Om professionals in de gezondheidszorg en andere geïnteresseerden een goed beeld te geven van de huidige verspreiding van het griepvirus en andere virussen die acute luchtweginfecties veroorzaken publiceert het RIVM wekelijks de stand van zaken. De meest recente data zijn voorlopige cijfers van de afgelopen week, lopend van maandag t/m zondag. Wekelijks worden de cijfers van de voorgaande weken opnieuw berekend met eventueel nagekomen gegevens betreffende griepmeldingen en/of onderzoek van neus- en keelmonsters om een grotere precisie te bereiken.

Uitleg over deze surveillance is te vinden op de Griep volgen webpagina

Stand van zaken griep en andere acute luchtweginfecties

Griep nog niet terug op niveau van voor de epidemie

De daling van het aantal mensen met griepachtige klachten zet niet verder door.  Het aantal mensen dat de huisarts bezocht met griepachtige klachten was afgelopen week (week 11, 10 - 16 maart) iets hoger (45 per 100.000 inwoners) dan de week ervoor (37 per 100.000 inwoners).  Het is de tweede week op rij waarbij dit aantal onder de drempelwaarde van verhoogde activiteit van 53 per 100.000 inwoners lag maar de griepepidemie is nog niet voorbij. Het aandeel griepvirus in monsters van mensen met luchtwegklachten is nog hoog. In de 19 monsters die huisartsen van de Nivel peilstations afgelopen week afnamen bij een deel van hun patiënten met griepachtige klachten, is 9 keer (47%) griepvirus (influenzavirus) aangetroffen. Ook werd griepvirus gevonden in 5 van de 10 (50%) monsters afgenomen door de huisartsen bij patiënten met andere acute luchtwegklachten. Bij elkaar is dit lager dan de week ervoor (48% in week 11 en 58% in week 10). Het aantal meldingen van griepvirus door de laboratoria van de Virologische Weekstaten voor de afgelopen week is lager dan voor de week ervoor, zowel voor influenzavirus type A als B. In 11% van de 143 monsters van deelnemers aan Infectieradar met luchtwegklachten die in de afgelopen week zijn afgenomen is griepvirus aangetoond. Dit is lager dan de twee weken ervoor (21% in week 9 en 17% in week 10). Vooral influenzavirus subtypen A(H3N2) en type B werden gevonden in de monsters van de peilstations en Infectieradar van afgelopen week. Influenzavirus type A(H1N1)pdm09 werd ook gevonden. Alhoewel het aantal en aandeel influenzavirus in alle bronnen lager is dan voor voorgaande rapportageweek, is het nog steeds hoog.

Verschillende soorten griepvirussen

In Nederland gaan verschillende soorten griepvirussen rond. Dit zijn influenzavirus type A met subtype H1N1pdm09 en subtype H3N2, en influenzavirus type B. Deze drie soorten zitten allemaal in de griepprik die afgelopen herfst is gegeven. 

Variant van H3N2 vermoedelijk minder gevoelig voor griepprik

Een deel van de influenzavirussen die rondgaan wordt in het laboratorium verder onderzocht. Daardoor zien we dat bij het influenzavirus A subtype H3N2 een variant is ontstaan, die minder goed wordt herkend door het afweersysteem. Mensen die de griepprik ontvangen hebben of die eerder al griep gehad hebben, zijn vermoedelijk minder goed beschermd tegen deze variant. 

In week 50 van 2024 zagen we deze variant voor het eerst in Nederland. Het aandeel van deze variant nam sindsdien toe tot ongeveer 25% maar lijkt na een daling voor nu rond de 10% te blijven. De andere soorten griepvirussen die rondgaan in Nederland worden goed herkend door het afweersysteem.

Veranderingen in griepvirussen

Net als andere virussen, veranderen ook griepvirussen steeds een klein beetje. Wereldwijd kunnen er iedere winter andere varianten van griepvirussen ontstaan en rondgaan. Daarom wordt de griepprik elk jaar aangepast, als dat nodig is. Het RIVM en het Erasmus MC Erasmus University Medical Center (Erasmus University Medical Center) houden dit in de gaten in Nederland. 

