De salmonellabacterie zorgt in Nederland regelmatig voor darminfecties bij mensen. De bacterie kan in veel verschillende levensmiddelen voorkomen, maar vooral in die van dierlijke oorsprong zoals vlees, eieren en zuivelproducten.

Besmetting met een salmonellabacterie komt vaak voor in Nederland. De meeste mensen krijgen milde klachten die vanzelf weer verdwijnen. De reizigersziekten buiktyfus en paratyfus worden door een type salmonella veroorzaakt die in Nederland niet voorkomt.

Welke klachten krijg je van salmonella?

De tijd tussen het eten van voedsel dat besmet is met salmonella en de eerste klachten is meestal 12 tot 96 uur. Niet iedereen die besmet is met Salmonella wordt ernstig ziek. Deze klachten bestaan meestal uit diarree, buikkrampen, misselijkheid en braken. Deze klachten gaan meestal na 3 tot 7 dagen vanzelf voorbij. Soms hebben mensen ook hoofdpijn, koorts, spierpijn en/of gewrichtspijn. Bij ouderen en kleine kinderen (baby’s) kunnen de maag-darmklachten ernstiger verlopen vanwege de kans op uitdroging. Bij een klein deel (<5%) kan een besmetting met salmonella zich uitbreiden naar de bloedbaan. Dit is vooral bij verzwakte mensen die bijvoorbeeld lijden aan een andere ziekte. Dit kan ernstigere ziektebeelden opleveren zoals bloedvergiftiging, hersenvliesontsteking, en urineweginfecties. 

Wat kun je doen als je ziek bent van salmonella?

Salmonella veroorzaakt vooral diarree. Mensen met diarree moeten ervoor zorgen dat ze genoeg drinken en zout en suiker binnenkrijgen. Drink daarom thee, water bouillon en suikerzoutoplossing (ORS oral rehydration salts (oral rehydration salts), verkrijgbaar bij de drogist).
Neem contact op met de huisarts als er bloed in de diarree zit, als er sprake is van hoge koorts of als de diarree na een week niet minder is geworden. 

Hoe raak je besmet met salmonella?

Veel dieren kunnen drager zijn van salmonella, zoals kippen, varkens, runderen en reptielen. Dieren die salmonella dragen vertonen meestal geen symptomen. Daardoor kunnen veel verschillende voedingsmiddelen besmet raken met Salmonella, maar ook de omgeving. Het risico op besmetting is het grootst bij rauwe dierlijke levensmiddelen, zoals vlees van pluimvee, runderen of varkens, maar ook eieren. De meeste mensen raken besmet met de bacterie door het eten van niet of onvoldoende verhitte dierlijke producten. De salmonellabacterie kan ook op groenten en fruit zitten. De kans dat mensen elkaar besmetten is klein.

Hoe voorkom je besmetting met salmonella?

Een goede hygiëne in de keuken is het belangrijkst om besmetting met salmonella te voorkomen:

  • Volg de bewaaradviezen op producten op.
  • Was vaak je handen met water en zeep. In de keuken en vóór het eten.
  • Zorg dat rauwe dierlijke producten in de keuken geen contact hebben met producten die je rauw eet (zoals salades, rauwkost en sommige vis). Gebruik bijvoorbeeld aparte snijplanken en messen voor rauw vlees en rauwe groente. 
  • Bewaar eieren apart van andere voedingsmiddelen. Aan de buitenkant van een ei kan namelijk ook salmonella zitten. 
  • Verhit vlees, vis, eieren en schelpdieren tot het gaar is.

Hoe vaak komt besmetting met salmonella voor?

In Nederland hebben naar schatting elk jaar ongeveer 30.000 mensen een acute gastro-enteritis (maagdarminfectie) door salmonella. Slechts een klein deel gaat naar de huisarts en van deze groep belandt een nog kleiner deel in het ziekenhuis.

Buiktyfus en paratyfus

Buiktyfus en paratyfus zijn ziekten die door een type salmonella veroorzaakt wordt die in tropische en subtropische landen voorkomt. De klachten van buiktyfus en paratyfus zijn vaak ernstiger dan van de Nederlandse salmonella-infecties. Ongeveer 8 tot 14 dagen na besmetting krijgen mensen de eerste klachten. Dat zijn hoge koorts, verminderde eetlust, hoofdpijn, lusteloosheid en vage buikpijn. Mensen met buiktyfus hebben vaak last van verstopping van hun darmen (constipatie). Mensen met paratyfus hebben  vaak diarree.

Er bestaat een vaccin tegen buiktyfus. Dit wordt soms geadviseerd bij reizen naar (sub)tropische landen. Ga je op reis en wil je informatie over vaccinaties die nodig zijn? Dan kun je contact opnemen met de GGD in je regio, of via een deskundig reizigersgeneeskundig (huis)arts.