Tijdens de periodes met coronamaatregelen veranderde er veel in het dagelijks leven van jongeren. Daarom vroegen we hen welke gebeurtenissen zij meemaakten tijdens de coronaperiode en of de coronaperiode nu nog invloed heeft op hun leven. Op deze pagina bespreken we de resultaten van het vijfde kwartaalonderzoek (september 2022). Dit is onderdeel van het Gezondheidsonderzoek COVID-19

Meer jongeren hebben corona gehad

We vroegen de jongeren welke corona-gerelateerde gebeurtenissen zij meemaakten tijdens de coronaperiode. Hierbij konden ze verschillende gebeurtenissen aankruisen. Het aantal jongeren dat 1 of meer corona-gerelateerde gebeurtenissen heeft meegemaakt stijgt. Deze groep groeide van 84% in maart 2022 naar 89% in september 2022. Vergeleken met de vorige ronde (juni 2022) waren er meer jongeren die zeiden dat ze zelf corona gehad hebben (van 64% naar 71%) en dat ze bang waren dat zij zelf of iemand die belangrijk voor hen is corona zou krijgen (van 33% naar 37%).  

In deze ronde gaf een derde van de jongeren aan dat ze een belangrijke gebeurtenis of evenement hebben gemist door het coronavirus of de maatregelen. Denk aan mogelijkheden om eropuit te gaan en feestelijke momenten zoals examenuitreikingen en verjaardagen. Meer jongeren geven aan dat ze zulke dingen hebben gemist dan in de vorige ronde (juni 2022), toen was dit een kwart. 

Minder jongeren ervaren impact van gebeurtenissen  

Steeds minder jongeren geven aan dat ze nog last hebben van hun besmetting (12% in september 2022 en 21% in juni) of hun angst voor besmetting (13% in september en 17% in juni). Sinds deze ronde neemt ook het aantal jongeren af dat nog last had van het overlijden van een dierbare. Nog 30% had hier last van, vergeleken met 54% in juni 2022. Ook jongeren die veel coronazieken en overlijdens zagen op hun werk, hebben daar minder vaak last van (van 23% in juni naar 11% in september).  

De grafiek hieronder laat per ronde zien hoeveel procent van de jongeren een bepaalde gebeurtenis had meegemaakt. De grafiek in het rechter tabblad laat per gebeurtenis zien hoeveel procent van de jongeren daar nog last van hadden. 

Minder jongeren met kans op posttraumatische stressstoornis 

Jongeren die aangaven nog last te hebben van een gebeurtenis, kregen extra vragen om vast te stellen of de klachten die zij ervaren, betekenen dat ze mogelijk een risico hebben tot het ontwikkelen van een posttraumatische stressstoornis. Bij 2,5% van de jongeren was dit het geval, vergeleken met 6% in de twee metingen daarvóór. Dat aantal is dus meer dan gehalveerd.  

Als we rekening houden met alle demografische gegevens en gegevens over sociale activiteit, zien we dat vooral jongeren die in de afgelopen 7 dagen geen sociale activiteiten hebben ondernomen een duidelijk grotere kans hebben op symptomen van PTSS Posttraumatische Stressstoornis (Posttraumatische Stressstoornis). Denk bij deze sociale activiteiten aan school of werk, naar buiten gaan om te bewegen, bezoek ontvangen of op bezoek gaan.  

Ervaren invloed van de coronaperiode op het leven 

Naast de meerkeuzevragen stelden we deze ronde ook een vraag met open antwoordveld over de invloed van de coronaperiode op het leven van jongeren. In totaal gaven 1.519 jongeren (32% van de deelnemers) antwoord op deze vraag. De antwoorden zijn gegroepeerd op onderwerp. We bespreken de onderwerpen die het vaakst voorkomen eerst.

Invloed op persoonlijke ontwikkeling 

Jongeren noemen in hun antwoorden het vaakst dat de coronaperiode (vooral de maatregelen) een negatieve invloed heeft gehad op hun persoonlijke ontwikkeling. Denk aan studievertraging en het missen van levenservaring.  

