Urgentienota Milieuhygiëne, waarin een relatie wordt gelegd tussen milieu en volksgezondheid.
1973
Nationaal Meetnet Lucht
Vanwege de expertise van het RIV (Rijksinstituut voor de Volksgezondheid) met geautomatiseerde dataverwerking wordt het instituut aangewezen tot Nationaal referentiecentrum voor meting van luchtverontreiniging.
1974
Hielprikscreening
Start bevolkingsonderzoek bij pasgeborenen met screening voor phenylketonurie (PKU (Phenylketonurie)) in bloedmonsters verkregen met de hielprik.
1977
Dierproevenbeleid
Als medeoprichter van de Landelijke Werkcommissie Laboratoriumdieren is het RIV (Rijksinstituut voor de Volksgezondheid) betrokken bij de totstandkoming van wetgeving op het gebied van het gebruik van proefdieren.
1980
Onderzoek welvaartsziekten
In Nederland is de sterfte aan infectieziekten gedaald naar ca. 4 per 100.000 inwoners. Aan kanker sterven ca. 220 mensen per 100.00 inwoners.
Het instituut doet vanaf eind jaren ’70 onderzoek naar de belangrijkste chronische ziekten, zoals kanker en hart- en vaatziekten, suikerziekte, overgewicht en de bijdrage daaraan van ongezonde leefgewoonten. Ook speelt het RIV (Rijksinstituut voor de Volksgezondheid) een belangrijke rol in grote en langdurige bevolkingsonderzoeken, zoals het Peilstationsproject Hart- en Vaatziekten en de opvolgers daarvan.
1981
Laatste voorraad pokkenvirus
De laatste voorraad pokkenvirus wordt van het RIV (Rijksinstituut voor de Volksgezondheid) overgebracht naar de Centers for Diseases Control (CDC (Centers for Disease Control and Prevention)) in de Verenigde Staten.
1984 Oprichting RIVM
De ministerraad besluit tot een bundeling van taken op het gebied van volksgezondheid en milieuhygiëne. Het RIV (Rijksinstituut voor de Volksgezondheid), het Rijksinstituut voor Drinkwatervoorziening (RID (Règlement concernant le transport international ferroviaire des marchandises dangereuses)) en het Instituut voor Afvalstoffen onderzoek (IVA (Isovaleriaan-acidurie)) – die al langer intensief samenwerken door o.a. Lekkerkerk en het ontstaan van EG (Europese Gemeenschap)-milieurichtlijnen – fuseren tot het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieuhygiëne (later Milieu), het RIVM.
1987
Landelijk Meetnet Luchtkwaliteit
Het luchtmeetnet is volledig geautomatiseerd. Op 48 locaties zijn honderden monitoren in bedrijf om de concentraties van verontreinigende stoffen in de lucht en regenwater te bepalen. De data gaan ieder uur naar het RIVM.
1988
Massale zeehondensterfte
Het RIVM speelt in 1988 een grote rol bij de identificatie van het virus. Een veldstudie naar de effecten van milieuverontreiniging op het immuunsysteem van zeehonden draagt verder bij aan de erkenning en ontwikkeling van het immuuntoxicologisch onderzoek van het RIVM.
1988
Zorgen voor morgen
Het instituut neemt het initiatief tot het nationaal onderzoeksprogramma “Mondiale luchtverontreiniging en Klimaatverandering”. In de publicatie ‘Zorgen voor Morgen’, de eerste nationale milieuverkenning, bespreekt het RIVM de milieuproblematiek op mondiaal, maar ook op nationaal en lokaal niveau. Het instituut geeft daarmee voor het eerst invulling aan zijn nieuwe taak op het gebied van strategische beleidsbepaling.
1990
Opening Landelijk Meetnet Radioactiviteit
In het Nationaal Plan Kernongevallenbestrijding is het RIVM aangewezen als nationaal facilitator voor de technische informatievoorziening.
