Hepatitis C is een besmettelijke ziekte. Mensen krijgen het door een virus.

Door het hepatitis C-virus kunt u een ontsteking van de lever krijgen. Soms kan dit ernstige gevolgen hebben.

Hepatitis C komt weinig voor in Nederland.

Mensen kunnen lange tijd hepatitis C hebben zonder dat ze er iets van merken.

Door een langdurende ontsteking van de lever kan de lever erg beschadigd raken.

De klachten kunnen zijn:

• misselijk en braken
• erg moe
• weinig zin in eten
• een gevoel alsof u griep heeft
• geel worden van de huid en het oogwit
• donkere urine
• licht gekleurde ontlasting (grijs-wit)
• pijn boven in de buik aan de rechterkant

De tijd tussen besmet raken en ziek worden is ongeveer 2 maanden.

Bij de meeste mensen verdwijnt het virus niet. Men spreekt dan van chronische hepatitis C.

Je kunt het virus al bij je hebben en al besmettelijk zijn vóórdat je klachten hebt, of zelfs zónder dat je klachten hebt. Je blijft besmettelijk totdat het virus uit je lichaam verdwenen is.

Meestal raakt je besmet door bloed van iemand die het hepatitis C-virus in het lichaam bij zich draagt.

• Door samen dezelfde injectienaalden te gebruiken. Mensen die drugs gebruiken doen dat vaak.
• Door bloedtransfusie. Bij een bloedtransfusie krijgen mensen bloed van iemand anders. Dit gebeurt bijvoorbeeld na een operatie. In Nederland wordt bloed van donors gecontroleerd op hepatitis C. Dit gebeurt vanaf 1992.
• Door een tatoeage of piercing te laten zetten waarbij geen schone naalden worden gebruikt.
• Door je te prikken aan gebruikte naalden voor injectie.
• Een zwangere vrouw die besmet is, kan bij de bevalling haar baby besmetten. De kans daarop is klein.
• Door onveilige seks. Soms komt bij seks wat bloed vrij (ruwe seks). De kans om zo besmet te raken is erg klein.

Het virus kan niet overgebracht worden door gewoon contact zoals iemand een hand geven, knuffelen of een zoen geven.

Het virus wordt ook niet overgebracht door het samen gebruiken van servies of bestek, of gebruik van hetzelfde toilet.

Iedereen kan besmet raken en ziek worden. Een doorgemaakte infectie geeft geen (levenslange) bescherming tegen een nieuwe infectie.

Sommige mensen hebben meer kans op hepatitis C:

• mensen geboren in een land waar hepatitis C veel voorkomt;
• mensen die drugs spuiten en vuile naalden gebruiken;
• mensen die vóór 1992 bloed hebben gekregen;
• mannen die seks hebben met mannen en leven met hiv humaan immunodeficientievirus (humaan immunodeficientievirus) of hiv-PrEP pre-expositie profylaxisis (pre-expositie profylaxisis) gebruiken.

Wat kan je doen om hepatitis C te voorkomen?

Er is geen inenting om de ziekte te voorkomen.

Het is belangrijk dat je op het volgende let:

• Gebruik je tandenborstel alleen voor jezelf.
• Gebruik je scheermes alleen voor jezelf.
• Pas op met bloed bij wondjes verbinden, gebruik waterdichte pleisters.
• Zorg dat bloed van een ander niet in een wondje kan komen.
• Zorg dat bloed van een ander niet op het slijmvlies van oog, mond en neus komt.
• Vrij veilig, dus met condoom.
• Gebruik geen injectienaalden die door anderen zijn gebruikt.
• Laat je een tatoeage of piercing zetten? Let er dan op dat dit met steriele naalden gebeurt.

Heb je toch contact gehad met bloed en is dat bloed in een wondje terecht gekomen? Laat dan het wondje goed bloeden. Spoel dan met lauw stromend water. Ontsmet daarna de wond met bijvoorbeeld jodium en bel de huisarts.

Er zijn verschillende medicijnen voor Hepatitis C. Voor de behandeling moet je naar een specialist in het ziekenhuis.

Het is beter om geen alcohol te drinken als je hepatitis C hebt. Alcohol kan de lever nog meer beschadigen.

Heb je klachten die lijken op hepatitis C? Ga dan naar de huisarts. De huisarts kan onderzoeken of u hepatitis C hebt.

Bij gewone activiteiten is er geen kans op besmetting. Thuis blijven is dus niet nodig.