Jongeren die studievertraging noemen lopen bijvoorbeeld achter op school of zijn gezakt voor hun eindexamens. Anderen lopen vertraging op omdat een belangrijke stage is uitgesteld: “Mijn coschappen zijn uitgesteld door corona waardoor ik nu achterloop in mijn studie”. Jongeren die een reden geven voor hun studievertraging of schoolachterstand, noemen meestal het afstandsonderwijs. Ze vonden school of studie online lastiger te volgen en “online les hielp niet met motivatie”. Een paar noemen dat ze de kwaliteit van het onderwijs lager vonden. Ook zijn er jongeren die studeerden of werkten in de cultuursector, maar iets anders zijn gaan doen omdat er geen werk voor ze was. Anderen liepen vertraging op omdat ze last hebben van post-COVID symptomen zoals moeheid en concentratieproblemen.  

Door de coronamaatregelen hebben jongeren veel ervaringen gemist die gebruikelijk zijn voor mensen van hun leeftijd. Naast belangrijke momenten zoals afscheid nemen van de basisschool of diploma-uitreikingen gaat het vooral over situaties waarin je mensen leert kennen en nieuwe vrienden maakt. Denk hierbij aan naar school gaan, het studentenleven meemaken en uitgaan. Dat ze dit niet hebben meegemaakt, gaat in tegen persoonlijke en maatschappelijke verwachtingen. Daardoor hebben ze het gevoel dat ze levenservaring missen of tijd verloren zijn.  

Een deel van de jongeren wil het liefst zo veel mogelijk ondernemen, nu het weer kan. Ze willen de verloren tijd inhalen: “Heel erg het gevoel hebben alsof je van alles nog moet inhalen. Feestjes met vrienden, festivals, uitgaan etc. Alles wat niet vanzelfsprekend was in de coronaperiode”. Daarbij merken sommige jongeren dat hun bewegingsvrijheid nog steeds beperkt wordt. Als ze niet gevaccineerd zijn, mogen ze sommige landen nog niet in.

Ook jongeren met een familielid dat langdurige klachten heeft overgehouden aan een coronabesmetting, merken daarvan de invloed op hun persoonlijke ontwikkeling: “Mijn zus heeft ernstige long-covid met tot nu toe weinig zicht op vooruitgang. Dit drukt zijn stempel op het hele gezin.” 

“Ik ben gezakt voor mijn havodiploma.” 

“Ik heb een achterstand gehad met school, want tijdens de online lessen kan ik me niet goed concentreren. Hierdoor heb ik lesstof gemist en dat is allemaal moeilijk bij te werken.” 

“Mijn studie heeft flinke vertraging opgelopen, waardoor ik nu nog niet klaar ben. Dit heeft weer gevolgen voor mijn financiële situatie. Mijn spaargeld begint op te raken en dit is een van de redenen dat ik na mijn bachelor geen master ga doen. Daarnaast heb ik door de coronaperiode veel over mezelf geleerd en daardoor leef ik nu anders.” 

“Ik kon mijn droombaan niet uitvoeren, ik heb mij omgeschoold.” 

“Ik heb geen tussenjaar genomen, wat ik wel wilde doen (en daardoor hoognodige rust niet kunnen nemen). Mijn moeder heeft heel lang last gehad van longcovid en nu nog steeds, wat ons gezinsleven sterk beïnvloedde.”  

“Ontzettend veel kansen misgelopen die ik niet meer kan inhalen op vorige generaties. Loop voor mijn gevoel met cv en sociaal achter op andere generaties waar ik straks in competitie mee moet in de arbeids- en huizenmarkt.” 

“Gevoel dat ik geen activiteiten mag missen nu omdat er straks misschien weer een lockdown komt waardoor niks meer mag.” 

Invloed op het sociale leven

Door de coronamaatregelen hebben jongeren weinig contact kunnen hebben met leeftijdsgenoten. Veel jongeren geven aan dat ze daardoor nu nog steeds minder vrienden hebben dan als ze wel fysiek naar school, studie, studentenvereniging of werk hadden kunnen gaan. Zij voelen zich hier eenzaam door. Meestal zijn vriendschappen verwaterd doordat afspreken lastiger was en soms door meningsverschillen over coronabeleid.  

