Achtergrond

Vrouwen tussen de 50 en 75 jaar krijgen iedere 2-3 jaar een uitnodiging voor het bevolkingsonderzoek borstkanker. In dit bevolkingsonderzoek worden röntgenfoto’s van de borsten gemaakt. Deze methode heet mammografie.

Ongeveer 8 van de 100 vrouwen die meedoen aan het bevolkingsonderzoek borstkanker hebben zeer dicht borstweefsel. Voor vrouwen met zeer dicht borstweefsel werkt een mammogram minder goed. Bij hen worden vaker tumoren gemist dan bij anderen. Al langere tijd wordt gekeken hoe het bevolkingsonderzoek borstkanker voor deze groep vrouwen verbeterd kan worden.

DENSE aanvullende MRI screening bij vrouwen met hoge borstdensiteit (aanvullende MRI screening bij vrouwen met hoge borstdensiteit)-studie, adviezen Gezondheidsraad en besluit Ministerie

In de Nederlandse DENSE-studie is de waarde van aanvullende screening met MRI magnetic resonance imaging (magnetic resonance imaging) voor vrouwen met zeer dicht borstweefsel onderzocht. Uit de resultaten bleek dat met aanvullende MRI minder vaak borstkanker werd gemist.

Op 6 oktober 2020 heeft de commissie Bevolkingsonderzoek van de Gezondheidsraad een advies uitgebracht over MRI-screening in het bevolkingsonderzoek. 

De commissie adviseerde om het bevolkingsonderzoek borstkanker niet aan te vullen met MRI voor vrouwen met zeer dicht borstweefsel. De commissie zag wel de noodzaak om iets te doen voor deze vrouwen bij wie het huidige bevolkingsonderzoek minder goed werkt, maar beschouwde MRI niet als een toekomstbestendige oplossing.

Volgens de commissie leek contrast-mammografie (contrast enhanced mammography; CEM) een veelbelovend alternatief, omdat het eenvoudiger en goedkoper zou kunnen zijn dan MRI.

De commissie adviseerde daarom een proefbevolkingsonderzoek uit te voeren met CEM. In het advies werd ook verkorte MRI genoemd als mogelijk alternatief voor MRI. Destijds waren deze verkorte MRI-protocollen nog in ontwikkeling en mede daardoor viel verkorte MRI buiten de reikwijdte van dat advies.

In 2022 is verkend of het mogelijk is om een tijdelijk MRI-aanbod te realiseren voor vrouwen met zeer dicht borstweefsel, in de tijd tot de studieresultaten over CEM bekend zouden zijn.

In opdracht van het RIVM heeft KPMG onderzocht of ziekenhuizen en diagnostische centra de mogelijkheid hebben om capaciteit (apparatuur en personeel) beschikbaar te stellen voor een tijdelijk aanbod van MRI-screening voor vrouwen met zeer dicht borstweefsel. Daaruit bleek dat de benodigde MRI-capaciteit niet eenvoudig te realiseren is en dat het onzeker is of er voldoende capaciteit is om een MRI-aanbod mogelijk te maken.

De conclusies van het capaciteitsonderzoek zijn in te zien via de volgende link: Capaciteitsonderzoek MRI voor borstkankerscreening | Rapport | Rijksoverheid.nl

De minister van VWS Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport) heeft op 7 juni 2022 een brief aan de Tweede Kamer gestuurd over de aanvulling van het bevolkingsonderzoek met MRI of CEM. (Kamerbrief over aanvulling bevolkingsonderzoek borstkanker | Kamerstuk | Rijksoverheid.nl)

In juni 2023 is een nieuwe  brief aan de Tweede Kamer gestuurd. (Kamerbrief over ontwikkelingen bevolkingsonderzoek borstkanker | Kamerstuk | Rijksoverheid.nl) Daarin wordt o.a. gemeld dat via ZonMW Nederlandse organisatie voor gezondheidsonderzoek en zorginnovatie (Nederlandse organisatie voor gezondheidsonderzoek en zorginnovatie) subsidie aangevraagd kon worden voor een proefbevolkingsonderzoek met contrastmammografie.

De Gezondheidsraad heeft op 3 oktober 2024 een uitleg gepubliceerd, samen met antwoorden op veelgestelde vragen over de adviezen die zij gaven en de vevolgstappen van de overheid daarbij. 

DENSE-2 studie

Met de DENSE-2 studie wordt invulling gegeven aan het advies van de Gezondheidsraad en het besluit van VWS. De DENSE-2 studie gaat de waarde van twee nieuwe technieken onderzoeken voor vrouwen met zeer dicht borstweefsel: een contrast-mammogram en een verkort MRI-onderzoek. De verwachting is dat de DENSE-2 studie eind 2024 zal starten. Deelname aan de DENSE-2 studie is alleen mogelijk als u hiervoor een uitnodiging ontvangt van Bevolkingsonderzoek Nederland.

Meer informatie over de DENSE-2 studie kunt u vinden op: www.dense-2.nl.