Recent heeft de WHO de samenstelling vastgesteld van de griepprik voor komend griepseizoen. De samenstelling is alleen voor influenzavirus A subtype H3N2 anders dan de samenstelling van de griepprik die dit seizoen gegeven is. De verwachting is dat de griepprik voor komend jaar ervoor zorgt dat de nieuwe variant van influenzavirus A(H3N2) beter herkend zal worden door het afweersysteem.

Nivel-peilstations

Sla de grafiek Incidentie griepachtig ziektebeeld over en ga naar de datatabel

Bron grafiek: Peilstations participerend in Nivel Zorgregistraties eerste lijn.

Noot. De grafiek hierboven toont het aantal mensen dat met griepachtige klachten naar de huisarts gaat per week per 100.000 mensen. De grafiek laat de laatste tien seizoenen zien: van 2015/2016 tot en met 2024/2025. In het seizoen 2017/2018 was de piek in het aantal mensen dat met griepachtige klachten per week naar de huisarts ging het hoogst. De waarschijnlijke piek van 2024/2025 is vergelijkbaar met die van 2018/2019. Ook is duidelijk te zien dat dit aantal in de jaren tijdens de COVID-19 pandemie lager lag.

Tabel: Monsters afgenomen bij patiënten met een griepachtig ziektebeeld die hun peilstation huisarts hebben bezocht en positief zijn gevonden voor een virus.

IAZ influenza-achtig ziektebeeld (influenza-achtig ziektebeeld) Week 7 Week 8 Week 9 Week 10 Week 11
Totaal monsters getest 56 34 36 25 19
Totaal griepvirus positief 33 (59%) 16 (47%) 25 (69%) 16 (64%) 9 (47%)
Totaal positief voor minstens één virus (inclusief griep) 47 (84%) 22 (65%) 29 (81%) 19 (76%) 13 (68%)

 

Bij een steekproef van de personen die de huisarts bezoeken met een griepachtig ziektebeeld worden monsters afgenomen voor de landelijke respiratoire surveillance. Dit wordt gedaan door huisartsenpraktijken die deelnemen aan de Peilstations van Nivel Zorgregistraties Eerste Lijn. Zo’n 40 huisartsen praktijken registreren en bemonsteren wekelijks het aantal mensen met een griepachtig ziektebeeld. Daarnaast zijn er ongeveer 100 praktijken die alleen mensen met een griepachtig ziektebeeld bemonsteren. 

Door een lage hoeveelheid virus kan het in enkele gevallen voorkomen dat het rhinovirus en het enterovirus niet van elkaar te onderscheiden zijn. Hierbij is het niet te bepalen of rhinovirus of enterovirus allebei voorkomen, of één van de twee. Daarom wordt deze uitslag in de grafiek als Rhino/Enterovirus weergegeven.

Let op: de lijn in de grafiek is het totale aantal geteste monsters. Iemand kan meerdere infecties tegelijk hebben. Hierdoor kunnen de gestapelde percentages in de grafiek een hoger percentage monsters positief aangeven, dan in werkelijkheid het geval is. Enterovirus uitslagen volgen met een vertraging van twee weken, in verband met extra uit te voeren testen.

Bron grafiek: RIVM. 

Het RIVM vraagt deelnemers aan het Infectieradar zelftestonderzoek  een corona zelftest te doen als zij klachten hebben die passen bij corona of bij een andere luchtweginfectie, zoals hoesten, keelpijn, kortademigheid, een loopneus of een verstopte neus. Een deel van deze mensen wordt gevraagd om ook een neus- en keelmonster op te sturen naar het RIVM. Het RIVM onderzoekt of dit monster het coronavirus, een griepvirus of een verkoudheidsvirus bevat. Het merendeel van deze mensen met klachten heeft hiervoor niet de huisarts bezocht. 