Vergeleken met de vorige meting, geven jongeren vaker aan dat ze last hebben van sociaal ongemak. Jongeren vertellen dat mensen anders met elkaar omgaan. Ze voelen dat anderen terughoudend zijn met afspreken of fysiek meer afstand houden. Soms willen ze dat zelf ook of voelt het onwennig om in grote groepen te zijn: “Ik wil graag dat mensen afstand van me houden, tenzij ik ze goed ken” en “ik kan veel minder goed tegen mensen om me heen en sociale interacties vergen energie.”

Ook verwoorden jongeren dat ze moeite hebben gekregen met sociaal contact: “Ik voel me veel meer afgezonderd van onbekenden, en ik vind het lastig om met vreemden gesprekken te voeren”, “ik ben minder sociaal geworden” en “sneller overprikkeld, introverter geworden”.  De meeste jongeren ervaren last van hun sociaal ongemak, omdat ze juist sociale contacten willen opbouwen.

Een andere groep jongeren heeft minder behoefte aan sociaal contact, zij zijn blij dat hun leven nu rustiger is dan voor de coronapandemie. De jongeren die juist de rust van de coronaperiode willen behouden merken dat het onwillekeurig toch weer drukker wordt. Zij “verlangen naar de verplichte rust” en iemand zegt: “Het is in één keer weer veel te druk geworden toen alle laatste maatregelen weggingen en ik heb door het snelle leven van iedereen om me heen (omdat iedereen tijd wil inhalen denk ik) nog geen balans kunnen vinden.” 

“Er is een afstand tussen vrienden ontstaan omdat iedereen elkaar minder zag. Dit heeft zich nooit volledig hersteld.”   

“Toch nog voorzichtig, twijfelachtig, ongemakkelijk.”  

“Ik vind het soms lastiger om op mensen af te stappen en ben bang dat ik door mijn vermoeidheid nu weer dingen mis waar ik niet bij kan zijn (die er niet waren tijdens de coronapandemie).” 

“Beperking in contacten buiten de deur. Door de gewenning minder de neiging om mensen op te zoeken, vind het nu prettiger om alleen te zijn.” 

“Ik heb het gevoel dat mensen meer afstand hebben naar elkaar. Waar in het begin iedereen veel voor elkaar deed en moeite deed om in contact te blijven met anderen is dit erg verwaterd. Ik vind dat de maatschappij eenzamer is geworden. Ik voel me ook eenzamer in de maatschappij. Alsof we nog verder uit elkaar zijn gegroeid dan we al waren. Ik mis verbinding.”  

“Mijn sociale vaardigheden zijn beïnvloed door de lockdowns.” 

“Complete achterstand in sociale ontwikkeling. Schulden gemaakt terwijl ik ontzettend geïsoleerd was.”  

“Door gebrek aan les op mijn opleiding, ben ik mijn medestudenten uit het oog verloren. Minder praktijkervaring op kunnen doen door kwijtgescholden stage-uren en minder praktijkles. Benauwd gevoel dat ontstaat wanneer ik een ruimte binnenkom waar het drukker is of wanneer er te veel mensen te dichtbij komen.” 

“Ik vind het lastig om te verwoorden, maar ik denk dat heel veel jongeren zich alleen of zelf eenzaam zijn gaan voelen. Tegelijkertijd hadden we het gevoel alsof we hier niet mee mochten zitten of over mochten klagen "want er waren anderen die het slechter hadden". We hebben geen enkele vorm van steun gekregen over hoe we moesten omgaan met deze situatie. Ik ben in de lockdown op mezelf gaan wonen, net zoals vele van mijn vrienden. Dit was al een enorme overgang, ook nog in combinatie met beginnen aan een studie. Iedereen was maandenlang ontzettend gedeprimeerd, maar wist niet hoe hier mee om te gaan. Het hoorde er gewoon bij, leek het wel. Want niemand keek naar ons om. Ik merk dat veel mensen nu nog steeds niet weten hoe ze met gedachtes en angsten om moeten gaan. Mensen stoppen het gewoon weg. Studenten zijn of te gefocust en gestrest over hun studie, of hebben het maar opgegeven door de slechte start. Verder merk ik ook dat het contact tussen mensen is veranderd, hoe we met elkaar praten.” 