1992
Oprichting Europese Unie (Verdrag van Maastricht)
De bevoegdheden van de Europese Gemeenschap worden vergroot voor een groot aantal beleidsterreinen. Steeds meer regelgeving en normen worden op Europees niveau ontwikkeld in plaats van in de afzonderlijke lidstaten.
1992
Europese samenwerking
Het instituut maakt deel uit van diverse netwerken ter ondersteuning van de Europese Commissie. Het RIVM is betrokken bij de totstandkoming en uitvoering van Europese regelgeving en er ontstaat een nauwe samenwerking met diverse Europese instituten.
1993 Volksgezondheid Toekomstverkenning
Het instituut brengt de eerste Volksgezondheid Toekomstverkenning (VTV (Volksgezondheid Toekomst Verkenning)) uit, de tegenhanger van ‘Zorgen voor Morgen’ op volksgezondheidsgebied. Conclusie is onder andere dat er meer gedaan moet worden aan de preventie van chronische ziekten.
1996
Wet op het RIVM
In de Wet op het RIVM is vastgelegd dat opdrachtgevers geen invloed hebben op de inrichting en resultaten van de werkzaamheden van het instituut. Ook mag het RIVM onafhankelijk van de opdrachtgevers rapporteren over onderzoeksresultaten.
1996
RIGO wordt onderdeel RIVM
De integratie van het Rijksinstituut voor Geneesmiddelenonderzoek betekent een bijna verdubbeling van de geneesmiddelenactiviteiten van het instituut.
1998
Lancering websites
Naast de lancering van www.rivm.nl brengt het instituut diverse websites uit die professionals en burgers brede toegang geven tot gestructureerde inhoudelijke informatie.
Rampen
1998 Bijlmerramp
Het RIVM onderzoekt de mogelijke gezondheidsaspecten van de Bijlmerramp (1992).
2000 Vuurwerkramp Enschede
De Milieu Ongevallen Dienst (MOD (Milieuongevallen Dienst)) van het RIVM voert kort na de vuurwerkexplosie in Enschede omgevingsmetingen uit. In de maanden die volgen coördineert het instituut een uitgebreid gezondheidsonderzoek.
2002 Europese vergelijkingen
In de derde Volksgezondheid Toekomstverkenning (VTV (Volksgezondheid Toekomst Verkenning)) staan voor het eerst vergelijkingen met andere EU (Europese Unie)-landen centraal.
2002
Centrum voor Externe Veiligheid en CGOR
Bij het RIVM wordt het nationaal Centrum voor Externe Veiligheid en Vuurwerk (CEV (Centrum Externe Veiligheid)) opgericht. Een jaar later volgt het Centrum voor Gezondheidsonderzoek bij Rampen (CGOR), dat kennis over gezondheidsonderzoek bij rampen moet ontsluiten en beschikbaar maken.
2002
Poederbrieven
In de jaren na 9/11 worden in Nederland poederbrieven bezorgd en groeit de angst voor terreuraanslagen. Een aanval met het pokkenvirus wordt gezien als “worstcasescenario”. Het instituut legt een vaccinvoorraad aan om de hele bevolking in geval van nood in te kunnen enten.
2003
Afsplitsing vaccinactiviteiten
In 2003 gaat een groot deel van de vaccinactiviteiten over naar het Nederlands Vaccin Instituut (NVI (Netherlands Vaccine Institute)).
2004 Ons eten gemeten
Ons voedsel is veiliger dan ooit, maar Nederlanders eten te veel en verkeerd. Hierdoor wordt aanzienlijk gezondheidsverlies geleden en leven we gemiddeld twee jaar korter. Dat zijn enkele belangrijke conclusies uit het RIVMrapport ‘Ons eten gemeten’. Het rapport geeft voor het eerst in Nederland een totaaloverzicht van de beschikbare kennis op het gebied van voedselconsumptie, voedselveiligheid en de gevolgen voor de gezondheid op de lange termijn.
