Het RIVM meet, modelleert en berekent geluidniveaus voor de geluidbronnen wegverkeer, treinverkeer en vliegverkeer. Ook modelleert het de overdracht van de geluidbron naar de ontvanger.
Geluid in onze leefomgeving is veelal afkomstig van verkeer, zoals vrachtwagens, auto’s, treinen en vliegtuigen. Daarnaast kan door activiteiten als fabrieken, windturbines, schietterreinen, evenementen en horeca het geluidniveau in de leefomgeving toenemen. Voor al deze bronnen van geluid is in wetten en regels vastgelegd tot welk niveau ze geluid mogen maken.
Monitoren van geluidniveaus
Het meten en berekenen van geluidniveaus gebeurt om de geluidniveaus van wegverkeer, spoor en luchtvaart in Nederland te monitoren. De geluidmetingen langs rijkswegen en spoorwegen uit het Trendmeetnet Geluid worden ook gebruikt voor de validatie van rekenmodellen.
Verbeteren van metingen en berekeningen luchtvaart
Voor verbetering van geluidmetingen en -berekeningen bij luchtvaart werkt het RIVM met NLR (Nationaal Lucht- en Ruimtevaartlaboratorium) en KNMI (Koninklijk Meteorologisch Instituut) aan een landelijke programmatische aanpak meten vlieggeluid. Verder bepaalt het RIVM de totale bijdrage van weg-, spoor en luchtvaartgeluid. Die gegevens zijn bedoeld voor kwalitatieve beoordeling, niet voor wettelijke toetsing.
Voor het berekenen van de overdracht van het geluid ontwikkelt en beheert het RIVM samen met het Kadaster en de TU (Technische Universiteit) Delft een 3D omgevingsmodel Geluid. Ook ontwikkelt het RIVM een landelijk geluidregister, de Centrale Voorziening Geluidgegevens