Invloed op mentaal welzijn

De coronaperiode heeft invloed gehad op mentale klachten die jongeren ervaren. Ook hebben ze soms negatieve gedachten over de toekomst en vinden ze het lastig om weer een routine op te bouwen na alle veranderingen van de afgelopen 2,5 jaar. 

Mentale klachten die jongeren noemen zijn angst, eenzaamheid, stress, demotivatie voor hun opleiding, somberheid of depressiviteit, eetstoornis en smetvrees. De meeste van deze klachten zijn veroorzaakt of versterkt door de coronamaatregelen. Iemand zegt: “Ik merk dat ik nog steeds moe ben van de stress die de coronaperiode veroorzaakte”. Een ander heeft “suïcidale gedachten door gebrek aan activiteiten en stress door het niet hebben van werk”. Jongeren met schoolachterstanden noemen ook regelmatig dat dit invloed heeft op hun mentale welzijn: “Veel studievertraging, ongelukkige gevoelens.” 

Jongeren noemen ook dat ze onzeker zijn over de toekomst. Ze zijn bang dat er weer maatregelen komen. Ze zien ertegenop om opnieuw geen sociaal contact te kunnen hebben. Anderen werken in de zorg en hebben nu al een hoge werkdruk. Als jongeren door eerdere maatregelen financieel geraakt zijn, kan de gedachte aan nieuwe maatregelen hen stress geven: “Onzekerheid. Ik ben werkzaam in een branche die volledig stil gelegd kan worden en dus wordt het lastig om vooruit te kijken.”

Onzekerheid over de toekomst komt ook omdat de coronaperiode heeft laten zien dat er plotseling iets kan gebeuren wat het leven van jongeren op de kop kan zetten. Uit de antwoorden van jongeren spreekt een pessimistischer wereldbeeld, wat zij toekennen aan de coronapandemie. Daarnaast spelen er allerlei andere problemen in de maatschappij waar jongeren zich zorgen over maken. Denk aan klimaat, polarisatie en inflatie: “Stress om waar onze maatschappij naartoe gaat en toekomst voor onze kinderen.” 

Er zijn ook jongeren die bang zijn voor besmetting of dat een dierbare corona krijgt en eraan overlijdt. Iemand zegt: “Ik ben snel angstig als ik verkouden ben, ik vergeet dan dat er ook andere ziektes zijn zoals de griep of een simpel verkoudheidsvirus. Ik heb het gevoel dat ik me dan MOET testen, uit angst om mensen om mee heen te besmetten”. Jongeren lijken zich vooral zorgen te maken om besmetting van een ander (bijvoorbeeld een opa of oma). Een andere reden is dat ze door besmetting een belangrijke gebeurtenis zouden kunnen missen: “Angst om het te krijgen of dat een ander het krijgt en dat een belangrijke afspraak daardoor niet kan doorgaan.” 

Daarnaast zijn er jongeren die moeite hebben om hun leven weer op te pakken. Een jongere schrijft: “Lastig een ritme te vinden met school, daarnaast ook snel een opgebrand gevoel na meerdere drukke dagen.”

“Ik voel me leeg, heb weinig emoties. Heb geen motivatie en levenslust. Ik heb geen vertrouwen in de overheid en in scholen.”  

“Ik heb een burn-out ontwikkeld tijdens de coronaperiode. Zowel lichamelijk als geestelijk ben ik daarvan nog aan het herstellen. Corona was daar niet per definitie een oorzaak van, maar heeft wel als versterker gediend.” 

“Vanwege de grote vertraging in de zorg zijn wachtlijsten voor GGZ geestelijke gezondheidszorg (geestelijke gezondheidszorg) en transzorg enorm verlengd, dit heeft ervoor gezorgd dat mijn leven eigenlijk 2,5 jaar op pauze heeft gestaan. Dit is een erg depressieve periode in mijn leven geweest.”  

“Ik ben banger voor 'vieze' plekken in het algemeen uit angst voor zowel corona als andere besmettelijke ziektes, in het openbaar wil ik minder dingen aanraken, was vaker mijn handen etc.” 