2005
Verbreding taken en publieksfunctie
De herijking van de organisatie van het zorgveld en de aankomende stelselwijziging van de ziektekostenverzekering leiden tot een verbreding van taken van het RIVM. Naast onderzoek en advies voor overheden wordt het RIVM verantwoordelijk voor regiefuncties en de landelijke coördinatie van preventie en interventieprogramma’s. Het RIVM krijgt bovendien een grotere rol bij de voorlichting aan het publiek. Zo maakt het RIVM ter ondersteuning van de stelselwijziging in de ziektekostenverzekering de site kiesBeter.nl.
2005
Centrum Infectieziek-tebestrijding
Een reeks van epidemieën, uitbraken en incidenten die begon in de jaren ’80 met AIDS en gevolgd werd door polio, legionella, BSE (Bovine Spongiforme Encephalopathie, de zogenaamde ‘gekkekoeienziekte), vogelgriep en SARS (severe acute respiratory syndrome), vormen de aanloop tot de oprichting van het Centrum Infectieziektebestrijding.
2005
Fijnstof en Maatschap-pelijk debat over het Besluit Luchtkwali-teit
Het RIVM publiceert samen met het Milieu- en Natuurplanbureau een reviewrapport met feiten en onzekerheden over het dossier fijnstof. Overschrijdingen van fijnstofconcentraties komen op grote schaal voor, waardoor ruimtelijke ontwikkelingen in het gedrag komen.
2006
Polonium 210
Het RIVM onderzoekt 24 Nederlandse burgers op mogelijke besmetting met polonium210. Deze personen logeerden ten tijde van de vergiftiging van Litvinenko in het Millennium Hotel in Londen.
2006
Actief in Terreurbestrijding
Het instituut brengt aan de Nationaal Coördinator Terreurbestrijding advies uit om de weerbaarheid tegen chemische, biologische, nucleaire en radiologische aanslagen te verhogen.
2006
Centrum voor Bevolkingsonder-zoek
Vanaf 1 januari 2006 coördineert het RIVM de landelijke bevolkingsonderzoeken. Het nieuwe Centrum is één van de centra in het kader van de nieuwe taken van het RIVM op het gebied van de volksgezondheid.
2006
Onderzoek Q-koorts
Het RIVM start een onderzoek naar de oorzaken van de uitbraak van Qkoorts. De omvang van de epidemie is uniek in de wereld. De oorzaak wordt gezocht bij geiten. Met een reeks van maatregelen (vaccinatie, hygiëne, etc.) wordt geprobeerd de epidemie te stoppen.
2007
REACH (Registration, Evaluation, Authorisation and restriction of Chemicals)-helpdesk van start
Met de REACH-helpdesk ondersteunt de overheid bedrijven en hun branche-organisaties bij de uitvoering van REACH, de Europese verordening over chemische stoffen. Het RIVM en SenterNovem voeren deze helpdesk gezamenlijk uit.
2007
Nepgeneesmiddel-en
Het internet wordt steeds meer gebruikt als medium voor de verkoop van vervalste geneesmiddelen en gezondheidsproducten. Het RIVM onderzoekt in beslag genomen producten en draagt daarmee bij aan de bescherming van de consument.
2007
Centrum Gezond Leven
Het RIVM richt zich met het nieuwe Centrum Gezond Leven op de bevordering van het gebruik van effectieve leefstijlinterventies.
2007 50 jaar Rijksvaccinatieprogramma
2007 markeerde de 50e verjaardag van het Rijksvaccinatieprogramma. Het RVP (Rijksvaccinatie programma) bestaat sinds 2007 50 jaar en heeft een bereik van 95%. Het programma beschermt kinderen tegen elf ernstige infectieziekten.
2008
Entadmini-stratie
De entadministraties die verantwoordelijk zijn voor de coördinatie en uitvoering van het Rijksvaccinatieprogramma worden geïntegreerd in het RIVM.
