Samenvatting resultaten 17e ronde
Door de sterk oplopende besmettingscijfers en ziekenhuisopnames, werd na een periode van versoepelingen vlak voor de huidige meetronde (24-28 november) een nieuw maatregelenpakket van kracht. Het werd weer verplicht om 1,5 meter afstand te houden, het thuiswerkadvies werd aangescherpt en openingstijden voor de horeca en winkels werden beperkt. Met de ongunstige epidemiologische cijfers is de ervaren dreiging van het virus bij deelnemers fors toegenomen. Zij maken zich weer net zoveel zorgen om het virus als vorig jaar winter.
Minder sociale activiteit en betere naleving van de gedragsadviezen
Met het toenemen van de ervaren dreiging, rapporteren deelnemers aan het gedragsonderzoek deze ronde veel minder sociale activiteiten. Deelnemers gingen bijvoorbeeld minder vaak op bezoek bij familie of vrienden en bezochten minder vaak een horecagelegenheid, ongeveer net zo vaak als in de herfst vorig jaar. Nu het minder druk is op deze locaties, lukt het ook weer beter om hier 1,5 meter afstand te houden. We zien hierin een flinke toename ten opzichte van de vorige ronde, maar er wordt door deelnemers minder vaak afstand gehouden dan een jaar geleden. Ook andere gedragsadviezen worden deze meetronde beter nageleefd dan de vorige ronde, meer deelnemers schudden geen handen, er wordt meer thuisgewerkt en meer deelnemers testen en blijven thuis bij klachten.
Deelnemers geven aan dat ze het gemakkelijker vinden om de maatregelen na te leven, ten opzichte van de vorige meetronde. Bovendien is er een toename in het draagvlak voor alle maatregelen, ook wanneer de maatregelen nog zes maanden zouden gelden. Deelnemers die het makkelijker vinden om de maatregelen na te leven en deelnemers die meer achter de maatregelen staan, houden zich hier ook beter aan.
Veel meer testen bij klachten, ook meer zelftesten
Afgelopen periode waren er lange wachtrijen bij de GGD (Gemeentelijke Gezondheidsdienst) om een testafspraak te kunnen maken. We zien een grote stijging in het percentage deelnemers dat zich bij klachten (zonder onderliggende aandoening) heeft laten testen, van 29% in de vorige meetronde naar 45% nu. Daarnaast deed 32% een zelftest, minder dan een kwart (23%) van de deelnemers met klachten heeft helemaal niet getest. Dezelfde toename is ook zichtbaar bij kinderen. Waar de vorige meetronde nog 40% van de kinderen met klachten zich liet testen bij de GGD, was dat nu 58% (29% deed een zelftest). Een klein deel van de deelnemers die zich niet lieten testen bij klachten (8%) deed dat niet vanwege drukte bij de GGD. Het gebruik van zelftesten nam toe onder alle leeftijdsgroepen, bijna de helft van alle deelnemers (48%) deed in de zes weken voor het onderzoek minimaal 1 zelftest. De keuze voor het type test dat wordt gebruikt is onder andere afhankelijk van de ernst en hoeveelheid klachten. Deelnemers die zich laten testen bij de GGD hebben vaker meerdere of zwaardere klachten dan deelnemers die een zelftest of geen test doen.
Meer deelnemers zijn het zat, daling in welbevinden
Bijna de helft van de deelnemers (46%) geeft aan dat ze het zat zijn om over het coronavirus te horen, het hoogste percentage sinds we dit voor het eerst hebben gemeten in mei 2021. Ook is er een toename in het percentage deelnemers dat aangeeft zich gestrest te voelen doordat ze proberen alle maatregelen na te leven (18%). Uit de vrije opmerkingen zien we dat deelnemers door de vele aanpassingen aan het maatregelpakket door de tijd heen de draad kwijtraken. Ook benoemen sommige deelnemers wel noodzaak te zien voor maatregelen, maar vinden dat dit niet voor hen van toepassing is omdat ze al gevaccineerd zijn.
De strengere maatregelen en verminderde sociale activiteit gaan samen met een daling in welbevinden, na een periode van herstel sinds januari dit jaar. Sommige deelnemers geven zelfs expliciet aan wel achter de maatregelen te staan, maar benoemen daarbij dat de persoonlijke kosten van naleving (zoals verminderd welzijn, eentonigheid of eenzaamheid) niet meer opwegen tegen de baten die dit (voor anderen) kan opleveren. Minder deelnemers zijn psychisch gezond en meer deelnemers voelen zich wel eens eenzaam in vergelijking met de vorige meetronde. Deze veranderingen zijn het sterkst voor jongeren tussen de 16 en 24 jaar. Bovendien is het welbevinden lager onder deelnemers die niet zijn gevaccineerd.
Laag vertrouwen in het coronabeleid, behoefte aan meer maatregelen
Het vertrouwen in de corona aanpak van de overheid is op het laagste punt sinds het begin van de pandemie, nog 16% van de deelnemers is positief (39% neutraal, 46% negatief). Bijna de helft (47%) vindt dat Nederland het slechter doet dan andere landen. Redenen voor het lage vertrouwen die door deelnemers worden genoemd zijn dat de overheid van de vorige besmettingsgolven had moeten leren met betrekking tot invoering van maatregelen en het coronatoegangsbewijs breder zou moeten inzetten. Andere landen zouden hier sneller in handelen. Veel deelnemers zijn kritisch over de maatregelen en vinden ze onlogisch of moeilijk te begrijpen. Onder deelnemers die negatief zijn over de aanpak van de overheid, vindt bijna drie kwart (71%) dat er (veel) te weinig maatregelen worden getroffen om het coronavirus te bestrijden, 17% vindt dat de overheid (veel) te veel maatregelen neemt. Maar ook onder de deelnemers die nog wel positief zijn over het beleid, vindt meer dan de helft (56%) dat er te weinig maatregelen zijn.
Dit en meer blijkt uit de zeventiende ronde van het vragenlijstonderzoek van de RIVM Corona Gedragsunit in samenwerking met GGD GHOR (Geneeskundige Hulpverleningsorganisatie in de Regio) Nederland en de 25 GGD’en, uitgevoerd tussen 24 en 28 november 2021 onder 46.441 deelnemers. Driekwart van de deelnemers heeft de vragenlijst ingevuld voordat de “avondlockdown” werd aangekondigd, deze aankondiging had weinig effect op de resultaten van de groep die daarna de vragenlijst invulde, er waren geen noemenswaardige verschillen tussen de groepen.