“Ik heb autisme dus vond corona heel lastig want alles had ineens andere regels. Zelfs boodschappen doen vond ik lastig want ik wist niet aan welke regels ik me moest houden.” 

“Geen vast ritme in mijn dagelijkse leven en meer stress door school omdat ik minder motivatie had. Ik had wel veel minder sociale angst tijdens corona omdat ik meer thuis kon blijven.” 

Invloed op fysieke gezondheid

Als jongeren het hebben over de effecten van de coronaperiode op hun fysieke gezondheid, gaat dit meestal over hun eigen coronabesmetting en de klachten die ze daar nog van ervaren. Het kan dat ze nog vaak moe zijn, minder ruiken en proeven of een vervormde geur of smaak hebben, concentratieverlies hebben of kortademig zijn. Een paar jongeren hebben het idee dat ze vaker verkouden zijn dan voordat ze COVID-19 kregen. Sommige respondenten geven aan post-COVID te hebben.  

Er is ook een groepje jongeren dat een slechtere conditie kreeg doordat de sportscholen dicht waren. Een paar zijn (veel) aangekomen in de coronaperiode. Deze fysieke gevolgen hangen samen met de coronamaatregelen. 

“Verminderde weerstand, problemen met geur en smaak.” 

“Benauwend drukkend gevoel op de borst.” 

“Nog af en toe moe en geheugenverlies.” 

“Ik merk dat mijn fitheid in de periode dat ik covid heb gehad behoorlijk achteruit is gegaan. Ik heb af en toe nog steeds last van dingen die waarschijnlijk te maken hebben met mijn covid infectie.” 

“Ik heb long COVID. Dus mijn conditie is echt 0.” 

“In gewicht aangekomen wat er moeilijk af gaat.” 

“Ik ben er op achteruit gegaan met mijn sport, wat ik heel naar vond. Terwijl de top van Nederland gewoon door mocht trainen.” 

Invloed op werk en onderwijs

Jongeren noemen hybride of thuis leren en werken als negatieve invloed van de coronaperiode. Er zijn ook jongeren die de mogelijkheid van thuiswerken en onlineonderwijs juist positief waarderen, maar dit is een minderheid. Jongeren zien het niet naar school of studie gaan als een gemiste kans om vrienden te maken en het thuiswerken zorgt voor minder contact met collega's. Als starters op de arbeidsmarkt voelen jongeren dat als een gemis.  

Een andere invloed van de coronaperiode is dat de werkdruk soms hoog is doordat collega's langdurige ziek zijn door corona.  

“Studeren gaat slechter, ook doordat nu nog steeds stukken onderwijs online zijn.” 

“Mijn klasgenoten missen veel kennis waardoor de lessen traag gaan.”  

“Het heeft de start van mijn carrière aanzienlijk minder succesvol gemaakt. Omdat bedrijven geen juniors konden begeleiden en veel bedrijven niemand aannamen en fulltime thuiswerken als starter echt verschrikkelijk was.” 

“Ik werk nog steeds nagenoeg volledig thuis. Eerst was dat een volledige kantoorbaan. Nu is dat hybride maar overwegend thuis. Dat maakt het werk anders en geeft een uitdaging om een goed teamgevoel te hebben.” 

“Negatief: nog steeds personeelstekort door langdurig zieken door corona.” 

Veranderingen in de maatschappij en andere blik op de politiek

De coronamaatregelen hebben gevolgen gehad voor hoe jongeren de maatschappij en politiek zien. De ene maakt zich zorgen om de polarisatie of ervaart dat contact met familie of vrienden moeizamer verloopt door verschil van mening over de coronamaatregelen. De ander is zelf het vertrouwen in de overheid verloren of voelt zich niet gehoord door de politiek. Jongeren maken zich zorgen om de maatschappij en om hun eigen vrijheid.  

“Familieleden zijn antivax/complottheorieën gaan geloven. Dit levert soms spanningen op in de familie.” 

“Angst voor vaccinatiedwang, geen vertrouwen in aanpak politiek.”  

“Laat mij aub naar school gaan. Luister naar ons! Jonge mensen zijn ook belangrijk.”  