2008
Oprichting KIR (kennis- en informatiepunt risico’s van nanotechnologie)-nano
Het nieuwe Kennis en Informatiepunt Risico’s van Nanotechnologie (KIR nano) brengt de potentiële risico’s in kaart voor vier belangrijke toepassingsgebieden: geneesmiddelen en medische technologie, voeding, consumenten producten en milieu.
2008
Rookverbod
Het RIVM heeft samen met de Voedsel en Warenautoriteit voor en na de invoering van het rookverbod de luchtkwaliteit gemeten in horecagelegenheden. De hoeveelheid fijnstof bleek na de invoering van het rookverbod negen keer lager te zijn dan ervoor.
2008
Marburg-virus
Na besmetting van een Nederlandse toeriste worden onder coördinatie van het RIVM alle maatregelen getroffen om verdere verspreiding van het Marburg virus te voorkomen.
2009 Viering van het 100-jarig bestaan van het instituut
Koningin Beatrix bezoekt het RIVM ter gelegenheid van de viering van het 100-jarig bestaan van het instituut. In een bijeenkomst met de medewerkers wordt teruggeblikt op belangrijke maatschappelijke gebeurtenissen en het effect daarvan op het werk van het RIVM Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu .
2010 Samenwerking en innovatie
Kanker vervangt hart- en vaatziekten als grootste doodsoorzaak. Ook chronische niet-fatale aandoeningen worden steeds belangrijker. Waakzaamheid op nieuwe infectieziekten en nieuwe problemen in onze leefomgeving blijft geboden. Tegelijkertijd wordt door samenwerking van wetenschappers met industrie met succes gewerkt aan innovaties waardoor nieuwe mogelijkheden ontstaan op het gebied van preventie, diagnose en behandeling van vele aandoeningen.
2012 50 jaar stralingsonderzoek
In 2012 stond het RIVM stil bij het feit dat 50 jaar geleden, in 1962, het Laboratorium voor Stralingsonderzoek (LSO (Laboratorium voor Stralingsonderzoek)) werd opgericht. Het toenmalige Rijksinstituut voor de Volksgezondheid (RIV (Rijksinstituut voor de Volksgezondheid)) begon met stralingsmetingen kort nadat in 1957 het Euratom-verdrag getekend was. Dat verdrag schreef onder andere voor dat "(…) elke lidstaat de nodige installaties opricht om een voortdurende controle uit te oefenen op de radioactiviteit van de lucht, het water en de bodem (…)". Zie ook: 50 jaar Laboratorium voor Stralingsonderzoek.
2012
Elektromagne-tische velden
Bij het RIVM loopt een onderzoek naar lichamelijke klachten van mensen die ze zelf toeschrijven aan elektromagnetische velden. Daarvoor is in juni 2012 een website (elektromagnetische velden en ik) gestart waarop mensen hun verhalen en ervaringen kunnen vertellen.
2012
Fijnstof meten met je smartphone
Begin 2012 kwam het eerste iSPEX (Spectropolarimeter for Planetary EXploration add on to iPhone)-prototype beschikbaar. Dit is een apparaat dat je op je smartphone kunt zetten om eigenschappen van fijn stof in de atmosfeer te meten. Het RIVM is één van de partners die dit apparaat heeft ontwikkeld, samen met de Nederlandse Onderzoeksschool voor Astronomie (NOVA (Nederlandse Onderzoekschool Voor Astronomie)), de Universiteit Leiden, het KNMI (Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut) en het Nederlands Instituut voor Ruimteonderzoek (SRON (Netherlands Institute for Space Research)).
