In een ondergronds kabelbed liggen geïsoleerde hoogspanningskabels. Deze liggen meestal op ongeveer anderhalve meter onder het maaiveld . Omdat de grond het magneetveld niet tegenhoudt, is er ook bovengronds een magneetveld aanwezig. De sterkte van het magneetveld in de buurt van ondergrondse hoogspanningskabels hangt niet alleen af van de stroom die door de kabels gaat. De sterkte hangt ook af van de diepte en de manier waarop de kabels in de grond liggen, bijvoorbeeld naast elkaar of in driehoek. Direct boven de kabels is het magneetveld het sterkst. De sterkte kan voor kabels op 1,2 meter diepte variëren tussen ongeveer 5 en 50 microtesla. Verder van het kabelbed neemt de magneetveldsterkte af. Deze afname gaat sneller dan bij een bovengrondse hoogspanningslijn. Als de kabels op grotere diepte liggen, bijvoorbeeld bij een boring op 10- 15 meter diepte, zal het magneetveld boven de grond ook lager zijn.
Figuur 2 laat het magneetveldprofiel van ondergrondse kabels zien die op 1,2 meter diepte naast elkaar liggen. Om dit te vergelijken, hebben we het profiel van de bovengrondse 380 kV (kilovolt) lijn uit figuur 1 opgenomen.
Figuur 2
Sla de grafiek Magneetveld en afstand over en ga naar de datatabelFiguur 2 Verband tussen de sterkte van het magneetveld en de afstand tot het hart van het kabelbed (of de hoogspanningslijn) bij ondergrondse hoogspanningskabels die op 1,2 meter diepte naast elkaar liggen en een bovengrondse hoogspanningslijn (bron: voorbeeldberekening RIVM, 2018)