Op deze pagina beschrijven we de aanpak voor het kwartaalonderzoek onder volwassenen. Voor de vierde en vijfde ronde van het kwartaalonderzoek gebruikten we 2 databronnen: een peiling onder volwassenen en gegevens van huisartsen.
Verzamelen data
De peiling is door I&O Research uitgevoerd in opdracht van het Netwerk GOR. Steekproefselectie en het verzamelen van data voor meetronde 4 liep van 25 mei tot en met 7 juni 2022 en voor meetronde 5 van 5 tot en met 20 september 2022. In totaal zijn 13.654 I&O Research-panelleden gevraagd om de vragenlijst in te vullen. Na de kwaliteitschecks om de dataset op te schonen deden 7.584 volwassenen mee aan ronde 4 en 7.498 volwassenen aan ronde 5.
Meetronde |
Afnameperiode |
Deelnemers (N) |
---|---|---|
Ronde 1 |
20 september – 7 oktober 2021 |
* |
Ronde 2 |
7 – 27 december 2021 |
* |
Ronde 3 | 1 - 17 maart 2022 | 7.840 |
Ronde 4 | 25 mei - 7 juni 2022 | 7.584 |
Ronde 5 | 5 - 20 september 2022 | 7.498 |
* Bij ronde 1 en 2 zijn alleen de jongeren onderzocht. Er zijn bij die rondes dus geen resultaten voor volwassenen. De resultaten uit eerdere metingen staan op deze pagina.
Deelnemers meetronde 4
In de onderstaande tabel is de respons van de groep deelnemers van meetronde 4 uitgesplitst naar de achtergrondkenmerken leeftijd, geslacht en opleidingsniveau.
Verhouding % | ||
---|---|---|
Leeftijd | 26-35 jaar | 12% |
36-45 jaar | 9% | |
46-55 jaar | 13% | |
56-65 jaar | 23% | |
66-75 jaar | 32% | |
76-85 jaar | 10% | |
86+ | 1% | |
Geslacht | Man | 51% |
Vrouw | 49% | |
Anders/wil niet zeggen | 0% | |
Opleidingsniveau | Laag | 17% |
Midden | 30% | |
Hoog | 53% |
De meeste deelnemers wonen in Zuid-Holland (9%), Noord-Holland (9%), Utrecht (9%), Limburg (9%), Overijssel (9%) en Drenthe (9%). De minste aantal deelnemers woont in Groningen (7%) en Flevoland (7%).
Deelnemers meetronde 5
In de onderstaande tabel is de respons van de groep deelnemers van meetronde 5 uitgesplitst naar de achtergrondkenmerken leeftijd, geslacht en opleidingsniveau.
Verhouding % | ||
---|---|---|
Leeftijd | 26-35 jaar | 17% |
36-45 jaar | 12% | |
46-55 jaar | 14% | |
56-65 jaar | 25% | |
66-75 jaar | 23% | |
76-85 jaar | 7% | |
86+ | 1% | |
Geslacht | Man | 49% |
Vrouw | 51% | |
Anders/wil niet zeggen | 0,3% | |
Opleidingsniveau | Laag | 20% |
Midden | 38% | |
Hoog | 42% |
De meeste deelnemers wonen in Zuid-Holland (19%), Noord-Holland (12%) en Gelderland (10,3%). De minste aantal deelnemers woont in Groningen (5%) en Flevoland (5%).
Materiaal
De dataverzameling vond online plaats met een geprogrammeerde vragenlijst. Deze vragenlijst is opgesteld door Netwerk GOR en bestond uit verschillende vragen met uiteenlopende antwoordcategorieën. De volgende onderwerpen kwamen aan bod:
- sociaal-demografische kenmerken
- meegemaakte gebeurtenissen tijdens de coronaperiode
- algemene gezondheid
- mentale gezondheid
- lichamelijke gezondheid
- zorg- en hulpsbehoeften
- uitgestelde zorg
Representativiteit en weegfactor
De steekproef is disproportioneel uitgezet naar provincie. Dit betekent dat elke provincie voldoende vertegenwoordigd is, ongeacht de omvang van de provincie. We probeerden minimaal 200 deelnemers per provincie te vinden. Na de dataverzameling hebben we gecorrigeerd voor afwijkingen in representativiteit door weegfactoren toe te kennen op basis van geslacht, leeftijd, regio en opleidingsniveau; daarna vergeleken we de steekproefsamenstelling met de populatiesamenstelling (afkomstig uit de ‘Gouden Standaard’ van het Centraal Bureau van de Statistiek).
Data-analyse en presentatie resultaten
Op de website staan gewogen cross-sectionele cijfers gepresenteerd. Waar mogelijk vullen we dit aan met trendgrafieken. Trendfiguren laten zien hoe de mentale en fysieke gezondheid van de bevolking zich ontwikkelt tijdens de coronapandemie. We laten trendgrafieken zien bij alle onderwerpen waarvan we al 3 of meer rondes op dezelfde manier gegevens verzamelen. Zo geven we inzicht in hoe de Nederlandse volwassenen hebben gerapporteerd op mentale en fysieke gezondheid, hulpbehoefte en ervaren invloed van de maatregelen.