2012
Reorganisatie vaccintaken en oprichting Bilthoven Biologicals
Per 1 januari 2011 werd het onderdeel vaccinologie van het voormalig NVI (Netherlands Vaccine Institute) geplaatst binnen het RIVM. In 2012 is, gebaseerd op de uitkomsten van het project Toekomst vaccintaken RIVM, besloten om vaccinologie op te splitsen en gedeeltelijk buiten het RIVM te plaatsen. Dit betekent dat het RIVM verantwoordelijk blijft voor onderzoek en advies met betrekking tot de huidige en mogelijk toekomstige vaccinaties die door de overheid worden aangeboden. De taken die niet meer door het RIVM worden gedaan zijn het translationele vaccinonderzoek (overbrugging van fundamenteel onderzoek naar vaccinontwikkeling) en technology transfer (overbrengen van kennis, technologie en vaardigheden naar een brede groep andere gebruikers). Bilthoven Biologicals ontstond na de privatisering van de productieactiviteiten van het NVI.
2013
Antibiotica-resistentie
Van sommige bacteriën kunnen we ziek worden. Om weer te herstellen zijn soms antibiotica nodig. Een belangrijk nadeel van antibiotica is dat bacteriën er ongevoelig (resistent) voor kunnen worden. Het RIVM monitort het vóórkomen van resistente bacteriën, volgt alle relevante ontwikkelingen in Nederland en adviseert het ministerie van VWS (Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport) en zorgprofessionals. Overleg tussen verschillende partijen die te maken hebben met antibioticaresistentie is daarbij essentieel. Dit gebeurt via verschillende monitoringonderzoeken (surveillance) bij ziekenhuizen, verpleeghuizen en andere zorginstellingen.
2013
Mazelenepi-demie
In mei 2013 begon een mazelenepidemie in ons land die duurde tot maart 2014. De epidemie verspreidde zich met name in gebieden met een lage vaccinatiegraad. In deze gebieden wonen veel mensen die behoren tot de reformatorische gezindte. Een deel van hen laat zich om religieuze redenen niet inenten. De discussie over het wel of niet vaccineren heeft in de media veel aandacht gekregen.
2014
Bevolkings-onderzoek darmkanker
Het bevolkingsonderzoek naar dikke darmkanker is van start gegaan. Darmkanker is een van de meest voorkomende doodsoorzaken in Nederland. In 2011 overleden ruim 5.000 mensen aan darmkanker en werd bij ongeveer 13.000 mensen darmkanker vastgesteld. Naar verwachting loopt dit aantal de komende jaren op. Met het bevolkingsonderzoek kan darmkanker worden voorkomen of in een vroegtijdig stadium worden ontdekt en behandeld.
2014
Een teek pak 'm beet
Jaarlijks krijgen ongeveer 22 000 mensen de ziekte van Lyme. Deze ziekte wordt veroorzaakt door teken. Naast het gebruikelijke voorlichtingsmateriaal, waaronder de toolkit, zijn digitale materialen ontwikkeld zoals de film Een teek? Pak ‘m beet! en het computerspel Teek Control om kinderen te leren wat teken zijn en wanneer het belangrijk is om je te controleren op tekenbeten. In 2014 lanceert het RIVM de app "Tekenbeet".
2014 Ebola
Ebola
De uitbraak van ebola in West-Afrika beheerste in 2014 nationaal en internationaal het nieuws. De kans op introductie van het virus in Nederland was klein, maar kon niet worden uitgesloten. Dat leidde ook in Nederland tot veel media-aandacht en vragen van burgers en professionals. Onder regie van het RIVM-Centrum Infectieziektebestrijding (CIb (Centre for Infectious Disease Control)) hebben veel partijen, zowel binnen als buiten de gezondheidszorg, zich voorbereid om indien nodig adequaat te kunnen handelen. (Zie ook: Ebola-uitbraak West-Afrika.)