Let op: de lijn in de grafiek is het totale aantal geteste monsters. Iemand kan meerdere infecties tegelijk hebben. Hierdoor kunnen de gestapelde percentages in de grafiek een hoger percentage monsters positief aangeven, dan in werkelijkheid het geval is. Nog niet alle monsters die de afgelopen week zijn opgestuurd zijn al getest. Deze uitslagen zullen volgende week worden aangevuld.

Virologische weekstaten - influenzavirus type A

Sla de grafiek Influenzavirus type A over en ga naar de datatabel

Noot. In de grafiek zijn alleen gegevens meegenomen van die laboratoria die voor minstens 50 van de 52 weken in seizoen 2023/2024 hun gegevens hebben doorgegeven én die iedere week sinds week 40 2024 hun gegevens hebben doorgegeven. Van welke laboratoria in de grafiek gegevens worden getoond, kan daarom per week verschillen. Ook het totaal aantal keren dat Influenzavirus type A is aangetoond kan daardoor per week wisselen.

Bron: grafiek: virologische diagnostiek rapportages Nederlandse Werkgroep voor Klinische Virologie.

Let op: Deze data is eigendom van de laboratoria die deelnemen aan de virologische weekstaten, vertegenwoordigd door het bestuur van de Nederlandse Werkgroep voor Klinische Virologie (NWKV Nederlandse Werkgroep voor Klinische Virologie (Nederlandse Werkgroep voor Klinische Virologie)). Het database beheer ligt bij het RIVM. Verder gebruik van deze data is niet toegestaan zonder toestemming. Toestemming voor gebruik van deze data kan aangevraagd worden door contact op te nemen via virweekstaten@rivm.nl.

vw influenza A perc

Sla de grafiek Influenzavirus type A over en ga naar de datatabel

Noot. Een deel van de laboratoria meldt zowel het aantal geteste monsters als het aantal detecties. Het percentage positieve monsters in bovenstaande figuur is gebaseerd op de meldingen waarin ook het aantal monsters is gemeld. Niet alle laboratoria die het aantal geteste monsters melden hebben hun data gerapporteerd voor de meest recente week. Het percentage positieve monsters van deze week staat daarom nog niet vast.

Bron: grafiek: virologische diagnostiek rapportages Nederlandse Werkgroep voor Klinische Virologie.

Let op: Deze data is eigendom van de laboratoria die deelnemen aan de virologische weekstaten, vertegenwoordigd door het bestuur van de Nederlandse Werkgroep voor Klinische Virologie (NWKV Nederlandse Werkgroep voor Klinische Virologie (Nederlandse Werkgroep voor Klinische Virologie)). Het database beheer ligt bij het RIVM. Verder gebruik van deze data is niet toegestaan zonder toestemming. Toestemming voor gebruik van deze data kan aangevraagd worden door contact op te nemen via virweekstaten@rivm.nl.

Virologische weekstaten - influenzavirus type B

Sla de grafiek Influenzavirus type B over en ga naar de datatabel

Noot. In de grafiek zijn alleen gegevens meegenomen van die laboratoria die voor minstens 50 van de 52 weken in seizoen 2023/2024 hun gegevens hebben doorgegeven én die iedere week sinds week 40 2024 hun gegevens hebben doorgegeven. Van welke laboratoria in de grafiek gegevens worden getoond, kan daarom per week verschillen. Ook het totaal aantal keren dat Influenzavirus type B is aangetoond kan daardoor per week wisselen.

Bron: grafiek: virologische diagnostiek rapportages Nederlandse Werkgroep voor Klinische Virologie.

