In de respons op milieu-incidenten werkt de MOD samen met andere instanties en laboratoria, zoals Wageningen Food Safety Research (WFSR) en het Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum (NVIC). De MOD maakt onderdeel uit van het Crisis Expert Team milieu en drinkwater (CET-md) en is het loket van het Landelijke Laboratorium Netwerk-terroristische aanslagen (LLN-ta).
Crisis Expert Team milieu en drinkwater (CET-md)
Het Crisis Expert Team milieu en drinkwater (CET-md) biedt 24/7 ondersteuning bij complexe incidenten in Nederland op het gebied van milieu en drinkwater.
Bij dit soort incidenten werkt het RIVM samen met andere kennisinstituten, die gespecialiseerde kennis en deskundigheid in huis hebben over gevaarlijke stoffen en hun effecten op de gezondheid, het milieu, de landbouw en de voedselketen. Het CET-md (Crisis Expert Team milieu en drinkwater) bundelt de kennis van acht (overheids)instellingen en kennisinstituten. Samen bieden zij gevraagd of ongevraagd een deskundig advies over mogelijke risico’s en maatregelen.
De Rijksoverheid, veiligheidsregio’s en drinkwaterbedrijven kunnen een beroep doen op de kennis en expertise van het CET-md.
Landelijk Laboratorium Netwerk-terroristische aanslagen (LLN-ta)
Het Landelijk Laboratorium Netwerk-terroristische aanslagen (LLN-ta (Landelijk Laboratorium Netwerk terroristische aanslagen )) is een samenwerkingsverband van specialistische laboratoria. Zij leveren kennis en expertise als er mogelijk sprake is van al dan niet moedwillige incidenten met CBRN (Chemische, biologische, radiologische en nucleaire )-agentia. Het LLN-ta zorgt voor een efficiënte en snelle inzet van meet- en analysefaciliteiten en voldoende meetcapaciteit. Het netwerk bestaat uit het Nederlands Forensisch Instituut (NFI (Nederlands Forensisch Instituut)), TNO, Wageningen Food Safety Research (WFSR (Wageningen Food Safety Research )), Wageningen Bioveterinary Research (WBVR (Wageningen Bioveterinary Research)), KWR (Watercycle Research Institute) Water, Douanelaboratorium en het RIVM. Het LLN-ta is via de MOD (Milieuongevallen Dienst )-coördinator 24/7 bereikbaar.
Het RIVM is het loket voor het LLN-ta. Het RIVM voert een CBRN-screening uit en bekijkt conform het PVO (Protocol Verdachte Objecten ) of nadere analyses door de gespecialiseerde laboratoria nodig zijn. Bijvoorbeeld om de uitslag te bevestigen of voor verdere identificatie van de agentia. Bij aanslagen met CBRN-agentia of dreiging daarop werkt het RIVM samen met expertise-eenheden van politie en Defensie.
Video Responsorganisatie in beeld
Video Rol van RIVM bij CBRN-incidenten
Telefoon gaat over. Spannende muziek begint.
Beeld: locatie van aanslag.
Voice-over: 112 alarmcentrale, wie wilt u spreken? Politie, brandweer of ambulance?
Voice-over: Een grote aanslag met CBRN-agentia is gelukkig nog niet voorgekomen in Nederland, maar we moeten wel goed voorbereid zijn. En daarom staat de RIVM response-organisatie elke dag paraat.
Titel: RIVM onmisbaar voor identificatie CBRN agentia.
Voice-over: Dus door vast te stellen om welke CBRN-agentia het gaat en wat de effecten zijn op de gezondheid, helpen wij de hulpverleners en het bevoegde gezag met het opstellen van de juiste maatregelen.
Beeld: hulpverleners rijden het terrein op.
Titel: Oefening: poging tot drinkwaterverontreiniging.
Voice-over: In dit geval is er een aanslag geweest met explosieven en CBRN-agentia. Er is een melding binnen gekomen bij de politie en die heeft de overige hulpdiensten gewaarschuwd. Er is uiteindelijk beoordeeld dat het hier gaat om een dreigende situatie.
Beeld: overleg tussen verschillende teams
Voice-over: In deze situatie overlegt het RIVM met de partners, we verdelen daarbij onze informatie en we zetten de inzet-strategie uit. Na overleg gaan de veldteams zich gereed maken voor een inzet. Als eerste gaan de veldteams van Defensie naar binnen voor een controle op de explosieve en voor een eerste verkenning. En daarna gaan de veldteams van LTFO en RIVM naar binnen. LTFO van politie, die doet het sporenonderzoek, en wij van het RIVM doen een screening op de agentia.
Beeld: RIVM trekt gaspakken aan.
Voice-over: Gezien de omstandigheden is het hoogste beschermingsniveau noodzakelijk. En daarom werken onze monsternemers in gaspakken. Onze stralingsdeskundige is ook ter plaatsen voor advies.
Beeld: Gaspakkers gaan de locatie binnen.
Voice-over: De rol van het RIVM bij dit soort incidenten is om kennis en expertise te leveren. We kunnen monsters nemen en we kunnen deze monsters ook analyseren. En daarbij assisteren wij dus de hulpverleningsdiensten.
Beeld: Verschillende mensen in kantoorsetting.
Voice-over: Op het RIVM zit onze back-office klaar met modelleurs, toxicologen, stralingsdeskundigen en drinkwaterdeskundigen. En afhankelijk van de situatie schakelen wij de gewenste expertise in. Als het monster is veiliggesteld dan gaan we het screenen op die gevaarlijk CBRN-agentia. Die screening gebeurd in het MCBL, dat is ons mobiele laboratorium en dat duurt ongeveer 5 uur. En in dit lab kunnen we meer agentia detecteren dan met onze veldapparatuur. Ook veel lagere concentraties en we kunnen veel preciezer meten zodat we veel nauwkeuriger een uitspraak kunnen doen over om welke stoffen het zou gaan.
Beeld: handelingen in lab.
Voice-over: Deze screening op CBRN-agentia, ja die is uniek in Nederland.
Beeld: Collega aan het werk op kantoor.
Voice-over: En voor de identificatie en verificatie van deze stoffen werkt het RIVM ook samen met de laboratoria van het Landelijk Laboratorium Netwerk terreuraanslagen. En uiteindelijk worden de analyses en resultaten teruggekoppeld met duiding aan de hulpverleners. Ik vind het belangrijk dat ik als RIVM\'92er kan bij bijdragen door het helpen met analyseren van deze CBRN-agentia en op die manier hulpverleners en het bevoegde gezag te kunnen adviseren over beschermende maatregelen voor mens en milieu.
Eindslide: Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Responsorganisatie Milieu- en Stralingsincidenten.
Kijk voor meer informatie op: rivm.nl/ongevallen-en-rampen
Environmental Assessment Unit
Een aantal specialisten van de MOD (Milieuongevallen Dienst ) is opgeleid en getraind om ingezet te worden in gebieden buiten Nederland. Bijvoorbeeld als er behoefte is aan specialistisch advies over de (gezondheids)gevolgen van een milieu- of natuurramp. Internationaal heet de MOD dan Environmental Assessment Unit (EAU). Hierbij zijn monsternemers, meetspecialisten en risicobeoordelaars betrokken. De back-office-experts van de MOD zijn beschikbaar voor vragen.
De EAU maakt altijd deel uit van internationale hulpteams van de VN (Verenigde Naties) en/of de EU (Europese Unie). De EAU is een gezamenlijk initiatief van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat en het ministerie van Buitenlandse Zaken.