2015
Infectieziekten en asielzoekers
In de tweede helft van 2015 ontstonden in de samenleving zorgen over mogelijke infectieziekten die in Nederland als gevolg van de aanzwellende vluchtelingenstroom zouden kunnen worden binnengebracht. Het RIVM heeft veel vragen beantwoord en geprobeerd schrikbeelden te nuanceren. Het eerste directe contact met problemen rondom asielzoekers ontstond via het opvangcentrum in Groningen. Daar bleek een zeldzame ziekte door kledingluizen te worden overgedragen. Het betrof vooral mensen uit de Hoorn van Afrika bij wie de luizen zich tijdens hun lange reis en verblijf, dicht opeengepakt in kleine ruimten, hadden kunnen verspreiden. Het RIVM heeft deze ziekte gemeld bij het European Centre of Disease Prevention and Control (ECDC), zodat andere landen de ziekte snel zouden kunnen herkennen en maatregelen kunnen treffen. Sindsdien wordt bij aankomst in deze centrale opvangcentra de kleding van risicogroepen gewassen om uitbraken van luizen en schurft te voorkomen.
2016
Het Nationaal Veiligheidsprofiel: een analyse van onze veiligheid
Een uitbraak van een ernstige infectieziekte, een grote natuurramp of terroristische aanslag kan de samenleving ontwrichten. Maar ook financiële destabiliteit of een cyberaanval kan de veiligheidsbelangen van Nederland ernstig bedreigen of aantasten. Om deze en andere mogelijke dreigingen in kaart te brengen heeft het Analistennetwerk Nationale Veiligheid (ANV (Analistennetwerk Nationale Veiligheid)) in december 2016 het eerste Nationaal Veiligheidsprofiel (NVP) gepubliceerd dat door de Minister van Veiligheid en Justitie aan de Tweede Kamer is verstuurd. Het RIVM heeft middels de coördinatie van het ANV een belangrijke bijdrage aan het Nationaal Veiligheidsprofiel geleverd.
2016
Veehouderij en gezondheid
In 2016 zijn de resultaten gepresenteerd van een grootschalig onderzoek in het oosten van Noord-Brabant en het noorden van Limburg naar de effecten van veehouderij op de gezondheid. Dit onderzoek is uitgevoerd door het RIVM, de Universiteit Utrecht (IRAS (Institute of Risk Assessment Sciences)), Wageningen UR (Wageningen University en Research) en het NIVEL (Nederlands instituut voor onderzoek van de gezondheidszorg). Er zijn verbanden gevonden tussen het wonen in de omgeving van veehouderijen en de gezondheid. Sommige effecten zijn ongunstig voor de gezondheid, andere positief. Daardoor is het niet mogelijk om een algemeen antwoord te geven.
2016 - 2017 Rubbergranulaat
Het RIVM heeft onderzoek gedaan naar mogelijke gezondheidsrisico’s van rubbergranulaat. Aanleiding was de maatschappelijke bezorgdheid die ontstond na de televisie-uitzending van Zembla in 2016. De conclusie van het onderzoek is dat het risico voor de gezondheid van sporten op deze kunstgrasvelden praktisch verwaarloosbaar is. Rubbergranulaat bevat weliswaar schadelijke stoffen, maar deze stoffen komen maar in zeer lage hoeveelheden vrij uit het rubbergranulaat na inslikken, bij huidcontact of door verdamping bij warm weer.
2017
RIVM introduceert maatschappelijke kosten-batenanalyses in onderzoeken zorgdomein
Maatschappelijke kosten-batenanalyses (MKBA (maatschappelijke kosten-batenanalyse)’s) zijn al langer een beproefde onderzoeksmethode, bijvoorbeeld in onderzoek naar veranderingen in de fysieke infrastructuur, zoals bruggen en wegen. Een MKBA maakt inzichtelijk welke voor- en nadelen (beleids)maatregelen hebben voor de maatschappij als geheel. Het RIVM zette in de Volksgezondheid Toekomst Verkenning (VTV (Volksgezondheid Toekomst Verkenning)) 2014 een eerste stap naar een concretisering van de algemene leidraad voor het onderzoeksgebied volksgezondheid en zorg. In 2016 zijn de eerste MKBA’s in het volksgezondheidsdomein door en met behulp van het RIVM uitgebracht.