Let op: Deze data is eigendom van de laboratoria die deelnemen aan de virologische weekstaten, vertegenwoordigd door het bestuur van de Nederlandse Werkgroep voor Klinische Virologie (NWKV Nederlandse Werkgroep voor Klinische Virologie (Nederlandse Werkgroep voor Klinische Virologie)). Het database beheer ligt bij het RIVM. Verder gebruik van deze data is niet toegestaan zonder toestemming. Toestemming voor gebruik van deze data kan aangevraagd worden door contact op te nemen via virweekstaten@rivm.nl.

vw influenza B perc

Sla de grafiek Influenzavirus type B over en ga naar de datatabel

Noot. Een deel van de laboratoria meldt zowel het aantal geteste monsters als het aantal detecties. Het percentage positieve monsters in bovenstaande figuur is gebaseerd op de meldingen waarin ook het aantal monsters is gemeld. Niet alle laboratoria die het aantal geteste monsters melden hebben hun data gerapporteerd voor de meest recente weken. Het percentage positieve monsters van afgelopen week staat daarom nog niet vast.

Bron: grafiek: virologische diagnostiek rapportages Nederlandse Werkgroep voor Klinische Virologie.

Let op: Deze data is eigendom van de laboratoria die deelnemen aan de virologische weekstaten, vertegenwoordigd door het bestuur van de Nederlandse Werkgroep voor Klinische Virologie (NWKV Nederlandse Werkgroep voor Klinische Virologie (Nederlandse Werkgroep voor Klinische Virologie)). Het database beheer ligt bij het RIVM. Verder gebruik van deze data is niet toegestaan zonder toestemming. Toestemming voor gebruik van deze data kan aangevraagd worden door contact op te nemen via virweekstaten@rivm.nl.

Bron grafiek: virologische diagnostiek rapportages Nederlandse Werkgroep voor Klinische Virologie. De laboratoria rapporteren enkel of een type A of B influenzavirus is aangetoond, en niet om welk subtype/lijn het gaat. De aantallen van de voorgaande en huidige week kunnen veranderen door nagekomen meldingen van de laboratoria. 

Nationaal Influenza Centrum (NIC Nationaal Influenza Centrum (Nationaal Influenza Centrum))

Gedurende het griepseizoen word er regelmatig een influenzanieuwsbrief uitgebracht. De karakteriseringen en antivirale gevoeligheid van deze virussen zijn terug te vinden in de meest actuele influenza nieuwsbrief van het NIC.

nic

Sla de grafiek NIC-monsters over en ga naar de datatabel

Bron grafiek: ingezonden influenzavirussen aan het NIC Nationaal Influenza Centrum (Nationaal Influenza Centrum) (locatie ErasmusMC Erasmus Medical Center (Erasmus Medical Center) en RIVM). De aantallen van de voorgaande en huidige week kunnen veranderen door nagekomen influenzavirussen. 

nic-nps-iles clades inf B Vic

Sla de grafiek Genetische karakterisatie van de influenza type B (Victoria-lijn) virussen uit de Nivel-peilstations, NIC-surveillance en Infectieradar zelfbemonsteringonderzoek over en ga naar de datatabel

De karakterisering van influenzavirussen en versturen van influenzavirus positieve monsters naar het NIC Nationaal Influenza Centrum (Nationaal Influenza Centrum) kost enige tijd, waardoor de aantallen voorlopig zijn. 

 

Griepvaccin 2024/2025

Vanaf oktober 2024 wordt tegen griep (influenza) gevaccineerd voor het seizoen 2024/2025. Voor meer informatie over het griepvaccin klik hier

Samenvatting griepepidemie 2023/2024

Vanaf begin 2024 steeg het aantal mensen met griepachtig ziektebeeld. Ook het aantal mensen waarbij griepvirus is aangetoond nam vanaf toen toe. Vanaf begin februari was het aantal mensen dat met griepachtige klachten naar de huisarts ging niet meer verhoogd. Toch vonden laboratoria nog steeds veel griepvirus. De griepepidemie duurde negen weken: van 15 januari t/m 17 maart 2024. De griepvirussen die dit seizoen het meeste voorkwamen waren type A(H1N1)pdm09 en type A(H3N2). Tijdens het luchtwegseizoen bezochten ongeveer 215.000 mensen hun huisarts met griepachtige klachten. Een uitgebreide terugblik op het griepseizoen 2023/2024 kunt u hier vinden.