We onderzochten welke factoren samenhangen met een verhoogde kans op negatieve gevolgen voor de gezondheid en het welzijn van volwassenen. We keken ook of er factoren zijn die juist beschermend werken tegen negatieve gezondheidsgevolgen. Dit deden we met multivariabele regressies. In deze analyses keken we naar de mogelijke invloed van sociaal-demografische kenmerken (geslacht, leeftijd, opleidingsniveau), of deelnemers nog last hadden van corona-gerelateerde meegemaakte gebeurtenissen en sociale activiteiten. Daarbij worden meerdere factoren tegelijk meegewogen. We kijken dus niet alleen of eenzaamheid invloed heeft op mentale gezondheid, maar bekijken of eenzaamheid nog steeds belangrijk is als je ook meegemaakte gebeurtenissen en vertrouwen in de toekomst meeweegt.
Gezien de grootte van de steekproef hebben we een significantieniveau van 0,1% aangehouden (p < .001). Voor posttraumatische stress stoornis hebben we een ruimer significantieniveau aangehouden (p < .05), omdat deze vragen door minder dan 800 deelnemers zijn ingevuld.
Kwalitatieve analyses
In september 2022 gaven 2.681 volwassenen (36% van de deelnemers) antwoord op de vraag of de coronaperiode nu nog invloed op hun leven heeft. De antwoorden zijn gegroepeerd op onderwerp. Daarbij keken we naar het gebied van het leven waar de genoemde invloed gevoeld werd.
In juni 2022 hebben 4.818 volwassenen (61% van de respondenten) de vraag beantwoord over wat ze willen voor de toekomst, bijvoorbeeld bij een volgende golf coronabesmettingen. Op basis van de meest gebruikte woorden zijn de eerste codes aangemaakt, zoals ‘duidelijk coronabeleid’ en ‘geen lockdown’. De antwoorden hebben we gegroepeerd op onderwerp.
We codeerden de data met drie soorten codes:
- beschrijvende codes – over de onderwerpen die mensen bespreken,
- citaatcodes – letterlijke citaten die iets samenvatten wat meerdere mensen zeggen
- en emotiecodes – die de emoties beschrijven die doorklinken in de antwoorden.
Tijdens het coderen hebben we per code notities gemaakt over de inhoud van de antwoorden. Deze code beschrijvingen vormen de basis van de tekst op deze pagina, waarbij de beschrijvende codes de structuur bepaalden en de citaatcodes en emotiecodes kleur gaven aan de beschrijvingen.
Over de surveillance van Nivel Zorgregistraties Eerste Lijn
De surveillancecijfers van Nivel Zorgregistraties zijn bedoeld voor de signalering van (infectie-)ziekten in de algemene bevolking, maar kunnen ook gebruikt worden voor de monitoring van andere acute klachten. Er zijn wekelijks cijfers beschikbaar over symptomen en aandoeningen in de Nederlandse bevolking op basis van geanonimiseerde gegevens uit elektronische medische dossiers van huisartsenpraktijken. De cijfers worden berekend als het aantal personen dat de huisarts in die week raadpleegde voor bepaalde symptomen of aandoeningen, gedeeld door het totaalaantal ingeschreven patiënten in de praktijk (prevalentie cijfers). De gegevens zijn afkomstig van ongeveer 380 huisartsenpraktijken met ongeveer 1,6 miljoen patiënten (9% van de Nederlandse bevolking). De gegevens over de symptomen en aandoeningen worden routinematig geregistreerd, gebruikmakend van de ICPC (International Classification of Primary Care) (International Classification of Primary Care, versie 1). Dit classificatiesysteem wordt in Nederland door alle huisartsen gebruikt.
Acute gezondheidsproblemen/condities die mogelijk (direct of indirect) gerelateerd zijn aan de coronapandemie, zoals gepresenteerd aan huisartsen, zijn in kaart gebracht. We richten ons op een aantal niet-specifieke symptomen die een fysieke en/of mentale oorzaak kunnen hebben. Het gaat om zowel symptomen die zijn geregistreerd bij episodes van aandoeningen en symptomen die niet aan een aandoening worden toegeschreven. Een deel van deze symptomen worden door het RIVM genoemd als mogelijke langdurige klachten na het doormaken van een infectie met het coronavirus (een directe link is echter niet te maken: besmetting wordt niet geregistreerd in deze data). Zie onderstaande tabel voor de geïncludeerde symptomen en ICPC codes.
Lijst met niet-specifieke symptomen en overeenkomende ICPC-1 codes
Symptomen | ICPC code (naam code) |
---|---|
Benauwd of kortademig in rust (zonder inspanning)* | R02 (Dyspnoe/benauwdheid toegeschreven aan luchtwegen) R03 (Piepende ademhaling) R04 (Andere problemen ademhaling) R29 (Andere symptomen/klachten luchtwegen) |
Moeheid* | A04 (Moeheid/zwakte) |
Spierpijn* | L18 |
Misselijkheid | D09 |
Pijn of druk op de borst* | K01 (Pijn toegeschreven aan hart) K02 (Druk/beklemming toegeschreven aan hart) K03 (Andere pijn toegeschreven aan hartvaatstelsel) |
Hartkloppingen* | K04 (Hartkloppingen/bewust van hartslag) |
Angstig/nerveus/gespannen gevoel | P01 |
Plotselinge (hevige) stress of crisis | P02 (Crisis/voorbijgaande stressreactie) |
Depressief gevoel* | P03 (Down/depressief gevoel) |
Suïcide, -pogingen en -gedachten | P77 |
Slaapproblemen |
P06 (Slapeloosheid/andere slaapstoornis) |
Hoofdpijn* |
N01 |
Duizeligheid of licht in het hoofd | N17 |
Geheugen- of concentratieproblemen* | P20 (Geheugen-/concentratie-/oriëntatiestoornissen) |
Andere afwijking(en) reuk/smaak* | N16 |
* Relevant voor post-COVID volgens de RIVM-lijst.