“Ik ben vrij bang dat er weer een lockdown komt, waar ik toch een soort trauma aan heb overgehouden. Verder vertrouw ik de overheid nu niet meer.” 

“Afpakken van vrijheden mag nooit meer gebeuren door deze fascistische regering.” 

“Ik ben bang voor de aanstaande coronawet waarbij beperkingen door de overheid bij een nieuwe mogelijke uitbraak opgelegd en uitgevoerd kunnen worden.” 

“Frustratie jegens de overheid. Angst dat de overheid weer maatregelen invoert die inbreuk maken op mijn vrijheid en een gevoel van machteloosheid.”  

Financiële gevolgen

Voor sommige jongeren heeft de coronaperiode financiële gevolgen gehad, bijvoorbeeld omdat hun studievertraging zorgt voor een hogere studieschuld. Anderen zijn hun baan verloren of hebben minder werk als zzp’er in de evenementensector. Jongeren merken ook op dat alles duurder is geworden.  

“Studievertraging dus een hogere studieschuld. Hoge kosten voor psycholoog.” 

“Ik heb long-covid en heb hierdoor mijn baan verloren.” 

“Ik ben thuis komen te zitten vanwege een aantal factoren, maar zeker ook door de eenzaamheid tijdens de coronaperiode. Daarnaast kon ik door de langere wachttijden in de GGZ geestelijke gezondheidszorg (geestelijke gezondheidszorg) pas na een jaar en enkele maanden terecht bij de juiste persoon voor hulp. Dit heeft de situatie dusdanig vertraagd dat ik nu in de financiële problemen ben gekomen.” 

“Ik ben mijn baan 2 keer verloren. Het was erg moeilijk om een goed betaalde baan te vinden in de Coronatijd en heb daardoor veel spaargeld moeten gebruiken.” 

“De economische crisis als gevolg van de lockdowns zorgt ervoor dat bepaalde kosten moeilijk te betalen zijn.” 

Positieve invloed van de coronaperiode

De coronaperiode heeft ook positieve invloed gehad op het leven van jongeren. Er zijn jongeren die het thuiswerken fijn vinden of blij zijn dat ze online college kunnen volgen. Bijvoorbeeld omdat ze zich thuis beter kunnen concentreren of omdat ze meer ruimte in hun agenda overhouden doordat de reisafstand naar werk of studie wegvalt.

Het gedwongen thuis zijn heeft ook positieve invloed gehad op de persoonlijke ontwikkeling. Jongeren geven aan dat ze zichzelf beter hebben leren kennen en beter alleen kunnen zijn: “Het heeft me meer laten na denken over het leven en wat ik wil” en “ik kan beter op mezelf zijn”. Ook hebben sommigen zich beter kunnen richten op hun studie of een nieuwe hobby gevonden.  

De coronaperiode heeft zaken in perspectief gezet, waardoor jongeren beter weten ze belangrijk vinden in hun leven. Daarnaast genieten ze nu ook weer extra van de vrijheid, nu er geen maatregelen gelden en alles weer kan wat ze een periode hebben moeten missen. 

“Mogelijkheid tot het werken vanuit huis en deels op kantoor zorgt voor een prettige afwisseling die ik zelf kan inrichten.” 

“Door het werken in de zorg tijdens de corona periode heb ik veel ervaring opgedaan, zowel goed als minder goed.” 

“Eigen mening gevonden.” 

“Ik ben meer gewend geraakt aan thuis zijn (werken maar ook mijzelf vermaken in huis).” 

“Ik heb meer rust bij mezelf gevonden doordat ik nu weet dat ik het fijn vind om tijd voor mezelf te hebben/nemen en me niet meer slecht voel als ik een avond of in het weekend niks doe, terwijl anderen wel leuke dingen doen.” 

“Ik schat de waarde van sociale gelegenheden nu anders in en leg andere prioriteiten in mijn studie-werk-privébalans. Ik geef nu gemakkelijker voorrang aan sociale activiteiten, ook als dat ten koste zou gaan van studieprestaties etc.” 

“Ik geniet nu meer van wat er allemaal wel kan.”