2017
Nieuw bevolkingsonderzoek baarmoederhalskanker
Nederland kent vanaf 2017 een vernieuwd bevolkingsonderzoek baarmoederhalskanker. Voorheen werden alle uitstrijkjes, tot wel 540.000, 'cytologisch' onderzocht op afwijkende cellen. Op advies van de Gezondheidsraad worden voortaan alleen uitstrijkjes waarop humaan papillomavirus (HPV (humaan papillomavirus)), dat baarmoederhalskanker kan veroorzaken, aanwezig is onderzocht. En er is nóg een belangrijke verandering in het nieuwe bevolkingsonderzoek. Vanaf 2017 is er ook een ‘zelfafnameset’ beschikbaar die vrouwen de mogelijkheid geeft om zelf thuis materiaal af te nemen en op te sturen. Zo worden ook vrouwen bereikt die anders niet meedoen aan het bevolkingsonderzoek omdat ze erg opzien tegen het laten afnemen van een uitstrijkje bij de huisarts.
2017 Nieuwbouw Utrecht Science Park
Het Rijksvastgoedbedrijf laat in Utrecht nieuwbouw ontwikkelen voor het RIVM. Wie over de snelweg A27 rijdt ziet de nieuwbouw boven de boomtoppen op het Utrecht Science Park verschijnen. In 2025 is het nieuwe gebouw van 18 verdiepingen met kantoren en laboratoria gereed en keert het instituut terug naar Utrecht.
2018
Nieuwe tienervacci-natie
Op 1 oktober gaat de vaccinatiecampagne tegen meningokokkenziekte van start. In Nederland zien we sinds een aantal jaren een toename van ziekte door type W. Vóór 2015 waren er minder dan 10 ziektegevallen per jaar en overleed er heel af en toe iemand door dit type.
2018
Steeds meer mentale druk en drukte
De komende jaren gaan zowel de levensverwachting als de gezonde levensverwachting omhoog, zo blijkt uit de Volksgezondheid Toekomst Verkenning (VTV (Volksgezondheid Toekomst Verkenning)). Een gezond vooruitzicht. In de VTV komen drie belangrijke maatschappelijke opgaven naar voren: de toename van dementie, meer mentale druk voor studenten en de forse toename van chronische aandoeningen. Dit laatste komt niet alleen door vergrijzing maar is ook de keerzijde van het succes van het behandelen van aandoeningen als kanker en hart- en vaatziekten. Naast de toename van dementie en chronische aandoeningen is een derde maatschappelijke opgave het toenemen van de ervaren mentale druk en drukte in het dagelijks leven. Zo ervaren scholieren en studenten meer prestatiedruk.
2019
Grootschalig onderzoek naar preventie van dementie
In een landelijk netwerk van tien partijen werkt het RIVM aan een nieuw grootschalig onderzoek in Nederland naar het voorkómen van dementie. Voor het eerst wordt deze ziekte zo systematisch onderzocht. Het RIVM richt zich vooral op het verband tussen leefstijl en cognitieve achteruitgang.
2019
Veiligheids-beleving
Hoe veilig voelen burgers zich als zij in een omgeving met veel chemische industrie wonen? Het RIVM ontwikkelde een vragenlijst om deze veiligheidsbeleving te peilen. De vragenlijst blijkt geschikt om het gevoel van veiligheid te peilen. En de antwoorden maken duidelijk welke factoren samenhangen met de veiligheidsbeleving. De resultaten uit een dergelijk onderzoek kunnen gebruikt worden om de communicatie beter op de beleving te laten aansluiten.
Blik op de toekomst
In 2020 was ineens alles anders door de coronapandemie. Al onze expertise zetten we in voor de bestrijding hiervan. Kennis over infectieziektebestrijding, epidemiologie, milieu en gedrag brengen we bij elkaar. Meer dan ooit is dat nodig. Binnen en buiten het RIVM werken we samen om de coronacrisis zo snel mogelijk achter ons te laten.
Betrokkenheid en inzet voor gezonde mensen in een schone, veilige leefomgeving, dat is waar we voor staan. Nu en in de toekomst.