Vraag en antwoord

Een borst bestaat uit klieren en vet. Vrouwen met zeer dicht borstweefsel hebben veel klieren in de borst en weinig vet. Klieren zijn wit op een borstfoto. Borstkanker is ook wit op een borstfoto. Daarom is het lastig om de borstkanker te zien. De ster in de vier foto’s hieronder laat dit zien: in de meest rechter borstfoto is de ster moeilijker te zien. 

Illustratie: röntgenfoto van borstweefsel. Van minder dicht tot dicht

Het bevolkingsonderzoek borstkanker is voor personen tussen de 50 tot en met 75 jaar oud. Van elke 100 mensen in deze groep hebben gemiddeld 8 zeer dicht borstweefsel.

Op een röntgenfoto van de borsten kan gezien worden of iemand zeer dicht borstweefsel heeft. Dit is zelf niet goed te voelen. Tot nu toe is alleen nog voor deelnemers aan wetenschappelijke studies, zoals DENSE aanvullende MRI screening bij vrouwen met hoge borstdensiteit (aanvullende MRI screening bij vrouwen met hoge borstdensiteit) (aanvullende MRI magnetic resonance imaging (magnetic resonance imaging)-screening bij vrouwen met hoge borstdensiteit), vastgelegd of het borstweefsel dicht is. Dat gebeurt niet bij het bevolkingsonderzoek borstkanker.

Het hebben van zeer dicht borstweefsel is deels erfelijk bepaald. Maar dit is niet de enige verklaring. Ook andere factoren, zoals leeftijd en hormonen, zijn van invloed op de dichtheid van borstweefsel. Naarmate mensen ouder worden neemt in de meeste gevallen de dichtheid van hun borstweefsel af.

Ja, vrouwen tussen de 50 en 75 jaar oud met zeer dicht borstweefsel hebben een grotere kans op borstkanker dan de ‘gemiddelde’ Nederlandse vrouw in deze leeftijdsgroep.

Kijk hier voor meer informatie over risicofactoren voor borstkanker.

Nee, dat gebeurt nu nog niet. Er is namelijk ook nog geen aanbod voor mensen met zeer dicht borstweefsel ('dense borsten').

Nee, de dichtheid van het borstweefsel wordt bij de huidige screening niet gemeten. Dat is alleen gedaan bij de deelnemers aan de DENSE aanvullende MRI screening bij vrouwen met hoge borstdensiteit (aanvullende MRI screening bij vrouwen met hoge borstdensiteit)-studie (aanvullende MRI magnetic resonance imaging (magnetic resonance imaging) screening bij vrouwen met zeer dicht borstweefsel). De screeningslaborant kan u daar dus niets over vertellen.

Ja, u kunt uw foto’s opvragen. U kunt hiervoor contact opnemen met de uitvoeringsorganisatie voor bevolkingsonderzoek.

Als u zich zorgen maakt over uw borsten kunt u een afspraak maken met uw huisarts om dit te bespreken. De huisarts kan u niet specifiek voor een MRI magnetic resonance imaging (magnetic resonance imaging)-onderzoek doorverwijzen. Dat is een beslissing die door de borstkankerspecialisten in het ziekenhuis wordt genomen. In de richtlijn van de zorgverleners is dicht borstweefsel op dit moment geen indicatie voor MRI-onderzoek.

Bij verwijzing bekijkt de radioloog welk onderzoek voor u het beste is. Dit kan een MRI magnetic resonance imaging (magnetic resonance imaging)-onderzoek (magnetic resonance imaging) zijn maar mogelijk ook een ander onderzoek.

Met het reguliere bevolkingsonderzoek op basis van een mammografie worden bij deelnemers met zeer dicht borstweefsel relatief vaker tumoren gemist. Maar het bevolkingsonderzoek is ook voor hen absoluut van belang. Bij deelnemers met zeer dicht borstweefsel (dense borsten) wordt ongeveer 60% van de tumoren opgespoord, tegenover 70-85% bij vrouwen met een andere borstdensiteit. Het is en blijft dus belangrijk om deel te nemen aan het reguliere bevolkingsonderzoek.

Wat is het verschil tussen de DENSE-2 studie en de eerdere DENSE studie?

De DENSE aanvullende MRI screening bij vrouwen met hoge borstdensiteit (aanvullende MRI screening bij vrouwen met hoge borstdensiteit) studie heeft ook gekeken naar een andere manier om borstfoto’s te maken bij vrouwen met zeer dicht borstweefsel, namelijk een MRI magnetic resonance imaging (magnetic resonance imaging)-onderzoek. Er is een verschil tussen het MRI-onderzoek in de eerdere DENSE studie en het MRI-onderzoek in de DENSE-2 studie. In de DENSE studie duurde het ongeveer 20 minuten om de MRI te maken, terwijl dit in de DENSE-2 studie maar ongeveer 5 minuten duurt. We noemen het MRI-onderzoek in de DENSE-2 studie daarom ook wel een verkort MRI-onderzoek. Ook onderzoeken we in de DENSE-2 studie nog een andere techniek, namelijk een contrast-mammogram.